9te ä sä
Afdeel ^ie n'et zeer Takkl'S is» zeggende dat het aan
v . ‘ de Kaap voorkomt op de Zee-Oevers. T e
H oofd- vooren was het , door zyn £d., tot de Nagt-
‘ TÜK- fchaden betrokken.
P h y s a l i s . Blaaskruid.
Dit heeft zyn naam van de gefteldheid der
Vrugt, welke een ronde Befie uitmaakt, die
als in een Blaasje ruim vervat is; gelyk men
dit in de Vrugten van de Alkekengi ziet, welke
hier toe ook is betrokken. De Bloem is Raderachtig
en de Meeldraadjes voegen zig digt
by elkander.
In dit Geflagt komen thans twaalf Soorten
voor, waar van de vier cerften tot de Heefters
behooren , de overigen onder de Kruiden te
befchryven ftaan.
x . ( i ) Blaaskruid met een Heefterachtige Steng,
sS&Z*. ' regte Takken en Tropswyze Bloemen.
Slaapverwekkend.
]De Bloem van deeze Soort komt met die
van het voorgaande Geflagt overeen, en is derhalve
Klokvormig, maar de Vrugt met de gedag
(1) Phy/alis Caule fruticofo , Ramis re£tis, Florilms con-
fertis. Syst. Nat. XII. Gen. 249. p. 172. Neg. XIII. Gen.
250. p. 180. Hort• Cliff. 62. Royen Lugibat. 425. Solanuna
Somniferum verticillatnm. C. B. Pin. 166. Sol, Somniferum.
Clus. Hiß. II. p. $5. Rar. p, 40a. Cam. Epit,p, g ij. Lob.
Icon. 263.
gedagte Kenmerken, en h e t'L o o f met
voorgaande Soort, naar welke het Gewas zo- v> I
danig g e ijk t , dat het naauwlyks GeflagtelyMoorn.
kan onderfcheiden worden, zegt onze Ridder. ^
Zyn Ed. moet derhalve niet de laatfte maar
welke ook rondbladig is. Men vindt de tegenwoordige
, zeer w e l, door C a m e r a r i u s
afgebeeld en C lus i u s , die dezelve in Spanje
waargenomen hadt , befchryftze, onder den
naam van Solanum Somniferum, als een Gewas
dat verfcheide Steelen , van een Elle lang ,
uit zynen Stoel voortbrengt, die in eenige witachtige
, Wollige Takken, verdeeld zyn, met
de Bladen gepaard , en zeer naar die van den
Kwee - appelboom gelykende; de Bloemen Krans-
wyze in derzelver Oxelen , bleek, langwerpig,
in vieren verdeeld; waarop Besfen volgen, die
in ruige Blaasjes vervat zyn , ryp wordende rood
of roodachtig geel. Die van Mallaga, alwaar
hy dit Gewas op Steenige plaatfen vondt groei-
jen, zynde in de Maand February met Bloemen
en ryp Zaad voorzien , noemden het Orvalê.
Het duurde aldaar veele Jaaren,
Dit fchynt de Slaapverwekkende Nagtfchade
te zyn van Dioscorides en de Ealicacabus
van P L i N i u s , waar van de Bast der Wortelen
een kragt hadt, zagter dan die van het Opium,
en de Vrugt het Water geweldig deedt Ioozen;
doch het is de Belladonna niet, een Kruid dat
tot het voorgaande Geflagt behoort, De Groeyplaats
II. Deel. IV. Stuk.-