I4 W k (8) Wyngaard met zevenvoudige E y v o rm ig e
fdeel. e ffen ra n d ig e B la d en .
stu k . Deeze thans bykomende Soort is een Oost*
vut. indifch Rank - Gewas, veel haar de Vyfbladige
hpaphyi. Klim - °P Selykende, dat gevingerde Bladen
/a‘Zev(n heeft , en aan het end der Ranken Trosfen
bladige. draagt, uit verfcheide enkelde Wollige Aairen
famengefteld, van kleine, ongefteelde Bloempjes,
Kranswyze geplaatst. Deeze hebben den
Kelk vyftandig, vyf Meeldraadjes en een Rompen
Stempel; de Bloemblaadjes aan de tippen
famenkleevende, van onderen zig losmaakende.
Het kon derhalve niet behooren tot het Bofch-
touw, noch tot de Klyf, maar alleenlyk tot dit
Gefiagt.
C l a y t o n i a .
De Geflagtnaam ftrekt ter vereeringe van den
Kruidkundigen Heer, Doktor Cl a y t o n, die
uit Virginie- een menigte gedroogde Planten,
met derzelver befchryvingen, aan den ouden
Heer J, Fr. G ronov ius heeft toegezonden.
Een tweekleppige Kelk, een vyfbladige Bloem
met vyf Meeldraadjes en den Stempel in drieën
gedeeld: een driekleppig Zaadhuisje dat in ééne
Holligheid drie Zaaden bevat; maakt de Kenmerken
uit. Twee Soorten,die tot de Kruiden
behooren , zyn daar van voorgefteld geweest ,
' waar
(s) V it is Foliis feptenatis oyatis integerrimis. S y it , N a t .
XIII. M o m , s u .