Aïdbei*. (4) Katoenmos, dat Wollig is en Violet, aan
IV. - Hout proeijende.
Hoofd- s j
Een zeer fyn paarfchachtig Vlies, met kor-
IV. te Vezelen als een fyn Bijs'fus _ * . J Dons, dat in de Herfst
Thospho- en Winter in Italië aan de Bast der Boomen
Liciitgee-groe'c» ziS wyd en zyd uitbreidende, maakt
vend. ' deeze Soort uit, welke byons, op oud verrot
Hout,in beflooten plaatfen en vogtige Kelders,
dikwils voorkomt en dan fomtyds in ’t
duifter Licht geeft.
v.
Velutina. (5) Katoenmos, dat Haairachtig is en groen,
Fiuweelig. mgt j'a^^jge y ezelen.
Dit bekleedt als een groen Tapyt dikwils
den Grond, op vogtige donkere plaatfen, en
beflaac uit Vezeltjes, zo fyn, dat menze zonder
Vergrootglas niet kan onderfcheiden, die
digt in elkander gevlogten, Takkig en niet
Takkïg zyn , volgens de Waarneeming van
M i c h e l i u s .
V I .
.Aurea. ( 6_) Katoenmos, dat Haairachtig is en Poel*
Goudkleurig.
■ M
Cl) Bysfus Lanuginofa Violacea, Lignis adnascens.
G ort. Belg. uts. Fl. Suec. 1130, 1186. D i l l . p. 4. T. r.
f. 6. Bysfus purpurea deiicatisfima &c. Mich. Gen. 211.
T. 90. f. 3.
C5) Bysfus Capillacea viridis, Filamentis Ramofis.
Sp. Plant. N. 3. G Or t . Belg. 11. p. 322. Fl, Suec. 11. N.
1x83. Bysfus tenerrima virid. Velutum referens. D i l l , p,
7. T. i. f. 14, Bysf.- Terr. virid. Herbacea et mollisfirjia.
Mich. 2x1. T. 89. f. 5.
(ö') Bysfus Capill. pulver. &c. Sp. Plant. N. 4. Gleb,
jerig , met verjpreide Vrugtmaakingen $ IX.
de Vezelen enkeld en getakt» AFDtKti
Hoofd*
In Italië komt dit Goudklenrige Katoen-STUK‘
mos, in ’t Gebied van Florence, veel voor
op Steenen en Steenaebdge Gebergten. Het
is ook op de Muuren der Stad Bern in Swit-
zerland, en wie weet op hoe veel andere plaatfen
, zeer gemeen. Immers in de Weftelyke
deelen van Engeland is het ook, aan Steenen
groeijende , waargenomen. Het maakt Kus-
fentjes, als van Mos, die Oranjekleurig zyn,
zegt H a l l e r , maar door droogte Afch-
graauw worden, beftaande uit zeer zigtbaare
Vezeltjes.
(7) Katoenmos , dat Haairachtig ist overhly- Vil.
vend, Afchgraamv, taay, aan een Rots crypuZ*
gegroeid. rum»
6 6 Spelon
Dit is den Ridder, op zyn Laplandfche
Reistogt, voorgekomen in een Spelonk van
Medelpad, daar voortyds Struikroovers ge-
nefteld hebben. Het beftondt uit zeer dun*
ne,
Fmg. x. Bysfus Petrsea Crocea &c. Dil l . p. 8. T. r.
f. 16. Bysf. Aurea Derbenfis humifufa. P et. Gaz. u T.
15. f. 3. Bysf. minima Sax. inodora. Mich. 2x0. T. 89.
f. i. Bysf. pulvinaba Crocea. Hall. Helv. in f haat. Hl. j,. i0^ m
f j f Bysfus Capill. perennis, cinerea , tënax , Rupi
innata. Sp. Plant. N. 5. Fl. Lapp, 527. F f Suec, 1127,
xiSi.
O o