Id vero ,ha£cnus minime animadverfum, effècit,
ut non antiquiffirnus tantum Tra'fìsfofmationis
error hodieque etiamnum vigeat j fed ut vcl at-
tentiflìmi quoque Naturae Rufpatores,perfpica-
ciillmus nimirum Francifcus Rali, atque alii,
qui exuviarüm, fub quibus omnia Inietti menr
bra jam accreverant, depoiitionem a le vilàm
eilè pronunciane Metamorphofin tarnen ne qui-
dem in dubium vocaverint: id quod maximam
nos in admirarionem adducit.
Veruni ut nunc figillatim de Altero noftro
mutationum Ordine agamus ; notatu omnino
digniffimum eft, quod aecretio membrorum in
Vermículor qui eam lapfu temporisfubit, atque
plerumque fex pedibus inftruétus effe obferva-
tur,fenfim &cpaullatim evidente partium appo-
fitione, quaeextrinfccus fit, abfolvatur: ita ut,
poli: mutatas aliquoties exuvias,. tandem alas e
corpore, tanquam tencllum, pufillum, humi-
dulum atque molliculum floris folliculume pianta,
magis indies magiique, incremento tarnen
fcnfibus haud percipiendo, videamus progerminare
, extumefeere , aptafque fieri, quae deli
ifeant atque protuberent. Ulterius quemad-
modum in binis reliquis mutationfbus, fub quibus
Vermiculos in veras Nymphas tranfmutari
cememus,. Infecta veluti motu Tuo privantur}
atque neceffario per aliquod tempus immota ja-
ceredebent: ita contra hoece Inlè&um hac fub
mutatione progreditur, fiat, ambulai, currit,,
fubfilit, comedir, nec unquam motu fuo defti-
tuitur, nifi iplò ilio momento, quo exuvias
fuas depofiturum nonnihil conquiefeit. Tum-
que temporis ftupendae in nonnullis mutationes
contingunt j uti vei folo in Hemerobio five
Diaria fàts manifeftum eft: in aliis contra tam
parvi momenti mutatio accidit, ut perquam difi-
ficulter, nifi circa alas protuberantes, animad*
vertí queat; quod in Auriculariis locum habet.
Quum igitur Infecta, quae Secundo noftro
mutationqm Ordini fubdita funt, motu fuo haud
priventur ; atque interim fua-rum partium nonnull
a more aliar iim Nympharum, ordinatas & com«
pofitas gerant : hinc pracgnantibtis hifce induci-
mur rationibus, ut cenfèamus, Inièétum memo-
ratum , quo tempore membra fuá diéto modo
comparata exhibct, N y m p h a m V e r m ic u l u m -
Nympham Vermiculum haud inepte vocari pol.
fe. Animalculum enim, dum revera Vermicu-
luseft & manet, nonnulla tarnen fuor um membrorum
fimiliter, ac in NymphäJ, digefta, &
mirabiliquodam modo eleganter compofita habet.
Senademad
bet tot n.og toe niet aangemerkt is oe-
\iveefi: foo is niet alleen de overonde dwaalingvan
\de Vervortiiing fiaande gebleeven: maar ook de al-
der-opmerkeiykfie onderfoekers van de Natrnr, ais
de geleerde Francifcus Redi, en de andere, de.
I welke feggen, de afftroping van buyt,waar onder ul.
! le de leeden van het Dierke alreede aangegroeit Jyn
gefien te hebben; bebben de Vervorming niet eens in
iwyfol getrdklten: yt geen ons ten hoogjhn doet
verwonderen.
