m
dicam. Intcftina in. Abdomine alio pcnitus modo,
De Darmen in de Buyk waaren nn heel anders
maakfel, als ik in de Wurm afgebeelt heb; ook wua-
ren Jy meer gekronktlt. En de Maag felve was
een dun Darmke geworden, dat alles omtrent de
Darmen en Maag ook nootfakelyk was, van weegens
bet ß o feer mcrkclyk v er körten van bet liebaam.
En aifoo de Maag vernauwt was geworden, waar
in ook Jonder twyfel haare mujkuleuß deelen groo-
te veranderingen ondergaun hadden $ßoo was fy
en de Darmen van confißentie als {hot. De Longade-
ren waaren nog in haar oude poßuttr. En vorders
was de ganjehe Buyk als van een kalk o f flyffclag-
tige materic vervult, die het oog verdonkerde , als
men fe bandelde. Maar als ik deefe deelkens -wat
nader onderfogt, feo bevond ik dat bet de Vetbeurs-
kens waaren, die ullenxkens haar figuur en gedaan-
te verliefen, en foo ganfehelyk verteeren, dat ik ,
als het Popke nu in een Scbalbyter vergroeyt was,
daar ganfehelyk geen tekenen van gtßen heb. Het
is bet vet niet alleen dat in het Popke verteert, maar
ook de vlieskens, daar bet meede vercenigt is. Op
deefe tytßet men daar binnen in eenige witterßip-
pelkens, en ook verfebeyde Longpypkens, die daar
als naa toe fchynen tegaan. Dat my doet twyfelen,
o f deefe deelkens niet wel de begintfelen mogten
fijn van de Lugtblaasjes , die men in de Tor
in een feer groot getal ontmoet: o f wel , aat deeß
Blaasjes uit gedilateerde Longpypcn ß lv e beßaan:
I £ten ik nog niet vafi kanßellen. ln de Popkens
der Byen beb ik deefe dingen meede gefien, naa
dat ik baar hißorie ul voleyndigt hädde. Watter dan
van isßeefe deelkensßnßobrokkelig en teer in het
Popken,dat men fe niet het minße b an de len breekt;
en dan beletten fy , door haar wittigbeid en kalk-
agtigheid, dat men de aanleggende deelen niet ßen
kam ß o dat men bet lieb ¿¡am van het Popken wel
haaßgeduurig met water dient uyt te fpoelen. Soo
dat hier omtrent nog al veel te obferveeren ß it
vallen. In de Borfi waren de deelen wat meer van
conßfientie: de Mufculeufe Vezels der Voeten en
Vleugeleu waren als het wit van een E y , dat begint
te fiollen, maar een weynig tayer : voorts was de
reß Tter ^eek ende teer. En als men bet buyten-
fte vlies van de binnenße buyt van bet liebaam af-
trek, ß o was de vogtigbeid tuffchen beyden daar
vetlitn op veel plautfen was dat ondoenelyk.
De leeden van bet Popken van tyt tot tyt dan
fierker wordendt ^ ßoßet men in de laatße daagw* dat
quam ante in Verme delineavi, conftrudta
erant atque magis iinuoih-. Ventriculus ipie in
tenue quali Inteftinulum abierat. Et lane omnia
lfthaec circa Intcftina 8c Ventriculum necefl'ario
fieri dcbebant; quandoquidem corpus adeo no-
tabiliter brevius cvaferat. Quum vero Ventri-
culus maxi mope re fiierit coar^latus, atque ita
partes ejus mufculofac procul dubio infignes
quoque mutationes turn fubierint ; hinc is & In-
reftina haud alitcr, ac mucus, erant diftoluta.
Vafa Pulmonalia priftinum adliuc fitum 8c figurarci
obtinebanr. Porro univerfum Abdomen
calcaria veluti aut amylo limili materie, quae
contre&ata o.culum obtundebat, repletum crat.
