3.0 6
Alia nirfus Infefta prolem five ovula Cua
.putrefccntibus carnibus ineludunt ; queraad-
modum Celeberrimus D. Francifcus Redijprac aliisj
omnibus, pulchrc aniraadvertit. Nonnulla ite
rum fernen fuum rccondunt intra tcnella frtigum
6t plantarum germina, haeeqùc eum in fiftem acü-
tis quibufdam lanceolis , quas ideo DEUS
ipfis largitus eil, prius pcrter-ebant. Quaedafn
tandem intra viventia etiamnum Animantium
corpora, aut in complurcs alios ejufmodi. inac-
ceilos locos, föbolcm ftiam deportunt ; ut haec
mox, nc Ovo exeluditur, naturate pabulum
fibi praefto invetriar: ncque enim a Natura
ipüs concedimi eft , ulteriorem fuorum foe.
tuum curam habere.
PoiTcnt hue commode ilmul referri particu-
ìares illae obfervationes, quas circa nonnullos
Quercuum aliarumque plantarum M i s infti-
tui. Verum quoniam de his infra, fno Icrco:
ex profeflo agemus, eo Ledlorem remitlentes
hiftoriam Scarabaei potius nunc proicqui-
mur.
Quamdiu Naficornis Vermiculus nutriatur>
donee magnitudinem acquirat fubeundae muta,
tioni idoneam ,, determinatu mihi difficile eft,
Etenim ante annos aliquot,priufquam fciebam
Scarabaeum Naficornem ex his Vermibus pro-
. gnafci, ultra anni fpatium eos adfervavi lage-
nae vitreae una cum Rhoe & terra immiilbs
neque interim toto ifto tempore ullam obfer-
vavi in iis mutationem. Sic haud ita pridem
itcrum Vermem ejufmodi, per integrum quoque
annum, confervavi in Rhoe coriaria, quam
nequidem madefeceram : ut ut humeelatio haec
nccelìario requiratur ad Vermium iftorum v i
tam fuftentandam : id , quod propterea iòlum
heic memoro , ut eorum vitae robur atque
conftantia in'notefcat. Quin òc inde concludo
quod, fi Vermis hic adultus, poftquam ili.
crementi fui plenitudinem adeptus eft, per integri
anni fpatium adhuc vivere poteft, juniores
fane Vermiculi, nondum adulti, aliquot an-
norum intervallo accreicere debeant, priufquam
plenam fuam magnitudinem adipifeantur. Mira
profe&o res eft, quod ille etiam Vermis, e
quo Hemerobius exerefeit, vel triennii ipatio
opus habeat, antequam ad hanc fuam mutationem
pertingat -, cum interim ejus fub hac forma
apparitio haud ultra quinque hoTas duret:
prout in ante propofita Ephemeri hiftoria eft
videre.
CAAndere
InfeBen viccr aie finiten kure fingen of
ey er en op in btt verrottent vleefch, als de vermoor de
Heer Francifcus Redi dat koven alle andere viel
ondervenden heeft,. Somniige die plaatfen haar in
de teere uytfpruitfelen der wagten en gemäßen, die
ß met eenige fpitfe vliemkehs, die haar daar toe
van GO DT gegeeven ß n , eerftelyk doorbooren.
Andere viederom Jetten haare jongeh in de levendu
ge lichaamcn der Diercn, en op andere ontoeganke-
lyke plaatfen me er ; op dat, als fy uyt haare Eye-
ren finden heryoortkonien , ß datelyk haar natuu-
relyk Voctjel finden gereet vinden : viant het is
haar van de Natuur niet toegelaaten, om een vorder
opfigt over haar jongen te neemen.
Hier fanden nu gevoeglyk ingevoegt Worden de
particulière obfirvatien, die ik van eenige vrugtkens
aan de Eykcboomen en andere gewaskens gedaun heb.
Maar deviyl hier van, op zyn plaats , nader zal-
gehandelt morden, zoo feer ik, den Leczer der-
waarts heen viyzcnde, wecr tot deeze bißorie.
Ho'e lang nu beiWurmke van deNeushoornige ge*
voet wert, eer het ß n becynaame grootte om te können
veränderen verkrygt, dat is mceyelyk te J'eggen*
Want voor eenige jauren, eer my bekent was dat de
NeusJjoemige uyt deefeWurtnengroeydefio heb ik haar
Viel een ront jaar en langer in een ghfi vdes tuet
rund en aàrde hewuart, fonder egter eenige verande-
ring daar van te fien. Gclyk ik nog onlangs dier-
gelyk een Wurm, meede een ront jaar bewaart beb-
he, en dat in Rund, daar ik geen water quam by te
gieten, dat daar nootfakelyk vereyft wort, ottje in
% leeven te heuden , dat ik alleen noteer, om ßn
ßerkte en kragt Van leeven te vertonen. Enviaar
uyt ik ook befluyt, dat fio een volwajfe Wurm nog
een ront jaar na ß n volle grootte kan leeven, dat
dan de kleene Wurmen, eer ß fio groot worden 9viel
eenige jaaren van doen hebben9 eer Jy volgroeyt
ßn. Het is verwonderlyk, hoe ook de Wurm,
daar het Haft, of O'everaas, uyt vergrovyt, viel âne
jaren daar toe van doen heeft, en dat alleen om
eenvertoning van vyf uuren te doen9als injynttift*-
rie te fien is.
HET
C A P U T II.
filomn Vermis, equo Naßcornis exerefeit 1
tum externae illius partes;mores & mo
tus. Amat is eatorem, exuviafque ponit-
Interferuntur aliae praeterea hißoriae,
ad majorem illuflrationem facientes.
