IX.
A f d e e l ,
111
Hdoin-
•TUK.
Parafalmns.
III.
Splach-
rmm Am-
putaceum,
Flelch-
achtig.
• IV.
Vasculofum.
Peerachtig.
ovaal zyn met een Puntje, doorfchynende,
de onderden kleinst. De Steeltjes bereiken
een half Duim , fomtyds veel minder langte.
Het Wyfje heeft den Steel geheel met Blaadjes
bekleed en aan ’ t end gekroond met een
Sterretje van fpitfe Blaadjes.
Dit Geele Parafol-Mos werdt door gedag-
ten Heer M o n t i n eerft op rottige Boomen,
die in een Moeras lagen, en vervolgens ook
aan de kant van een Gebergte gevonden;
doch het fchynt, zo wel als ’t Roode, gantfch
niet gemeen te zyn.
(3 ) Parafolmos met een Flefchachtig ftomp
Eyrond Zonnefchermpje.
( 4 ) Parafolmos met een Flefchachtig hyna
Bolrond Zonnefchermpje.
Deeze beiden komen op Veenige plaatfen in
Sweeden, en ook elders voor, byzonderJyk
het
r3) Splachnum Umbraculo Ampullaceo obovato. Am.
Acad. II. p. 280. Fl. Snee. 11. N. 965. Bryum Ampul-
laceum, Fol. Thymi pellucidis „&c. D i l l . M u sc . 343. T.
44. f. 3. Musc. Capill. minor , Capit. geminatis. V a i l l .
Paris. 130. T. 26 f> 4. Oed. Ban. 192. Muscus Aureus
Capiilaris minor &c. P l u k . Alm. 246. M oRi s . S. 15. T.
16. f. 10. R eich. Flor. Framofurt. 123. H a l l . Helv.
ihchoat. 111. 49.
(4) Splachnum Um b racu lo Ampulla ceo fubglobofo.
Am . Acad. VS p. 282. Musc. C a p illa c e u s , Capitulis Py-
riformibus» tubulofis. Cent. I I . p . u X . i . f . u
het eérfte derzelven; maar L innjBus merkt IX*
aan, dat zy'zeer weinig en naauwlyks meer ni.EL*
dan de twee voorgaande verfchillen. Hêt s^«0rD*
Kopje is Bolronder in hétlaatfte én Bloedkleu- -W W #
rig o f donker rood , in het andere Tolachtiger T s'
en geef van Kleur. Ook fchynt zyn Ed. te
twyfelen, of het niet eene énkele Verfchei-
denheid van zeker Fonteinmos en of dit ge-
heele Geflapt niet maar eene Natuurfpeeling
z y (* ) . H a l e e r betrekt dit Flëfchachtige
tot hét Geflagt Van Knopmos. 'V A i l l a n t
noemt het Haairachtig' Mos met dubbelde
Hoofdjes , om dat het Meelknopje boven het
Bolachtig gedeelte uitfteekt. Hy heeft hetzelve
in Beekjes, omftreeks Parys, waargenomen.
C5) Parafolmos met een Klootrond Hoofdje. y.
ü P » m - ■’ jj " Splach-
(ö) Parafolmos met een zeer hort Steeltje en ricumf
Haairdraagende Bladen. B o lr o n d .
VI.
c ■ - Angufia-
JJeeze ium.
Dunhal -
lfk.il (Mi . zig.
(*) Anne Naturse lufus totum hoe Genus ? An hoe
JVInii Fontani mera varietas? Sp. Plant. i l . -p. 1572.
O ) Splachnum Rèceptaculo Globofo. Methfkuü. entend.
L inn. p. 33. T. 1. f. 1.
(6) Splachnum Cauléscens, Foliis Piliferis, Peduncu-
lo brevisfimo Meth. Musc. emend. L i n n . p. 33. Bryum
Ampullaceum Caps. & Fol. anguftioribus. D i l l . M usc. 345* T. 44. f- 5?
Cc 3