Maar om nu befonderlyk van onfe Tweede Order
van veratideringen te fpreeken .* foo is opmerkelyk
te weeten; dat de aangroeing van leedtmaaten in
het Wurmken, bet welke dejelve metter tyd onder-
gaat, ende het geene wy gemeenelyk fes voe*
ten fien te hebben , allenkskens ende van lang*
faamer band, door een opmerkelyke toedoening van
deelen , uytwendig kotnt te gefchieden. Soo dat
ten laatfien naa bet eenige maalen vervelt is; voy
de vleitgelett uyt bet lichaam, als een feere, ten.
gere, vogtige ,- ende weeke, knop vati een bloeni
uyt de plant, ongevOel'tg dag voor dag fien uyt te
hotten , op te fwellen, ende bequaxm tot openbar-
fien, ende om uyt te pnylen, te werden. Vorders
gelyk in de andere twee volgende veranderingen,
daar we de Wurmkens in waaragtige Popkens füllen
fien verwifielen , de Dierkens haar beweeging
als komen te verliefen; ende eenigen tyt noot/aake-
lyk moeten fi i l leggen : foo is dit Dierke gaande,
fiaande, wandelende , loopende , fpringende, ende
eetende} ende het komt fyn beweeging nooit te verliefen,
ten f j op dat oogenblik, als het fig een weinigfiil
houd om Jynvel.te vcrwijfelen. In welke tyd
in fommige feer wonderbaarelyke veranderingen f
als onder anderen ontrent bet Haft te fien is, komen
te gefchieden. In andere daar en teegen is de ver*
andering. van foo weinig gewigt, dat fe feer fioaa-
relyk, als all een ontrent de ttyipuy lende vlcngelen,to
bemerken is , als in de Oorwurmen plaats heeft.
Om Welke gewigpige ree denen dan, naademaal de
jDierkens, die onfe Tweede Order van verandering
ondergaan, haar beweeging niet en verliefen, ende
egt er op de wyfevan andere Popkens, fommige van
haare leedekens gefihikt ende gevoegt hebben, foo
oordeelen wy, dat we het genoemde Dierken ,wän-
neer het fyn leedematen op de genoemde wyfe ver•
toont, bequaamentlyk een W u r m p o p k e n fouden
kunnen noemen. Want het Beeske in der daad een
Wurm fynde en blyvende, heeft egter fo m m ig e f f et
leedekens als in een Popken gefchikt; ende op een
verwonderlyke wyfe aardig faamen gevleit.
&H
Secundus itaque nofter Mutationis Ordo ta-
liseft, quod Vermiculus, priore Nymphae ha-
bitu quemfuo in Ovo, alimenti expers, geffe-
rat depofito, paullatim,. ope alimenti a foris
ingefti,- in plura & evidentiora membra ex-
crefeat: donec is poftmodum , alterum veluti
Nymphae habitum, fuo tamen motu retento,
indutus, tanquam alatum Animai inde prodeat;
&; nubilem quali tunc affecutus aetatem , gene-
rationi, marifque vel foemellae officio exlequendo
aptus evalèrit.
Haec eft Nympharum fpecies* cui iccundum
inter naturalesmutationum Ordines locum tribui-
mus 5 quandoquidem haud admodum compofita
eft, quae heic fit, mutatio, neque & obfcu-
raaut intelleótu difficilis: imo vero faciliime ea
comprchendi poteft, & Primo mutationum Ordini
, in quo Animalculum immediate fuo ex
Ovo five tunica prodire vidimus, quam proxime
aceedit, nec nifi parum ab hoc diferepat.
Quum autem ifthaec mutatio adeo clara &
nitida fit, atque cum protuberatione & gemma-
tione floris tantopere conveniate hinc & reliquas
oranés déinceps mutationes hac cum pullulatone
& gemmatione comparare nobis vifum fuit*
I'd vero vel ideo tanto inagis congruum eft,
quoniim uti extuberatio in hòcce Animalcule
extriniècus contingit, ita eadem in aliis Infè-
dis intus & fub cute fieri oblèrvatur. Quod
qyidem in antecedentibus fàtis jam indicati mN
eft, & mox prolixius adhuc exponetur. Tandem
uti perquam elegans eft Se confideratu di-
gniffima haecce mufatio j ita & permultó fub le
lnfeóia compleititur.
