340 B E s c II R T V ï N G VAN
VIII, in (]e Europifche A Zee vindt men dit Zee« jdsEl. r
Uk Mos vry zwervende in ’t midden der Wate»
*tok?FD" ren, zo L i n m ü s aantekent. Als een Vlies
Flap. of Vel uitgebreid, dryft het daar ©p en wordt
door de Golven her en derwaards gedree-
ven. Men vindtze ook in Moerasfen en
Poelen aan de Zee-Kust van Engeland.
XIX. (19) Flap met geknokkelde -Vezelen > de Takjes
Cioruera- * korter en veeldeelig.,
ta.
wend^lu" bronnen * èlooten en Beekjes , komt
deeze Soort in ons XVereldsdeel voor , zo
L innjeus aantekent. D i l l e n i u s merkt
aan, dat zy zig van een Handbreed tot een
Voet en meer langte, uitbreide , zynde in
menigvuldige Ta k je s , al fyner en fyner,
verdeeld ; zo dat zy zig als een Kluwen ,
of als een Spons, vertoont. R a y hadtze in
Regenbakken gegroeid gezien.
x x (20) Flap met geknokkelde Vezeli g die zeer
"Rupekris.' Takkig en groen zyn»
Rotzig. Zeer
(19) Conferva Filamentis Geniculatis, RarmiHs brevio-
rjbus multifidis. Sp. Plant. N. 19. Conf. Fontinalis Ra-
mofisfima, glomeratim congefta. Dill. Musc. 28. T* 5.
f. 31. Conf. viridis Capillacea. Mor. S. 15. T. 4« f. 2.
Alga Fontana trichodes. C. B. Pin'. 364.
(20J Conferva, Filamentis geniculatis Ramofisfimis vi-
' si*
■
D E W I E R E N. 341
Zeer gemeen komt deeze vóór, op de JÖÖ*
Rotfen van Europa , zo de Ridder aante- Tlb *
kent. D i e l en i ü s , die dit Mos Zee.BaardstuK°FD"
noemt, hadc opgemerkt , dat dezelven ’er , Flap
aan de Engelfche Kullen, dikwils geheel mede
bedekt zyn. Het vertoont z ig , op zig
zelve , als een Bosje Haair, en gelykt naar
zyn Rivier-Baard zo zeer , dat men het ’er
naauwlyks van kan afzonderen.
(21) Flap met geknokkelde Vezelen , die zeer x x i.
Takkig zyn , digt aan elkander uit een jE^lgro^
middelpunt Klootswys’ groeijende. pin*.
Haairballig.
Naar de Baairballen der Beelleu gelykt
deeze dermaate, dat zy daar van den naam
bekomen heeft. Aan de Oevers der Meiren
in Sweeden heeft menze dikwils opgefmeeten
gezien. De Kleur is groen , de grootte on-
gevaar als een Ockernoot, de gedaante volkomen
rond. Zy is nergens aan vast , en
heeft in ’t midden ook geen vast Lichaam ,
waar zy op gegroeid zyn zoude.
Het
ridibus. Sp- Plant. N. 20. Fl. Suec. 11. N. 1176. Conf.
Marina Trichodes ramofior. Dill. M u s c . 28- T. 5. f.
29. Plok. Mant. 53. T. 182. f. 6.
(*xj Conferva Filamentis geniculatis Ramofisfimis, e
centro confertisfimis. Globum conflituentibus. Sp. Plant.
N. s i. Conferva globofa. Ft, Suec, 1027. 1169.
Y 3
tn£S9