Tab.XYI» * Fig. I I .
Formicae Vermiculus au&iore magnitudine
delineatus, caput & os fuum, una cum duo-
decim corporis fui diviiionibus annularibus,
cònfpicienda offerens. Caput verfus peétus
recurvatum eft : Vermiculus enim fi adtingitur
& nonnihil tra&atur, femper ea ratione fernet
contrahit. Animalculum hoc, ut verus fit
Vermiculus, vulgo tamen Formicae Ovum
vocatur. Verum adpellatio haec ex fpiÌTa igno-
rantia proficifcitur : quandoquidem verum id
potius eli Animalculum, vita motuque gaudens.
pedibus carens, neque vel minimam quidem
Ovi fimilitudinem habens ; imo Formica ipfa
quandoque grandius. At tanta eli illorum
hominum barbaries j qui Vermiculos hofce
conquirunt, atque in foro venales exponunt !
Emuntur enim ibi, ut variis Avicularum fpe-
ciebus in efcam cedant : atque a Lufciniis prae-
ièrtim avide admodum appetuntur. Eg. i n .
Heic modum exhibeo, quo diétus Vermi-
culus tranquille fuae vacat cutis mutationi, fen-
fim fanguine aliifque humoribus circa pe£tus}
prope caput, intumefcens, atque hinc ibi loci
multo craflior & turgidìor evadens: ita ut tandem
omnem fuum motum penitus amittat;
poftquam nimirum , exuviis rejeéHs, abfcon-
dita ante membra fua in lucem produxit.
Eg. iv.
Vermiculus idem, primis exuviis fuis exu-
tus, omnia fua membra, quae ante latuerunt
extrinfecus confpeétui offerens : unde hoc tempore
N ym ph a vocatur, quam heic, audtiore
magnitudine, in latus reclinatam repraefento.
Eg. v.
Vermiculus idem, in dorfùm refupinatus,
magnitudine au&a heic exprimitur.
Fig. vi.
Id ipfum denuo Animalculum heic delinea-
tum exhibetur, & omnia fimul membra ejus
adpofitis literis defignantur : unde equidem
evidentiflìme patet, quod Nympha verum fit
animal , at motu fuorum membrorum , quo
potitur, cum formam animalis, quod reprae-
fentat, adipifeitur, ha£fcenus deftitutum.
a. a. Duo in Capite Oculi.
b. Dentes.
c. c. Cornua, quae juxta pedes fiiper peflus
complicata funt.
d.d. Tri-
Fig. 11.
Het Wurmke van de Mier in bet groot ajgtbeelt
waar in fyn hooft en bek gißen worden, als meede
de ringwyze verdeelingen vanßn lichaam, die 12,
in bet getalßn. Het Hooft is op de Borfl geboogen,
dat Jy altyt doen, wanneer ß aangeraakt worden
ende wat gebandelt ßn. Dit Dierke, hoewel het
een waaragtig Wurmke is, wort gemenelyk bet Ey
van de Mieren genoemt ;dan uyt een groote onkunde,
alfoo het een leevend en beWegent Dierke is, fonder
voeten ; en dat geene nog de alderminße vergelym
hing met een Ey beefti alsßnde fimtyts veel groo-
ter als de Mier felve. Maar j 00 groot is de woeßhtid
m die luyden, dewelke deeje Wurmkens vergadtren
en op de markten te koop brengen; alwaar ß gefogt
worden, om veelderhande foorten van Vogclkens te
voeden; ßnde dit 00k een aangenaame fpys voor de
Nagtegaalen.
Fig. i n ,
Tegenswoordig vertoon ik de manier, fo als het
gefeyde Wurmke nu ß il en op ß n vervelling leyt
Jwellende atlenxkens door bloet ende vogtigheeden
ontrent de borß by het hooft op, waar door het op
die plaats merkelyk dikker ende uytgcjetter wort;
foo dat het ten laatßen alleßne beWeging Peenemaal
komt te verliefen : te Weeten naa dat het fyn vel af-
geßroopt beeft , en ßne verborge leedematen tut
uytterlyk komt te vertoonen.
Fig. iv.
Dit wurmkeßn eerße vel nu afgeßroopt hehlen*
de,en alle ßne verborge leedematen uytwendig ver-
toonende: foo dat men het nu een P o p k e noemt,
welk ik in het groot ende op zy leggende vertoone.
Fig. v.
Het felve Wurmken wort op de rüg leggende tnee-
de in bet groot aangeweefen.
Fig. VI.
Wederom , foo wort nu dit Dierke in een fchets
vertoont5 en alle ßn e leeden met letters aangeweefen
: waar uyt dan onweerfprekelyk blykt, dat bet
Popke een waaragtig dier is, maar fonder bewee-
ging en roeringßner leedemaaten, die bet verkrygU
als hettde gefialte van het Dier aanneemt 9dat fe ver“
toont.
aa De twee Oogen in bet hoofi.
b De fanden.
c c De Hoorn en, die neffens de b eenen op de borß
gevouwen fyn.
da m
I d d. Primum par Pedum fub Cornibus
Tib.XVl.
L t i . comphcatum.
e e. Alterum par, fub primo pari confpi-
cuum.
f f . Par tertium, fuper Ventrem compofi-
tum.
