3 74
( 1 1 ) Wolfsklaauw met verfpreide eenigszins
Zaagtandige Bladen, op vyf ryën ; de
Spruitjes jaarlyks, gewricht; de endelingfe
Aairen opftaande, glad.
In de Bosfchen van Europa, ook op Vee-
jaarjyKs.ni-ge Hey-Velden in Switzerland en op Gebergten
, is deeze waargenomen, die de
Stengetjes fomtyds een half Eile lang heeft,
met opftaande Steeltjes als Takjes van den
Geneverboom, aan ’t end ieder een onge-
fteeld Knodsje hebbende, dat glad is, bevattende
de Stuifmeel-Bolletjes, gelyk in de anderen.
XII. ( 12) Wplfsklaauw wet verfpreide gekromde
C e r n u u m . Bladen , een zeer Takkige Steng en knik-
Xmkkend. , , ö °
kende Aairen.
Een
(Txi) Lycopodium Fol. fparfis quinquefariis fubferratis
&c. Lycop. Caule erefto Spica glabra terminali. Ft. Suec.
838j 956. Lycop. elatius Juniperinum &c. D i l l . M u s e .
455. T. 63. f. 9. Muscus clavatus &c. Mor. S, 15. T,
5. f. 3. Musc. terieftris repens , Clava fingul. erectus.
P l u k . P l u k . Alm. 248- T. 205. f. 5.
(12) Lycopodium Fol. fparfis curvatis &c» Lycop. fru-
tescens Capillaceum crispum. D i l l - Musc. 456’. T. 63.
f. 10. Lycop. Zëyl. ereft. raiuofisfimum. B u r m . Zeyl.
144. T . 66. Muscus Zeyl. ereftus perpetuo virens. P l u k .
Alm. 247. T. 47- f. 9. Musc. Clav. ereft us crisp atis fo-
liolis. P l u k . Alm. 149. T. 431. f. 3. Muscus maximus
Coridjs folio. P l u m . Fit. 144, T. 165. B u rm . Fl. Ind.
IX. Afueel.
II.
H oofds
t u k .
XI. Lycopodium
An-
notinum.
Een der hoogfte Soorten van Mosfen maakt ix.
deeze ui t , die zelfs in de befehryving der sAfdfel.
Planten van Malabar een Heefter genoemd H oofd-
wordt, met ruige Wolligheid bekleed. „ Hóe
„ hoog dezelve groeije (zegt D i l l e n i d s ) Uuauw.
,, is onzeker 5 wy hebben Exemplaaren van
, , één en anderhalven Voet , met een ftyven
,, groenachtigen Steel, die van onderen Hou-
,, tig bruin i s , geevende veele Takjes uit,
„ die zig in kleinere verdeden, welke om-
„ gekromd zyn, en bezet met gekrulde Blaad-
„ jes.” & Schynt dat zy zo wel in Amerika
als in Ooftindie huisvefte, en op ’t Eiland
St. Helena werdt zy op Rotfen aan JBoomen
groeijende gevonden. Van Ceylon heb ik
een fchoonen Tak daar van, die ’t gezegde
beveiligt, en boven beladen is met veele knikkende
Aairtjes.
(13) Wolfsklaauw met verfpreide Schubbige XIII.
Bladen en omgekrulde Takjes. immBryopteris.
In Ooftindie , als ook aan de Kaap , valt tr Mos"
, . , %, j , rr Varen, deeze, wier Loof naar dat der Varens zweemt,
v zeer
(13) LijcopadiuM Fol. fparfis imbricatis &e. Lycopo-
dioides Squamofum hispidum &c. Dil l . Musc. 472. T.
66. f. ii. Muscus ereftus Indicus platyceros, Filicem re-
ferens. Mor. S. 15 T. 7. f. 51. Muscus Filicinns ele-
gans. f. Bryopteris P luk. Alm. 247. T. 100. f. 3. B urm.
Fl. Ind. p. 238-