. J1I‘ B r e y n zyn hier ook twee Conocarpodendra
iv. van B o e r h a a v e t huis gebragt; doch daar
Hoofd* heeft in deeze allen, zo L i n n je u s aanmerkt,
stu k * eene groote verandejdykheid plaats, die ’er te
regt den Geflagtnaam van Protca aan heeft
doen geeven. \
xxi. (21) Zilverboom, die de Bloemknoppen Ey-
Argtntta» vormig , niet Kaf achtig gefchubd, met
verzilver* Bladen omzet en Wollig; de Bladen Lancetvormig
en glinfierend ruig heeft.
flBRlrc !
Deeze Soort heeft de Bladen allermeest Zil*
verglanzig , en voert daarom aan de Kaap ge-
meenlyk den naam van Witten Boom of Zilver *
loom. Z a n o n i noemt het een Boom met
geheel Zilveren Bladen , en C o m m e l y n
g a f ’e r , deswegen , den Griekfchen naam, Ar-
gyrodendros, aam Deèze vermaarde Kruidkenner
z e g t , dat dezelve in Afrika, aan het Gebergte
, tot de' hóbgte- van dertig Voeten groeit,
wordende anderhalf Voet dik: zo dat het ver
de grootfte is in dit Geflagt. Men vindt .’er
ge*
( 2 1 ) Protca Flor. ovatis involucratis epaleati* tomentofis,
Fol. lanceolatis villöfis nitentibus. M u n t. 154. Protca Ar-
gentea. Sp., P la n t . 137. Leucadendros Africana arbor &c.
PLUS. A lm . 21a. T. 200. f. t l Argyrodendras Africana,
COMM. H e r t . II, p. s t . T. 26. S.AJ. B tn d r . 9. Cono-
carpodendron Foliis Argenteis Sericeis latisfimis. B o E K H.
Lugdbat. II. p. T. 19j . Arbor ferens Folia Argentca. Z a n -
A ß . »4-
geheele Bosfchen van, die als Zilver glinfleren
door de Zonnefchyn, Hy zegt, dat de Bladen 1 ° v?**’
een Vinger lang , fmal en fpits zyn. B o e r -H oofd*
h a a v é geeft ’er zeer breede Bladen aan ; ’ t sT(JK*
welk , mooglyk, in vergelyking met Wilgen-
Bladen te verftaan Zal zyn. Het Zaad heeft
een byzonder aartig .kroontje, van Veertjes , wanneer
het voorzigtig uit de Vrugt, die mede naaf
een Pynappeltje gelykt en Zilverachtig gefchubd
is , genomen wordt.
(22.) Zilverboom , die de Bloemen half Kloot- zxir.
' J ' • tr t Protca rond, byna met Bladen omtet, met Kaj- itvifanus,
achtig gejclmbd , maar tuig heeft, de £lgc^nbla'
Bladen Spatelvormig.
Deeze was voorheen t’huïs gebragt in het Geflagt
van Brunia, met den bynaam van Levifa-
m t , dien Pe t i v e r aan dergelykè Kaapfe
Heeflers hadt gegeven. De Hoogleer aar J.
BüRMANNü s , denzelven afbeeldende;, merkt
aan, dat de Blaadjes langwerpig s plat en dik
zyn,
( n ) Protea Floribns hemisphSrlcis fubinvoluèratis, epa-
leatis, villöfis, Foliis fipatulatis. Mant. ï 94- Brunia Levifanus,
Sp. Plant. 289. Brunia Foliis oblongis incanis, Fioram Ca-
pitulo ramulum terminante, BuRm. Afr. 267. T. 100. F_jï.
Conocarpodendion Folio fubrotundo brevisfimo. BofeaR.
Lugdbat. II. p. T. 202. Chryfahthernüm fruncofum, Poiygö-
ni folio , Caulibus fcabris, Flore minore. Plu k . Mant. '*>»
T. 343- f-:9-
; H 2