W- by den oirfprong van ieder Blad, zyn in de
A fdeel, Afbeelding n,-et zjgtbaar, en worden ook in
H oofd, de befchryving van gcdagten Hoogleeraar niet
stuk. gemeid , volgens welke de Bloemen zo wel
gepluimd fchynen te z y n , als die van de Derde
Soort.
Pb)ka (<0 Dhylica met Hartvormige Bladen.
^Tweehui- Men heeft ontdekt, dat ’er van deeze Man-
Z]ge' netjes en Wyfjes-Plantgewasfen zyn, waarvan
de bynaam is ontleend. De Schubben van den
Kelk zyn hier ruig door groenachtig graauwe
Haairtjes, die van de Bloem door witte Haair-
tjes, en van deeze Soort is eene Verfcheideu*
heid met omgekrulde fmalle Bladen, zo onze
Ridder aanmerkt.
vu (? ) Phylica met enkelde en drievoudige Ey-
PhfUca ronde, van onderen, Wollige Bladen.
lïuxifolia.
dfge“ bIa' E en zeer fraay Gewas maakt deeze, dat dikke,
ronde Steelen h eeft, welke jong zynde Wollig
en bruin , oud wordende roodachtig en ruuw
van Oppervlakte zyn , met Bladen bezet als dje
van Palm , doch van onderen Wollig en witachtig.
De Bloemen, in Hoofdjes vergaard ,
zyn klein en vyfbladig , o f hebben den Kelk in
vyven gedeeld, gelyk de overigen. De Heer J-
(6) Phylica Foliis cordatis. Mant. 342.
f7) Phylica Foliis ovatis fparfls, ternisque , fubtus tomen-
tofis. Syst. Nat. XII. Veg. XIII. Cham. Fol. fubrotundo,
fubtus incano Scc. Buem. Afr. 119. T. 44. f. 1.
T. B u r m a n n ü s hadt deeze insgelyks to t de U I .
Chamcelea betrokken. v.
Hoofd*
(8) Phylica met gladde Eyronde Bladen , deSXUKt
Bloemen enkeld en Trosachtig gepluimd.
Deeze maakt een Heefter van v y f Voeten
ui t , met rosachtige Takken, de Bladen onge-ractmo/a.
Beeld , fpits , effenrandig, de Bloemen in een
Pluim van famengeftelde Aairen , doch zeer
klein, met een Hartvormig Blikje. Z y hebben
geen gemeenen maar een eigen Kelk, die drie-
bladig i s , het Vrugtbeginzel bevattende, waar
bovèn de Bloem, die fchynt te beftaan uit v y f
ovaale, platte , witte Blaadjes. Hoe komt dit
met de Kenmerken overeen?
(9) Phylica met Els vormige , fpitfe, ruuwe ix.
eenigermaate Haairige Bladen, de Takkenparviytram
Pluimachtig veelbloemig.
Dit is een Heefter van twee Voeten, ook,
gelyk alle de voorige Soorten, natuurlyk groei-
jen'de aan de Kaap der Goede Hope. De eze, op
Zandige Velden voorkomende, gelykt veel naar
de Heyachtige o f onze Eerfte Soort, maar de
Takjes zyn veelbloemig en de Bloempjes kleiner,
zegt onze Ridder.
C e -
(8) Phylica Fol. ovatis glabtls, Flor. fimplicibus paniculato-
racemoGs. Mant. 209.
(9) Phylica Fol. fubulatis acutis, fcabris fubpilofis , Ramis
paniculato - inultifloris. Mant. 209.
I I , o 2.e l , I V . St u k ,