Recenfio Infefforum, quae àd SECUNDUM
Mutationum Naturalium ORDINE
M , cui N ym p h a e V e rm i
c u e o nomen eft, referuntur.
D Alterum hune noftrum Mutationis Or-
dinem referimus primo Mordellam, five
Orlodaenam Hadr. Juniì, quam Moufetus Li*
bellam, Aldrovandus Perlam vocant. Septcnde-
c«n ejus aflèrvamus fpecies : novem nimirum
maximas,, quinque magnitudinis mediae, & tres
ex minimis ,, quae cum tenerrimaefint, peculia«
n Virguncularum nomine infigniuntur. Apud
Goedartium una ex minimis fpeciebus deferipta
repentur : verum quia Audror hie tubercula ilia
indori©, quibus alae includuntur, nec in data
Soo dat onfe tweede Order van verattdering niet
anders en is ; als dat een Wurm , de eerße geflalte
'van een Popken, die hy in Jyn ey had, ende waar
in hy foonder voetfel was, verhütten hebbende, nu
allen kskens, door van buyten ingenoome voetfel, in
vordere ende blykelyker leedemaafen komt uyt te
groeien i tot dat hf naderband als in een tweede
geflalte van een Popken, foonder egter fyn beweeging
te Verliefen, opgefiooten werdende, daar uyt als een
gevleugelt gedierte te voorfcbyn komt: ende als
tot fijn boubaare jaaren nu gekoomen fijndc, tot
de voortteeling, ende mannelyke ojte de vrouwely-
ke pligien , bequaam geworden is.
Dit foort nu van Popkens fiellen wy in de tweede
plaatfe van de natuurelyke Order der veranderingen/
als fynde een verwiffeling niet feer te faamen gefielt
, duyfter oft* Jwaar om te btgrypen. Maar
feer Iigt ende verßaanbaar; ende de eerße Order
van ver andering, alwaar wy bet Dier onmidde-
lyk gefien bebben uyt fyn Ey, ojte fyn Vlies, te voorfcbyn
te koomen, feer digt naa by koomende , ende
weinig van defolve verfiheelende.
Ende nademaal deefo verandering foo klaar, foo
net, ende met het uytpuylen ende knoppen van een
bloem foo gelyk is: Joo bebben wy ook alle de vordere
veranderingen by deefo knopping ende uytpuy-
ling willen vergelyken. Ende dat nog te meer,
door reeden, dat gelyk de uytpuyling ontrent dtp
Dierke uytwendig ge fehlet, dat we defolve, ontrent
de andere Dierkens , inwendig ende onder het vel
fien gebeuren. Gelyk we in V voorgaande genoeg-
faam gefegt bebben, ende datelyk nog breeder feg-
gen fidlen. Eyndelyk gelyk deefe verandering feer
aardig ende opmerkelyk i s , foo wortfo ook ondergaan
van veelderhande Dierkens.
Optellinge van de Dierkens t dewelke ön-
der de TWEEDE ORDER van de
Natuurelyke veranderingen, W u rm -
P o p &e n genoemt, behooren.
Ofifder deefo onfe Tweede Order van Verandering
fiellen wy voor eerft de Mordelia >
o f Orfodatna van Adr. Junius j die Moufetus Libel
ta, en Aldrovandus Perla noemt, en in onfi
taal wort fo gertoemt Rombout, Scarbout, Nay er
ofte Puyfiebyter. Van defolve, bewaaren wy feven-
tien foorten. Als neegen van de grootfte, v y f van
de middelbaarfte , ende drie van de kleenße : dewelke
, om dat f e teer fyn, nog in het be fonder Juf-
ferkens genoemt werden. By Goedaert bevinden
wy een uyt de kleenjle Joorte befebreeven te fyn ,
G g g z i*n