Tob.
XXVIII.
f ig . IX .
3- 4-
3*2
attentione, quam id , quod circa Punita refpiratoria
animadvertitur. Quam vis cnim lingula
novem Puncta refpiratoria, utroque a latere
corporis fita, exuvias ponantjhaud tamen
nifi de quinque prioribus, id proprio feni'u af-
firmari poteft: quatuor namquc infima five
poilrcma Punita cutim quidem mutant, veruni
priitinara fimul formam pcnitus amittunt;quum
corum tria utrinque reddantur anguftiora,quar-
tum vero prorfus occludatur. Eo autem tempore
, quo fub prodigiosi hac cutis mutatione
Vermis in Nympham abit, fimiil ex omnibus
óitodecim ejus Punitis refpiratoriis infinitus
eVolvitur numerus abftraitarum fiftularum,
quae omnes, utpote per anguftum fingulae o-
ilium tranfire- coaitae, nonnifi totidem initar
fimplicium filamentorum com parent : quam vis
horumce oitodecim funiculorum quilibet, feor-
iim I e plurimis Fiitulis Pulmonalibus, fed inter
fe compaitis, compofitus fit.
■ Veruni ut haec omnia clarius intelligantur ;
dcfcriptioni eorum iconem adjungam, atque in
Nympha Goffi, fuum in ventrem procumbcnte,
omnes annulares divifiones,& Punita rcfpirato.
ria in dorfo exhibebo, poftmodum rurfus, cum
Nympha in Scarabaeum abiit, fuo infitu fingu-
latim repraefentanda. Primum igitur, qupd
. heic confpicitur,eft Nafi Cornu 1 ,Capiti,quod
primum corporis Annulum conttituit, infixum.
Aiterà deinde ièquitur incifura annularis 2; in
qua primum datur Punitum relpiratorium, fub
primo Cmrum pari, ad latera, inPeitore ita
collocatum, ut, nifi Nympha prius inteifeita,
in confpeitum hand prodcat. Tertius porro
quartufqite cemitur Annulus 3.4,utcrque Punitis
refpiratoriis deftitutus ; quandoquidem Alae
alarumque Vaginae ibi repofitae funt. Accedit,
quod binae hae incifiirae annulares , in Nympha,
unum in annulum concrefcant, qui turn
pofteriorem Thoracis partem, five Dorfum, ef-
ficit Interim quando hae incifurae exuvias po-
nunt, tunc Utrinque, inter hofce Thoracis an-1
nulos,duo itidem Fiilularum Pulmonalium funiculi
extra corpus evolvuntur, quemadmodum
ante, cum cutis mutationem, qua Vermis ipfe
fungitur, defcripfimus, icone jam repraefenta-
tum eft. Attamem apertiones iftae poftmodum
in Nympha rurfus arile occluduntur; donee
haec tandem , ultimis pofitis exuviis, Scara-
bacus fiat atque appellerai*, in quo demum
oftiola ilia abolentur penitus. Quintus Annulus
5 fecundum gerit Punitum refpiratorium I
quod quidem pariter haud diftinite conipici poteft.
trent de Luchtopeningen aan te merken,want hoewel
alle de ix. Luchtopeningen aan weerfyden des liebaams
verteilen, foo kan men dat eygentlyk niet feggen ,
als van de vyf eerße : want de vier enderße en
Uatße openingen vervellen wel, maar Jy verliefen
t'eenemaal haar vorige gedaante; alfoo drie daar
van aan weerfyden vernauwt 'worden 1 en datter
een van t'eenemaal toeßuyt. En wanneer dit wo»-
der in bet vervellen van de Wurmtet een Popkege~
febiet, Joo gaan op die tyt uyt alle fyn agtien
Lucbtopeningen een onnoemelyk getal van ajge-
ßroopte pypkens, die baar alle, om dat fe yder door
een enge opening moeten paffeeren, niet als Joo viele
enkelc draatkens vertoonen ; niet tegenßaande dat
een yder van deefe agtien koordekens in fyn befindet
uyt feer veele Longpypkens gecompcneert is
dan die op een geperß Jyn.