At cum materiem hanccc propius cxaminarcm»
animadverti, quod fint Sacculi Pinguifcri, qui
fuam paullatim figujram habitumque amittunt,
8c adeo penitus confumuntur , ut, poftquam
Nympha jam in Scarabaeum excreveràt, nc minima
quidem corum veftigia ibi ampiius depre-
henderim; Ncque folummodo pingue in Nympha
difperditur, vcrum ipfac etiam mcmbranu-
lae, quibus id inhacret. Sub hoc tempus pun-
eta quaedam magis albida intra dictam materiem
confpiciuntur, multacque Fiftulae Pulmonales,
quae quali verfiis illa tendere videntur: unde
dubito, utrum particulac hae forte lint rudimcn-
ta Veiicarum Pneumaticarum, quarum ingens |
valde numerus in Scarabaeo occurrit: an vero
potius ipfae, hae Veficae ex dilatatis faltem Fi-
ftulis Pulmonalibus conftent : id, quod pro certo
ha&enus affirmare ncqueo. In Apum Nym-
phis fimilia quoque obfervavi, poftquam earum
hiftoriam jam abfolveram. Ut ut res le habeat
particulac iftae adeo friabiles funt 8t tenerne ii
Nympha,ut velleviflime contre&atae diflblvan
tur: tum vero vi albitudinis atque calcariac in-
dolis fuae impediunt, quo minus partes adjacen-
tes videri queant; ut ideo Nymphae Ventrem
tunc fere jugiter aqua eluerc neccflum fit. Unde,
nifi hoc incommodiim obftarct, multa heic
loci adhuc obfervanda luperéllènt. In Thoraee
partes nonnihil erant folidiores : Fibrae Mulculo-
làe Pedum 8t Alarum albumine ovi, quod con-,
crefeere incipit, paullo tenacìus cohacrebant:
caetera omnia quam molliflìma adhuc & tencrrima
erant. (Quando autem extimam cuticulam acute
corporis intcriore abftrahebam, plurimus inter
utramque humor colle&us ftfe mihi offcrebat:at
multis in locis fieri haud poterat ifthacc icparatio.
Membris itaque Nymphae paullatim magis
magifque invalcftentibys , iub poftretnos tandem,
dem dies cerhitur, Ànimalculum hoc fenfim vires
acquirere. Obfervatur ,enim | quomodo id
Crura iua intus in cute movere, 8t Ungucs , in
Pedum extremitatibus collocatos, furlum deor-
fumque agerc incipiat. ln Aureliis Bombycum
id ipfum quoque, ultimis ante earum mutatio-
nem diebus, per externara eutim videre mihi
contigit. Quodfi- hoc tempore cutis exterior de
cruribus abftrahatur, perparum humoris fub ea
ampiius reperitur. Quin animadvertitur etiam
Os corneum, quod Pedum Artículos conftituit ?
perfette jam formatum, induratum, pilifque obli
tum eile.
Quamdiu autem Animal ifthoc fua in muta-
tione detineatur, mihi ignotumeft: neglexi e-
nim id adnotarc j quamvis tum temporis vel
quinquaginta harumee Nympharum in Scara-
baeos tranfmutari viderim. Aliquando tarnen
per totam hyemem in Nymphae habi-
tu conftituta manent haec Infedta : id, quod
praeprimis contingit, fiquando Vermes eorum
fub autumnum cutim exuunt, 8t frigorc fubito
opprimuntur¿ Hinc tum per aliquot menfium
Ipatium abfque alimento vitara trahunt : neque
enim cibos allumere valent ; quandoquidem adeo
tenera funt 8c mollicula ipforum membra, ut iis
uti nullo modo polfint.
Cum igitur juftum mutationis Nymphae
.tempus tandem accelfit, tunc animadvertitur,
mufculofas ejus partes magis magifque robóralas
efle, ut ultimis demum cxuviis fuis fernet expediré
queant. Atque haec cutim exuendi mc-
tliodus omninoeadem eft,ac ante deferipta, qua
Infedtum lub Vermis habitu etiamnum delite,
feens utitur. Unde 8t ultima hacce atque tc-
nuiflimá in pellicula omnia iterum confpici
pofiiint degluptarum 8t evolutarum Fiftularum
Pulmonalium Veftigia j nec Iblummodo odtode-
cim, fed viginti : prout jam ante abunde di&um
.eft.
