28 OTJDE MABKE-IKRICHTING.
gegraven, om de boomen uit zijn bosch te water te kunnen
vervoeren. Van die vaart had Hogendorp groote verwachtingen.
Die zijn niet vervuld. Nu wordt de vaart zelfs niet meer ge-
bruikt. Maar het logement, in 1775 door hem gebouwd en naar
zijn’ naam genoemd, is nog in vollen bloei en trekt jaar op jaar
tal van vreemdelingen tot zieh. Voor Twenthe is het een zeer
gewaardeerd uitspanningsoord. Bij niet onbeperkten tijd is Ca-
relshaven evenwel van het schoonste gedeelte van het bosch wat
ver verwijderd, en bij een gewone wandeling, waarvan het logement
het uitgangspunt is, moet niet zelden meer dan een
heerlijke partij onbezocht blijven.
Daarom sloeg ik, in de onderstelling dat wij niet vele dagen
in Twenthe kunnen vertoeven, een’ anderen, wat grooteren
wandeltogt van Hengelo naar Twickel voor. Een weinig voorbij
den spoorwegdijk wendt zieh een voetpad ter regterzijde af. Dat
willen wij volgen 5 het brengt ons op den hoogen esch, van ouds
tot bouwland gebruikt, voor de markeverdeeling het gemeen-
schappelijk bouwland der buurschap. Huizen liggen hier dan 00k
niet. In de laagte rondom den esch zijn zij verspreid in het
bosch, 00k weleer aan de gezamenlijke markegenootenbehoorend,
waar zij het hout hakten voor brand- en timmerhout, na ont-
vangen verlof van den „holtrigter”, en waar zij de varkens „op
mesting” dreven, ieder overeenkomstig zijn regt, naarmate hij
een „volle” of een „halve waar” bezat, Daar, in de laagte,
liggen 00k de „marschen” , de weiden voor het vee, de „heetvelden”,
waar zij plaggen en turf staken , en de heiden, waar
de schapen hun voedsel zöchten, onder de hoede van den „sche-
per”. De „Schotters” waakten tegen overtredingen en „wroogden”
ieder, die meer nam dan hem toekwam ¿ k - behalve den markerigter;
die „wroogde” zieh zelven en gaf uit eigen beweging zijn ver-
beurde tonnen bier, — en 00k wel eens behalve zulke markegenooten,
die de kunst verstonden, den Schotter een 00g te doen
toeknijpen. Men zegt, dat de Schotters in den regel liepen met
de geopende hand op den rüg, en als daar iets hards en klin-
kends inviel, dan zagen zij den prächtigen gevelden eikeboom
VAGEBONDEN. 29
niet. ’t Moest evenwel niet al te erg loopen; en had de markerigter
tot driemaal toe overtreden zonder vrijwillig boete te be-
talen, dan wroogden de schotters den magtigen edelman even
goed als den minst vermögende onder de gew'aarden. „Kotters”
of „keuvenaars” , — arbeiders, die in de kleine huizen op het erf
der eigengeérfde boeren woonden, — hadden in de marke geen
regt, noch van houtkap, noch van veedrift; en waagde soms een
vreemdeling het, een hutje van plaggen en biezen op markegrond
te bouwen, onmiddellijk werd hem aangezegd, zijn schamele wo-
ning weér wegtenemen; bij weigering werd de hut met den
grond gelijk gemaakt. Maar waar zou hij heen? Aan de eene
marke grensde eene andere, waar de geneigdheid om vreemden
toe te laten al niet grooter was! Misschien vond hij ergens een
hoekje op bijzonder grondgebied van een’ of anderen Heer, en zoo
niet — vagebonden en landloopers waren in de middeleeuwen
in Overijsel overvloedig. Als zij te zeer vermenigvuldigden, werd
er jagt op gemaakt. Wie in handen vielen, kwamen met de jus-
titie in onaangename aanraking; zij kregen een geéseling en een
verbod, zieh weér te vertoonen, en konden dan in Utrecht of
Gelderland dezelfde ervaringen opdoen, totdat zij eindelijk als
onverbeterlijke dieven en rabauwen te eeniger tijde werden op-
gehangen of naar de galeijen gezonden. „Elk voor zieh”, was de
leuze der marken, der gemeenten, der heerlijkheden, der gewesten.
Ook in dit opzigt bragt de nieuwe tijd een’ zegen.
Van dien nieuwen tijd spreken niet alleen de verdeelde en
veel verbeterde markegronden, maar ook de ledige vakken, die
gij rondom in het houtgewas bespeurt. Aan schoonheid heeft het
landschap zeker niet gewonnen, sints zooveel prächtig eikenhout
viel, maar veel won de algemeene welvaart, toen zooveel dood
kapitaal te gelde werd gemaakt, en de wereld is niet alleen voor
de landschapschilders en de wandelaars geschapen. Van dien
nieuwen tijd spreken u ook de spoorbanen en fabrieksschoorstee