Maar om dit alles klaarder te doen verfiaan 3
foo fal ik bet felve befihryvende afbcelden a, en bet
Popke van den Houtwurm op haar buyk geleyt heb-
bende, daar in alle haare ringwyfe verdeelingen, en
ook de Lucbtopeningen op de rüg aanwyjen I die ik
daar naaals Jy tot een Tor vervelt isr wedcrom
apart in haar ftuatie ajbeelden fal. Het eerße, H
geen men daar in fiet, is de Neusbcorn 1 ,dieop het
Hoofi ftaat, dat de eerße ring van het lichaam is.
Waar op men de tweede ringwyfe inkerving gewaar
wort 2. Alwaar de eerße Lucbtopening, ander
het eerße paar Voeten , aan de fiden, in de Borß
geplaatß is, dat min egt er niet fien kan, als met bet
Popken te dooden. Men ßct vervolgens de derdc ende
de vierde Ring 3. 4. die geen Lucbtopeningen
bebbeni alfoo de Vleugelen en haare Schalen daar
geplaatß Jyn. Waar by nog kamt, dat deefe twee
ringwyfe verdeelingen tot een Ring in bet Popke
vergroeyen, waar uyt bet agterße gedeeltc van
haar Borß, of de rüg ,dan gemaakt wort. Als dee-
fe vervellen, foofiet men daar aan weerjyden, tuf-
fihen deefe ringen van de Borß , nog twee koordekens
van Longpypen buyten bet Lichaam komen uyt-
geßroopt te worden ; als in de vervelling der Wurm
felve alrede in figuur aangeweefen is. Maar deefe
openirigen ßuyten daar naa weerdigt toe in bet Popke,
tot foo lang Jy de lautßemaal vervelt,ende een Tor ge-
noemtwort, alwaar\fydan t'eenemaal verdwynen.De
vyf de Ring 5, en de tweede Ademopening, die daar
opßaat, is meede niet wel ßgtbaar, alfoo fe on^er
1
B f
9,10.
teft jquum fubter Alas Nymphac collocatum fit.
At vero id praeprimis notata dignum heic oc-
curritquod alterurn hocce Punitum refpiratorium,
in Nympha,longemajore intervallo a primo
dimotum.fit, quam quidem initio in Coflo
ipfo fuerat, atque a me delineatum eft : ut id hinc
notabiliter verfus pofteriora jam retraitum fit.
Sextus Annulus 6 , priorem fubfequcns, tertium
continet Punitum refpiratorium,quod in Nympha
extrinfecus, in Abdominis oris,quam diftin-
itiflime collocatum cernitur. Simili modo etiam
feptimus Annulus 7 quartum oftendit Punitum
refpiratorium | itidemque oitavus 8
quintum. Verum fextum & feptimum Punita
refpiratoria, in annui is nono & decimo 9. 10
confpicua, aritius iterum connivent. Pòrro
undccimus, duodecimus, atque tertius decimus
Annuii 11. iz . .13 unum veluti Annulum eonfti*-
tuunt, Punitaque refpiratoria octavum & nomina',
quae hoice ad Annulos in Verme fita
fucrunt, pariter non folum multo fiuntarctio-
ra, fed horum quoque pofterius quafi oculis
fefe fubducir. Quantum ad Annulum quartum
decimum 14 j is equidem, Nympha hoc paito
in Ventrem fuum prona, haud confpicuus eft :
at altero a laterc ' pulchrc cernitur, duorum
oblongorum , ovatorum, fcutulorum figuram
xefereos. O! mirificas mutationcs,quibus Animai
veluti noviter formatura in lucem prodi:,
quod tamen revera illud ipfum eft , quod ante
crac !
