VIJL
Afdeel.
lil.
IJpoïDSTUK.
Zee- Kmp
XLVI.
Fucus
rubeiK.
Roodachtig.
XLVII.
Fenpfiis.
Geaderd.
D eeze, in de Atlantifche Oceaan voorko-
Riemde, heeft, volgens onzen Ridder, een
roqd doorfchynend Loof. Hy brengt hier
t’huis het fyngruizig Zee-Ruy van G m e l i n
W }& Oppervlakte geheel bezet is met kleine’
^tipjes , die als Gruisjes zig tegen ’t Licht daar
m openbaaren , waar door het anders zig als
vuil vertoont. Men vindt het veel aan de
Kullen van Amerika.
(4<5) Zee-Ruy met Vliezig langwerpig ge*
golfil, uit gehoekt Loof, en eene ronde
Takkige Steng.
De roodachtige Kleur geeft aan deeze Soort,
die in de Oceaan voorkomt, den bynaam.
(4?) Zee-Ruy met plat langwerpig Loof dat
gefchilderd is met Wrattige Aderen.
Deeze, die aan de Kaap valt, is langwerpig
Liniaal een Vinger breed, zegt L in n V us ;
BIpedkleurig elfen, aan den rand met eenige
Tanden of Slippen. De Oppervlakte is met
eenige verhevene Aders, die hooger rood zyn
en Takkig, overlangs getekend. r |8 \
C46) Fucus Frond. Membranaceis oblongis undnlatis
finaatis &e, Srp . Plant■ . N 2‘■7.t’ R L£u1°d*h® 5 1 4, Aailga rm-
Kór luave -rubens, varie divifa. Mart. Cem. 33. T. 32. :
(47) Fucus Fronde plana, oblonga, picta Venis Verrecbfis.
Syfl. Nat. XIII. Ramofis.' Mant, 3I2.
(48) Zee-Ruy met plat langwerpig hyna ge-
vind Loof, dat geheel met Wratten als begroeid
is. *TÜKX
L V 11I.
Om wat reden de bepaaling der voorgaande
veranderd zy , die te vooren was met Tak- wrattig,
kige Aderen* begryp ik niet. De Heer T hun- g^Ci.
berg heeft aan de Kaap deeze Soort waargenomen,
die weezentlyk den bynaam verdient
van W r a ttig , door zyn Ed. daar aan gegeven.
Dezelve heeft eene zwartachtige Kleur en is
in de Natuurlyke grootteengedaante,volgens
het daar van my door den Heer B u rm a n -
hos medegedeelde Exemplaar, in Fig. 2, op
Plaat C l , afgebeeld,
(49) Zee-Ruy met Vliezig verdeeld Degemor- xlïx.
mig L o o f dat Tandswyze gekruld is. Geboerd.
Aan de Noorder Kusten van Europa komt
deeze voor, die veel gelykt naar de Kaapfche,
welke onze Ridder Verfierde gebynaamd hadt.
Dezelve heeft het Loof Liniaal o f langwerpig,
of Lancetvormig , Bloedkleurig, ongeribd.
De rand van ’t Loof is zeer digt op de kanten
gehaaird, met kleine gefcheurde of ingefneeden
Blaadjes. ( 5°)
(48J Fucus Fronde plani oblonga fubpinnata, tot& Ver*
rucofa. MM.
C49J Fucus Frond. Membranaceis divifis Knfiformibus,
öentato - crispatis. Obd. Dan. 353. (j, Fucus ornatus
Mant. 31a». , v 3