H E T I I H O O F T S T Ü K .
De naam van de Wuim daar de Neiishcor*
nige uytgroey t. Sy ne uitterlyke dee-
len. Syne manieren en beweging» Hy
bemint de wärmte* Hy vervelt. Met
andere tufTehen gevoegde Hiftorien*
die tot meerder verklanng dienen*
QUem haótenus memoravi, Vermis,aMou-
feto aliisque Auóloribus fub nomine
(Joih deferiptus, ubi ad plenam fuam magnitudinem,
robur,& vigorem pervenit, vcl pollicem
latum craflus eft,quatuorque polliceslongus,co-
I- lore albus, corpore praeditus admödüm quidem
' rügoib * , at plicis tarnen quam nitidiffimis 6c
accuratiffime ordinatis diftin&o» Caeterum uni*
verfum ejus corpus ex quatuordecim compofi-
tum eft incifiiris five feéfcionibus annularibus ,
quibus Auélores pleruraque Annulorum nomen
impertiunt : interim vix adeo congrua videtur
effe haec denominatio , fiquando Vermium ifti
annuii haud e materie corneo- oflèa funt conflati
; quemadmodum in aliis multis obtinet. Ab
utroque hujus Vermis latere novem confpiciun-
l. tur Punéta b9 rubella five ipadicea , non exa£le
rotunda, led,Phafeoli inftar, nonnihilcomprefi
là ; quae quidem orificia funt Fiftularum Pul-
monalium : unde Pundta Refpiratoria mihi au*-
diunt. Prima annularis incifura, quae Caput
conftituit, Punóto ejusmodi caret : verum altera
primam exhibet Fiftularum Pulmonalium
i. Apertionem,fupraquam maculae fimiliter colorata
in utroque corporis latere fita eft. Ter-
tius iterum quartufque annulorura talibus Pun-
^:is expertes funt; quandoquidem, uti poftmo-
dum ¿xponetur, teftae five vaginae alarum ,
ipfaeque etiam alae, quas nafciturus ex hoc Verme
Scarabaeus fub his vaginis recondit, pro-
greffu temporis ibi loci excrefcunt. Ob hasce vaginas
etiam Infeéla haec turn vocantur Vagini-
pennia. Quinta igitur & fexta demum incifu-
rae, & , quaedeinceps ordine fequuntur, reli-
quae ad duodecimam ufque fimul comprehen-
fam,memoratisillis fingulaepatent Punélis Re-
lpiratoriis. Caput, quod ipadicei eft coloris, &
nonnihil aiperum five rugofum, variis gaudet
' partibus : uti funt Oculi ; Cornicula d\ Dcn-
* tes ee ; Labium veluti bifid um atque inter Den-
ms confpicuum ; nonnullaeque infuper Antennae
f- five Setae aculeatae, vel potius articulataef 9 quae,
ut ita dicam, fub mento veluti dcliteicunt, fuof-
que praeftant ufus, cum vefcitur pabulumve
fuum
Yn befchreven wurm, die otider de naam vad
Hontwutm by Moufetus/« andere Autheuren^
befchreeven wort, als by fyn volle grootte, fierkti
en vigeur heeft 9 fio is hy viel een dtiym breet dik
en vier lang, wit van couleur, en htel rimpelig
van liebaam a , dan met feer nette en naukeurig ge*
fthikte plooyen Verdeelt. Beßaande vorder fyn gan*
febe liebaam uyt veertien incifuren, of ringwyfi
inkervingen, Ringeketts gemenelyk by de Autbeurert
getioemt: dat egter niet heel eygentlyk gefeyt is 9
Wanneer de Wurmen uyt geen buornbeenige ringe*
kens befiaan, als in veele andere plaats heeft. Aan
weerfyden van deefi Wurm fiet men negen r00tag*
tige of caftanjo bruyne ßippelen b , niet heel ront«
maar een weyntg platagtig als een Boon, dat de ingangen
tot de Longpypenßn , waarom ik^/e dan dee*
zen naam van Luchtopeningen geeve. De eerfte ring*
wyfe inkerving, dat het hooftis9 heeft geen punß9 maar
op de tweede, fiet men de eerße opening van deefi
longpyptn, en daar boven vertoont fig aan weerß*
den van het lighaam een diergelyk couleurig vlax-
ken c. De derde en vierde ringen ß n weer exempt
van deefi punten 9door reden,als hiernaa fal getoont
Worden, dat de Schalen of de fcheede der vleugelen,
als ook de vleugelen felfs, die hy onder die Schalen
verbergt 9aldaar metter tyt uyt groeyen : en waarom
deefi Dieren dan op die tyt met gekokerde vleugelen
verfien genoemt worden. Soo dat dan op de Vyf de en
fifte inkerving, tot de twalefde naa vervolgens inge-
(tooten9dcgefiyde Lutgopeningen haar vertoonen. De
deelen in het hooft, dat caßanje bruin is , en een
weyntg roti of rompeltg 9 fyn Verfcheyden, als de
Ogen9de Hoornkens d, de Tanden ec9de Lip,die als
in twee gedeelt is,en tuffchen de Tanden te fien is9en
dan eenige Spiesjes, of Borßelhaaren, die gedoornt of
liever met leedjes zyn, en onder de kin9by maniervan
fprecken, verborgen ß n , en omtrent het nuttige»
van bet voet fe i, of als de wurm kauwt en eet, haar
H h hh % §&
S il 1
i l i