Ook deze grotten hebben van overoude tijden te verhalen. Vodr
eeuwen reeds dienden zij tot woonplaatsen van het volk, dat
zijn dooden daar boven op de rots, in den maagdelijken grond
der Wippelsche heide, ter rüste legde en dat uit de steengroe-
ven van den berg de bouwstoffen brak voor de villa’s, die daar-
tegenover op de heuvelen aan den anderen kant van het Geule-
dal prijkten.
Geulem is een klein gehucht; behalve de rotswoningen telt
het maar weinig huizen. Toch wordt het druk bezocht, en de
weduwe Coppe ontvangt menig gast in haar woning of in haar’
steil oploopenden tuin, want als doel eener wandeling heeft het
nederig, maar nitnemend bekoorlijk plekje een groote mate van
aantrekkelijkheid. Ook de watermolen draagt er het zijne toe bij,
de oude, steenen molen, welligt dezelfde, die reeds in 1306 als
die van Gozewijn van Berghe wordt genoemd. En keeren wij een
oogenblik in onder het gastvrij dak der herberg, dan vinden wij
de moeite om naar een der tuinbanken op te klimmen, ruim be-
loond door het prächtig uitzigt, dat wij er genieten längs den
rotswand, die zieh stout en krachtig ter zijde verheft, en op het
schoone dal, dat zieh voor ons in zijn’ rijkdom en zijn liefelijkheid
uitbreidt, tot waar de verre hoogten.van het Ravensbosch den
gezigtseinder begrenzen. Yoor den dorstenden wandelaar is het
geen verwerpelijk voorregt, dat de weduwe Coppe niet uitsluitend
het beroemde ,/Oud-Maastrichts” in haar’ kelder heeft. Dit ver-
maarde brouwsel is een der schaduwzijden van Limburg’s schoone
hoofdstad en een der inconvenienten van een’ zwerftogt door het
goede land van Valkenburg.
’t Is niet enkel het uitwendige der bergen, niet alleen wat
het oog des wandelaars in ’t voorbijgaan ziet, wat de Geulem-
sche rotsen merkwaardig en aantrekkelijk maakt. Ook hier, als
elders in Limburg, strekken in het binnenste der berggevaarten
de lange, geheimzinnige doolhoven van elkander kruisende gangen
zieh uit, waar de gesteenten de heugenis bewaren en de ge-
schiedenis verhalen van lang uitgestorven dierengeslachten, van
tijdperken uit de vorming der aarde, toen nog geen mensch haar