ïö . den Areeknooten - Boom befchreef; doch de
A fdeel. oncjerfcheiding dèezer twee Soorten van Siri,
Hoofd- die anders in Gewas overeenkomen , tót hier
pruK. toe gefpaard. Op fommigen der Molukkifche
Eilanden worden ook de jonge Bladen van de
Siri-Boa tot het Pinang kaauwen. gebezigd ,
en de genen , die gewoon zyn dezelve te gébruiken
met de Vrugt, welke Pepèfachtig heet
i s , vinden geen Smaak in de Siri-Daun.
v. (5) Peper met Hartvormige gejleelde en onge-
Tiper [teelde Bladen.
tongum. J
Lange
Peper. x)eeze Soort bedoelt het Gewas, welks Vrugt
men gemeenlyk Lange Peper noemt. Men
heeft van ouds drie Soorten gehad, de Zwarte,.
Witte en deeze laatfte , van welke een groote
menigte, in den jaare 1597, zoClusius fchryft,
door de onzen uit Java was overgebragt. Hy geeft
’er een zeer goede Afbeelding van, welke ook
in ’t Kruidboek van D odoNéus is gebragt
en befchreeven. Men vergelykt de Vrugt by
de Katten van de Berkeboomen ofHazelaaren
en het Blad komt grootelyks met dat van de,
Piftolochia overeen.
De
f j ) Piptr Foliis cordatis, petiolatls fesfilibusque. Fl.Zeyl,
30. Mat. Mei. 20. Piper longum Oriëntale. C. B. Pin. 412.
J>iper longum. R umph. Amb. V. p. 3 33- T. 116. f. 1. P>,
per longum Piftolochi* foliis &c. PLUK. Alm. 297. T. 104.
f. 4. Cattu - tirpali. Hort. Mal. VII. P- 27. T. 14, BURM,
Fl. lnd. 14. Clus. Extt. 1S3. Dod. Krusib. 1441.
De Lange Peper groeit niet alleen op vee- Hl»
len der Eilanden van den Indifchen Oceaan
in ’t byzonder op Java, maar ook van de V as- Hoofd-,
te Kust van Indie , gelyk in Bengale , enz.STUK‘
JEiet Gewas heeft een Houtigen Stam, van om- Feptr'
trent een Vinger dik , die veele groenachtige
Ranken uitgeeft, welke zig niet alleen om de
Boomen flingeren en winden, gelyk de Peulen
en Turkfche Boonen hier doen , om Takken
en Sparren , maar maaken zig ook met zekere
Worteltjes in de Schors dier Boomen vast. Men
kan de Vrugt naauwlyks van de Siri-Boa on-
derfcheiden, dan doordien zy korter en ruuwer
js. Groen zynde is deeze Vrugt zeer fcherp
en heet, als Peper; weshalve men dezelve dus
droogt, door middel van Vuur, of in de heete
Zonnefchyn , en dan komen ’er die Vingers
van , welken men in de Apotheeken heeft ,
onder den naam van Lange Peper. Lang aan
’t Gewas blyvende, worden zy rood en week,
bevattende alsdan in het roode Vleefch veele
harde zwartachtige Korrels, welke heet zyn
doch het Vleefch is zoet. Dus heeft, omtrent
het inzamelen van deeze Specery, iets dergelyks
als- met de Kruidnagelen plaats, en de hoedanigheid
der Vrugten van de Peper, in ’t algemeen
, zweemt veel naar die der Besfèn van onze
zogenaamde Peperboompjes.
De Lange Peper, groen geplukt, wordt in
Indie veel gebruikt om een Geur te geeven aan
de Dingen, die men inlegt of konfyt. De Javaa*