Heic vero nunc animadveiteiidum eft, quomodo
Alae praeprimis,harumque Vaginae, hoc
tempore denuo aere, fanguine, & humoribus,
per Arterias atque Fill: ulas Pulmonales eo intro-
du&is atque impulfis, difpandantur: id, quod
circa alias .partes itidem locum habet. Alac hae
fub hoc tempus haud aliter, ac charta madida,
mollcs 8c flexiles funt; ut ideo vel levifli-
me vulneratae fanguincm ftillent: verum cum
fuam denique acquifivcrunt duritiem, quae in
Vaginis fane admodum notabilis eft;tunc Vafa
ifta poftmodum adeo ar6le occluduntur, ut quo-
tiefeunque ,ca, juxta eum Alis, fauciavcris atque
dif4
dat dit D'ter ullenxkens krachten krygt. Want men
*bemerkt, dat bet ßne beenen binnen in fyn buyt
begint te roeren, en de nagelen, die op de uyterße
tippen der voeten geplaatfi ß n , op en neer te bewee-
gen. Dat ik ook in Popkens der Sydewurmen in
de laatße daagen voor haar verandering, door bet
uyterlyke vel beenge ßen heb. Wanneer men nu het
uyterße vlies van de voeten aftrekt, {oo fiet men
daar weynig vogtigbeid meer in. Ook bemerkt
men , dat hat Hoornbeen van de Articulatien der
voeten volkomely k geformeert i s , hart geworden en
met bayr befit.
Maar hoe lang nu dit Dier in ß n verandering
Myft i i5 my onbekent, als bebbende het verfuymt
aan te tekenen, niet tegenfiaande, dat ik doe ter
tyt wel vyftig van dtefe Popkens in Torren heb
ßen veränderen; en ook dat fe wel de ganfehe win-
ter over in die vertoning blyvem het geen ge-
beurty wanneer dat haare Wurmen in het najaar
vervellen, en dat de koude äugen bdar overvallen s
foo dat ß dan eenige maanden lang ßnder eeten
overbrengen : dat haar ook onmogelyk is , oni t$
doen, om dat fe haare leeden niet gebruyken kuti-
nen , van wegens haare tederbeid en vogtigbeid,
De regte tyt dan aangekomen wefende van de
verandering der Popkens, ß o fiet men dat haare
mufculeufe deelen meer en meerder kragt ontfan-
gen bebben, om ßg eyndclyk van haar laatße buyt
te ontwarren: die fy op defelve wyfe ajßroopen, als
in het begin, wanneer fy de gedaante van een Wurm
droegen, befchreeven is. Soo dat ook in dit laatße
dünne vellckcn alle de tekenen van haar af-en
uytgeßroopte Longpypen te ßen fijn; en dat geen ag-
tien maar twintig, als alreede genoegfaam gefegt
is.
Albier is nu aan te merken, hoe dat voornament-
lyk dt Vleugelen, en haare Scbeede, op deefe tyt
nog eens op een nieuw door ingedrongen lucht,
bloeti en vogtigbeeden, uytgefet worden; ^t geen
door de Arterien en Longpypen daar in gevoert en-
degeperß wort: dat ook omtrent andere deelen plaats
beefi. Deefe Vleugelen fyn op deefe tyt foo weeki
ende buygfaam, als nät papier: foo dat bet bloet ,
daar op het minße quetfen uytloopt. Maar als ß
haare bardigheid verkreegen bebben, die opmerke«*
lyk in de fcheeden is,/oo fluyten defe vaten naderhant
{oodigttoe, dat hoe veelmaal fy^neffens de Vleugelen
, gequetß ende doorgejneeden worden, daar
Oo oo ) mit