III. Geheugen: zy doen het denkbeeld voor des
DF.KL, G eefl. komen van p]ant s die door de Soor-
H oofd- telyke Bepaaling ofiderfcheiden wordt Hierom
*TUK* behoorden deeze Bynaamen , offchoon L i n-
r j e u s dezelvep aan geene Wetten gebonden
acht, met den Soortnaam overeenkomftig, en
niet tegenftrydig te zyn , noch in elkander te
loopen. Dit laatfte heeft plaats, wanneer eene
Soort van Pynboomende Wilde genoemd wordt ,
daar zy meest allen in ’t wilde groeijen ; als
ook, wanneer ééne Soort van Vygeboomen de
Jndifche wordt getyteld , terwyl ’ér meer dan
twaalf uit Indie zyn opgeteld: o f wanneer een
Plant de Amerikaanfche heet, daar zy doch in
de beide Indiën ö f ook in andere Wereldsdee*
len valt. W y hebben ’er reeds veele Voorbeelden
van gezien : terwyl die , daar de Bynaamen
altemaal in een Geflagt van de Soortelyke
Kenmerken zyn ontleend, zeer zeldzaam zvn.
Onder de Heefters zal ik nu vervolgens alle
de genen begrypen, die door my van de
Boomen zyn uitgemonfterd; mids dat zy over-
blyvende Stammen en Takken hebben , en
over zulks ook alle de Klimmende o f Slingerende
Rankgewasfen en kleine Boompjes: maar
ik wil my wederom daar in niet,zo Daauw be-
paalen, dat ik n ie t, geJyk hier ten opzigt van
de Salicörnia gedaan is, de Hcefterachtigen o f
Heefters in eenige Geflagten, wegens de over-
eenkomttigheid , tot de befchryving der Kruiden
zou durven befpaaren, o f ookj fofhtyds
D E R H E E S T E TR. E N. 7
eenigê Kruiden, in ’t zelfde Geflagt, onder ^ A{r^ u
Heefters befchryveh. i.
W y hebben gezien , dat ’e r , in ’t algemeen Hoofo-
gefproken , maar weinig Verfchil in de ftruöuur # ^
is tüsfchen de Boomen en Kruiden % De Stami. stok ,
o f Steel beftaat in beiden uit vyfdërley Werk-bladz* 27*
tuiglyke deelen , wier evenredigheid, in dikte
en famenweefzel , wel zeer veel onderfcheid
vertoont, doch geen weezentlyk verfchil maakt
in de Hoofdverdeeling. Het Merg-, by voorbeeld
, beflaat in de meefte Kruiden byna den
geheelen Ste e l, maar in fommige Boomen ook
byna den geheelen Stam. De Bast is in veele
Kruiden by uitftck dun ; maar dit heeft ook
plaats in veele Boomen. Térwyl nu de Heeftere
als in ’t midden ftaan tusfchen de Boömén
en Kruiden , zo kan men in het maakzèl van
derzelver Stamtffen o f Steelen geen volmaakte
overeenkom ftigheid verwagten. Sommigen hébben
die byna zo week en vol Merg als de
Sappigftë Kruiden: anderen hebben dié zo hard
en Houtig als de zwaarfte Boomen. Inzonderheid
heeft dit in veele Oostindifche Rankge-
waslèn plaats; terwyl de Stammen van anderen
geheel Spongieus z y n , als die van Vlier, of
geheel zagt, als die van de Banannen en meer
dergelyke Struiken , welken ik , als niet ge-
vceglyk tot de Kruiden t’huis gebragt kunnende
worden, tot de Heefters zal betrekken.'
Hebben wy , in de voorgaande Afdeelingen
van het Ryk der Planten, de voornaamften be-
A 4 fchouwd ,