<594 B e s c h u y v i n o v a n
AsdeÊi« Dit is het algemeene Schimmel, dat op Brood
lil. en andere eetbaaredingen uit het Planten-Ryk,
stüK?FD gelyk inzonderheid op de Boomvrugten, in
Schimmel* beflooten, vogtige plaatfen groeit. De Steeltjes
van hetzelve zyn zeer lang, de Bolletjes
zeer zigtbaar en derzelver verandering , van
doorfchynend helder, in groen en eindelyk in
zwart, zeer bekend, by allen, die eenige oplettendheid
gebruiken. H a l l er merkt aan,
dat het Cylindrifche holle B o r fte ltje s zyn, on-
gevaar twee of drie Lynen lang, met een Hoofdje,
dat een zigtbaaren Bast heeft. Maar die
Bast is het eigentlyke Bolletje, dat ópen bar-
Bende zyn Zaad uitftort; gelyk de vermaarde
H o o k e dit zo fra3y in Plaat vertoont,’t welk
door Stek beek en anderen is ovetgeno-
men. Dat dit Zaad zy, is allerwaarfchynlykst,
alzo zelfs ieder uitgeworpen Bolletje een Draadje
heeft. Dat Schimmel, ’t welk de Baron v a n
G le ichen op groene Snyboonen waarnam,
fchynt baarblykelyk van een anderen aart te
zyn.
(7) Schimmel , dat Borjlelig is , met Wortelt
ge Zaadjes*
D e e z e Soort, door M i c i i e l i ü s in Do*
cem-
(7) Mucor Setaceus Setninibns Radicalibus. Sp. Plant.
|jf. 7. Aspergilius Cespitofus denfisiimus &c. Mxch. Gen.
213. T. 91. f* 5*
VII.
Mucor
Leptofus.
IV! e-
laatfch.
eember óp Bergachtige Heijen in ’t Hertog- X.
dom Toskanen. en aan de Wortels van Boo- nf.L*
men, in derzelver Holletjes gevonden, gelykt H oofd-
naar een Wykwast, byna zonder Steel en
groeit aan dikkeZoodjes ,zyndeeerst Sneeuwwit
, vervolgens Goudgeel, met Eyronde
Zaadjes.
f8) Schimmel, dat gefleeld is, met een rond* VÏÏI.
v J . * . . . Mucor
achtig vergaard Hoofd]e. „ glaums.
Zeegroe*.
Op fommige Vrugten, die bederven, komt
dit Schimmel voor, dat van het Gemeene
zeer verfchilt, door getakt te zyn, en doordien
de Hoofdjes uit vergaarde en als getroste
ronde Zaadjes beftaan. Men heeft het v3n
aartige figuuren en veelerley Kleuren waargenomen.
Hier toe behoort dat vanLEDÉR-
muller op een Druiven-lros, uit hetwel-
ke meh zou mogen denken of de Hoofdjes ook
Mannelyke Stuifmeel-Knopjes waren, terwyl
het buitendien nog Zaadjes hadt. D e G lei c
h e n , die zulks vermoedt, vertoont een
dergelyk Schimmel, dat op Snyboonen gegroeid
was.
(g) Mucor ftipitatus , Capitulo fubrotundo aggregato.
G o r t . Belg. II. p. 333. Aspergillus Capitatus Capitulo
glauco, Seminibus rotundis. M ic h . Gen. 212. T. 91. f. i*
Botrytis cinerea Racemis fphsericis. Hall. uts. p. n a.
G l e ic h . Obs. Microsc. II. T. 4. L e d e rm ü l l . MiW.
Tab. 2.