Vcrmis hac rat ione exuviis fuis liberatus, ac-
erefeendo transformatus, fuifque membris in
Nympham mutatus, Podicis fui mora arile
contorquet comprimitque fuas exuvias, quae
deinde verfus pofteriora iujbter Abdomen ejus
detruduntur.. Tum vero Nymphae color totus
albiflìmus eft j nifi quod fuper quinto, fexto,
oitavo, nono, & decimo dorfi annulis fiibtilia
quaedam, corneo-oifea,duriuicula appareant cor-
pufcula, quae ad fpadiceum vergunt: quin &
in Scutulis annuii omnium poftremi, & ipar-
fim in Capite atque Cruribus ejus, fimilia
occurrunt. Caeterum Vcrmis tum, vel potius
Nympha mollicula eft, tenera & flexilisi atque,
uti admodum notabiliter brevior evafit,
ita contra in latitudinem craffitiemque magis
difpanià eft:. fanguis enim atque acr Crura e-
jus,Alas, & reliquas partes,anterius circa Caput,
infigniter inflarunt, ¿cad rigorem ufque
diftenderunt. Quodfi jam Nympham hanc
propiusquis conteraplatur, is animadvertit,non
ln Cruribus duntaxat, fed in ipfis etiam Alis
ha«
de Vleugelen van het Popke geplaatß wort. Maat
% geen hier in opmerkelyk is,du beflaat, in dat deefe
tweede Luchtopening albier veel verder van de eerße
afgejehooven i s , als Je in 't begin in de* Hout-
Viitrm felve is geweeß, en aldaar afgetckent: foo
dat fe merkelyk agterwaarts uytgefet is. De fefle
Ring 6 , die hier op volgt, aldaar fiet men de der-
de Luchtopening, die op de randen Van den buik
beel kennelyk van buyten in bet Popken geplaatß is.
Gclykerwys men op de fevende Ring 7 de vierde
Ademopening van gelyken fiet i als ook op de agtße
Ring 8, daar de vyf de Lucbtopening op ßaat. Maat
de feße en fevende Ademopcningen die fluyten haar
weer nauwer toe, op de negende en tiende Ring o.
10. Voorts foo maaken de elf de, de twalefde, en
de dertiende Ring 11. 12. 13. als eenen-Ring ,
en de agbtfle en negende Ademopeningen, die albier
in de Wurm op geßaan bebben, die ßuyten ßg mec*
de niet alleen veel nauWer toe, maar de laatße
Luchtopening wort als onßgtbaar. Watnude veertiende
Ring belangt 14. die is, als bet Popke op deefe wys
ophaar buyk legt, niet ßgtbaar, maar wel aan de
ander ßde, daar Jy haar in figuur van tweelang-
werpige ovale fcbiltkens vertoont. . O wonderbare-
lykeveranderingen, en als een nieu geformeert Diert
daar het nogtans bet oiide is !
S De Wurm foo vervelt, vergroeyt; en in fyne lee--
(lematen tot een Popkenverandert Jynde, die wringt
en perfißn Vel, door bet roeren van Jyn Aarsgat *
dtgt in malkanderen , dat dan van' agteren onder
fyn Onderbuj/k geplaatß Wort. Syn couleur is als
dan t'eenemaal wit ,bebalven dat op de vyf de, feße,
agtße , negende en tiende ringen der Rüg, hdar ee-
nige Jubtiele boornbeenagtige , en naa het caflanjc
bruyn trekkende, hardigheden vertoonen, dat ook op
de Schiltkens van de alderuyterße ring ß n s liebaams
te fien is , en ook hier en daar op Jyn Hoofi
en Beenen. Voorts is de Wurm oj Popke weck,teer
ende buygfaam, en dpor dien by feer merkelyk kor-
ter geworden is ,Jbo is hy ook breeder en wyder uytgefet
geworden ; door dien dat het bloet, en de lugt,
fine Beenen, Vleugelen, ende andere deelen, voor aan
by het Hoofi, merkelyk uytgefet ende fiyf opgefpan-
nen heeft. Als men nu dit Popken wel van naby
bejiet, foo bevint men dat niet alleen in de Beenen,
Mm mm ä maar
Sil
j ip l i
ill
I I
l!!|!
Ill
|B |
Mill
1H i t i