Praeterea etiam cernitur, quomodo validiffi-
mi omnes articuli horumce fex Pedum in Pecore
inter Cornua collocata fint.
g. Annuii Abdominis, una cum Ventris
margine utrinque. Attamen in quarta figura
id manifeftius apparet : ubi & margo iite, juxta
ac Lumborum Noduli,diftinófcius exhiben-
tur ; fimulque patet, quanam ratione corpus
totum complicatum & incurvatum fit.
Animalculum hac fub forma exiilens, prout
indicavi, vera eft Nympha Tertii Ordinis juxta
modum priorem, quae membra fua omnia,
nullis exccptis, clare &diftin6te internofccnda
exhibet : ita ut omnes illae partes in ea videri
qucant, quae in Formica vulgari Operaria,eujus
Nympha eft , animadvertuntur. Nympha
igitur haec Formica eft,& Formica eft Nympha;
fed Formica haótenus fub peculiari membrorum
difpofitione veluti latet : atque hoc
praecipuum eft, quod heie datur, difcrimen. j
Cum Vermiculus vel Animalculum iftud
noviffime cutem fuam exuit; tunc omnia ejus
membra inftar coagulati laétis albiflima funt,
& , uti aqua, diffluunt : ut hinc hocce fub ha-
bitu ita debeat confiderari, ac, fi in Ovo fuo
haereret ; quandoquidem ibi limili modo difpo-
fitum, itidemque Nympha eft. Id folum intercede
difcrimen, quod in Ovo membra ejus
haud fuerint confpicua; quae contra manifefte
apparent, cum fecunda vice id in Ovum denuo
reda&um eft. Unde Animalculum hoc bis veluti
foetus eft, bis in incunabulis conftitutum ,&
bis quafi naicitur. At vita tamen , quam id
vivit, haud femper eadem eft; imo maxime
difcrepat: prima enim vice utmifer Vermis in
lucem prodit ; verum fecunda vice, quae renovatio
ejus quodammodo atque regencratio eft,inperfe-
ftura Animal reficitur. Idque inPapilionibus tam
commemorabili modo peragitur,ut Mortuorum
Refurreétionem ibi veluti ante oculos noftros
depiétam, exemploque vel manibus palpando
repraefentatam videamus : unde Poeta Italus
quam veriffime cecinit.
Non v’accorgete voi, che noi ftam Vermi,
| Nati a formar Pangelica Farfalla.
id
d d Het eerße paar Beenen onder de Hoornen te
famen gevouwen.
c e Het tweede paar, dat fig onder bet eerße paar
vertoont.
f f Het der de paar, dat op dé buyk ruß.
Vlorts fiet men, hoe alle de fwaarfte articulatien
defer fes beenen op de borß tujfchen de hoornkens
ingeplaatß ß n .
g De Ringen des Onderbuiks met de rand des
Buiks aan weerßden. Dan dit wort klaarder vertoont
in de v’terde figuur, alwaar men defe rand,
te gelyk met de Knoop kens van de Len denen ,diflin£ler
afgebeelt fiet : als 00k hoe het ganfebe .lichaam gevouwen
ende geboogen is.
Het Beeske in deefe geßalte ßnde is, gelyk als
gefegt, een waaragtig Popke in de der de Order, op
de eerße wyfe, dat ßne leedematen klaar, dißintt
en kennelyk vertoont, fonder eenige uyt te fonder en.
foo dat men daar in alle die deelen fien kan, die men
in bet gerneene Werk-Mierkenfiet,daar bet het Popke
van ist En welk Popke de Mier ts, en de Mier is
het Popke ; maar onder een particulière fchikking
van leeden als verborgen ; dat bet voornaamße onder-
fcheyt is.
Als dit Wurmke of Dierke eerß vervelt is, foo
fyn alle ßn e leeden 1vit als gerönne melk, en 00k
foo vloeybaar als waten fio dat bet in defi geßal*
te moet aangemerkt worden even al eens, als ofhet
in ßnE y lag, alwaar bet die felve conßitutie beeft,
en mede een Popke is. Alleen met dit onderfcheyt
dat bet in ß n Ey ßne leeden riiet en vertoonde, dat
bet in tegendeel doet, nu bet voor de tweede maal
als tot een Ey weer gereduceert is geworden. Waar
door bet als tweemaal een kint is , tweemaal jong
is , en voor de tweedemaal gebooren wort. Dan in
een feer groote verfchillentbeid van leeven: want de
eerßemaal wort bet tot een ellendige Wurm geboorent
maar de tweede maal, dat als ßn e vernieuwing en
wedergeboorte is, foo wort het tot een volkome Dier
berfchapen. Het welk in de Kapelletjes foo over.
aanmerkelyk in ß n werk gaat, dat wy daar de op-
fianding van den dooden als voor onfo ogen afge-
fichildert fien, en in een tafibaar voorbeelt vertoont.
Soo dat de Italiaanfche Poëet met alle reden gefion-
gen heeft :
Non v’accorgete voi, che noi fiam Vermi,
Nati a formar l’angelica Farfalla.
Hilf
D d dd dat
¡Él
il