x. De Moriljes zyn zeer bekend 'en overal te
koop te bekomen: des ik de geftalte niet na-
H oofd- der zal , befchryven. Gedroogd worden zy 't
, eeheele Taar bewaard en zyn, mooglyk al ver-
‘zwam. fcheide Eeuwen, in de Keukens gebruikt, maa-
kende , onder de Kampernoeljes , eene der
minft gevaarlyke Spyzen uit.
1I.> (2) Rimpelzwam , die een Kelk heeft en ge-
. Phaf us (ieeld is.impudicus. j ? met een CeUuleus Pdoêdjje*
Stinkfchaft.
Deeze,waar van hetGeflagtden naamheeft,
is HellandfcheP hallus, dat Penis betekent, door
D a i e c h am f getyteld, die aanmerkt, dat
dezelve op de Zandige Oevers van Holland en
Zeeland groeije. D odon^eos meldt, dat zy
veel in ’t Gewas, dat men Helm noemt, gevonden
worde, L obel tekent de Duinen van
Haarlem en Alkmaar en naalïgelegene, byzon
(2) Pkcdlus volvatus ftipitatus, Pileo Cellulofo. Gort,
Belg. II. p- 327." Fl. Suec. 1101,1261. Phallus volvatus
&c. AB. Stockholm 1742. p- 20. T. 2. f. 1. H. Cliff. 478,
R. Lttgdb» 517. Phallus vuig. totus albus &c. Mich ,
Gen. 201. T. 83. Phallus Holland, f, Batavicus. Dal.
Hiß. 1398- Fung, foetid. Penis imaginem referens. C. B.
Pm. 374. Boletus Phalloïdes. T dürnf- In ft. 562. Fang.*
Vir, Penis erefti facie. Lon. Ic. 275. Fungus Marinus,
Dod. Pempt. 482. Hall. Helv. inchoat. 111. p. 134,
Bruckmanh de Terreftri Cole. Ep. hin. X. Cent- I,
[Pars. I . Tab, G led. p, 55. S chæff. T. 196-198, Stprb.
T, 30.
zonderlyk,aIs derzelver Groeiplaats aan. Waar*AFDX'Et
fchynlyk zal dit de reden zyn, dat L i n n m v s u .
bevoorens die aangeweezen hebbe in de Riet-^™ eQ~
velden van Nederland (*). De Heer de G or- Rimpel•
t e r z e g t, dat onze Ridder haar gevonden*“''*"*-
hebbe in de Rietlanden by Haarlem. C omi?e-
l y n hadtze in de Duinen en Zandige Gronden
, by Heemftede, in de Herfst aangetroffbn,
en zyn Ed, zelf in de Laanen by Uilenpas in
Gelderland. Hier uit zou men mogen denken,
o f dit Gewas aan ons Land byzonder ( f ) en
zelfs daar in aan eeoige plaatfen bepaald ware;
doch reeds in *t Jaar 1753 tekende L i n -
naïus de zelfs Groeiplaats, algemeenlyk, in
de Bofchen aan. Schoon H a l l e r hetinSwit-
zerland niet gevonden hebbe (-).), en als iets
byzonders aanmerkt, dat de Heer G a gne -
b i n het in ’ t Graaffchap Bcurgondie, naauw-
lyks een half uur afltands van ’t Bafeifche
Grondgebied , aangetroffen had , wordt van
den Heer G l e d i t s c h zulk een Lyft opgegeven,
van plaatfen in ’t Brandenburgfe niet
alleen, maar in Bohemen, Thuringen, en ande
«
(*) In Arundinetis Belgii. Hort. Cl;ff.
■ f-j-J Het groeit, zegt L o b e l , overvloedig iu Holland,
van waar hem, in ’t jaar 1559 te Antwerpen overgezonden
werdt ; daar hy naderhand, in 1 5 6 6 , ééne Plant
van vondt in Zandachtig land, niet ver van Bloys,
aan de Rivier Kruidboek, 11. bladz. 309.
( I ) Non reperi in Helvetia, fed &c. Helv. inchoat. uts.