Afdeel kaanfchen en weezentlyk Barbaarfchen naam ,
vf. die naauwlyks voor ons uit te ipreeken is , laa-
Hoofd- ten behouden. En deeze naam Tchynt eigent*
*™ 'ca tyk » by overdragt, van dat Gewas , anders
ucca‘ Manihot genaamd, ’t welk het gewoone Brood
der Amerikaanen uitlevert ( * ) , op deeze toegepast
te *zyn. - Zy fpreeken ’t zelve als Hyju-
ca uit.at De tegenwoordige Soort ■ voert den by-
naam wegens, haare Pragtige Vertooning. Men
vindt dezelve Tucca met Aloë - Bladen getyteld
van C. B a u h i n us. Uit een knobbeligen
Wortel van zelfftandigheid als een Raap, maar
barder en vol Sap, dat zoet van Smaak is ,
komt een Kroonsivyze Stoel van Degenvormige
Bladen voort, fomtyds een Elle lang, fty f
en fpits , altoos groen , uit welker midden, in
fommige Jaaren, een Steng fcbiet van drie Voeten
h o og , die Houtig is en ftevig, Pierami-
daalswyze bezet met kleine Takjes, waar aan
witte Klokvormige Bloemen bangen, van buiten
roodachtig, doch waarop, in onze Gewesten
geen Zaad volgt ; maar in Provence, daar
men ’t Gewas in de Vaste Grond laat overwinteren
, brengt het ryp Zaad „-voort. Door het
affnyden der Bladen krygt hetzelve een blyven-
den Stam, van aanmerkelyke hoogte: weshalve
het zekerlyk behoort tot de Heefterachtige Planten.
Men heefteer geen nuttigheid van, buiten
het
(*) Hetzelve zal men vervolgens in ’t Geflagt van Jatr»• .
f ha befchreevcn vinden. - Sommigen hebben het met deeze
verward. Zie Boerh. Hij}. Plant. Lond, 1731. p. 6o6„
het Sieraad. Zonderling is ’t , dat een dergelyk III.
Gewas uit Kanada overgebragt ware in denAFnvEEL*
Farnefiaanfchen Tuin zo A l d u s verhaalt , Hoofd-
die ’er de 'Bloemen van af beeldt ,* doch deezeSTÜK*
hadden, éénen wel duidelyken Styl en v y f dikke
Meeldraadjes. Het bragt zelfs te Rome geen
Zaad voort
(2) Yucca met gekartelde Lancetvormige Bla- ir-
, ■■ SBq* i ' • - J " • 0 •; Tucca
de n • . A.oifolia.
Aioëbladi*
De Gekartelde Bladen onderfcheidem deeze, £e*
welke Boomachtig is , volgens Go m m e l y r ,
die dezelve noemt Aloë met Bladen van Tucca.
De Stam heeft * zo dra hy uit den Grond
voortkomt, zegt h y , reeds anderhalf Voet dikte,
en daaronder wel derdhalven Voet, en meer;
wordende eens Mans langte hoog , en aan ’t
boven - end Bladen uitgeevende, langer dan twee
Voeten, aan beide enden fmal, twee Duimen
op ’t breedfte.
f 3) Yucca met gekartelde knikkende Bladen. m.
Tucca
Dee--0 racoms9
r Draak-
( * ) Rar. Plant. Hert. Farn. Rom. I 6 z j . boombla.
(2) Tucca Fol, crenulatis ftrifitis. Ibid. Yucca arborescens,
Fol. rigidioribus reftts ferratis. D i l l . Elth. 435. t . 323. f.
416. Aloë Yuccae fol, caukscens. Pl o k , Alm. 15. T . 256. F'
4. Aloë Amer. Yucca: folio , Arborescens, C o m m . Pral.
64* T . 14. -
(3) Tucca Folii's crenatis nutantibus. Ibid. Yucca Draconis
folio ferrato. Di l l . E(tb. uts, C om m . Pral. 4 2 , 6 7 . -t . i s .
Draconi Arbori affinis Americana. C - B. Pin. je fi. Cord. fo l.
pung. crenatis.. R oven Lugdb..22,
W È
mm.
p |j|i| | | mm mm • P i l
yfeïss*
A