fu n t , tenella nlbicant ; poftea vero paullatim tn omulkomcn fyn, fio f in f i wit en teer , j a3r
durefciint & fiavefctint, p u n ito nigricahte ad. ma worden fi allcnxkcns bardar engeelagtig L i
apicetn donata. Quamdiu O vum ejufmodi in coulettr, bebbenie een fwmagùg puntken op bmr
aquis haereat, priufquam inde nafcatur V ermi- èynd'è. Hoc lang dii Ey in bel water leyt, eer
culuà,aeque mihi ìgtlotum e ft, ac quanto abhinc daar een Wurmke uytkomt, is my onbekent, enool^
. .r j r.i«M ^ » a a ìm i boe lang dii W tLeCmlIipp Uoriwe ufque a*»d« cV.uUtLi1s0 ifuuaaue mùtationem ere ^ urmke“g roeyt., eer hetvervelt. HoefeatVermicülus:
crediderim tamen biennii fbr- welik vertrou dat daar een fiar of tmtemeededm*
te fpatium eo requiri; qüum Vermículos hos in goat, alfio ik deefe Wnrmkens in de naafimer ge-
fíne áeftatis longiffime adhuc a perfeaione fuá fien bebbe, datfi n?g op ver naa haare petfeBie
ábeíTe viderim. In Galliis etiam aliquando, die *»« hadden. Ik heb ook in Vrankryk op den 18
_ . . . • r- 1 . . ___ ______ A tr v il anee o eraítni ArítfPV fntí <11001. eni/t/IVM ««1 - __
ì8vo A p r ilis , infignem adeo eorum numerum
in eruta quadam foflà argillacea , quae nullas adh
u c plantas aquaticas continebat, confpex i, ut
funduni obtcgerent.
De varìis Nympharum-Fermkuìortm
Mordellae Speciebus.
Quemadmodum in generali horum Animai»
a culorum reccnfione jam indicavi , me fex iftarum
Tab» XII. Nyrnpharum aflervare, quarum unam ante *
° 'V‘ depi&am exhibui j itan un c quatuor adhuc alias
repraefentabo, iimulque breviter deferibam. Ea-
Fig. iv. rum prima eft Lib e lla e omnium maximae, in
aa' cujus C apite bini cemuntur O cu li <i«,aequales,
nec reticulatim d iv iiì: ante hos duo collocata
bb. funt Cornicula bb\ atque iub his tres O ris divi-
fionesvidere lice t, quarum binae fuperiores Den-
c' ticulis inftru&àe funt c , Dentiumque nomine
ètiam infigniri poflent, nifi ju fto tèneriores mihi
viderentur. Subtus ad P e& u s fe x fiti funt
P ede s, qui fuis in apicibus duos geruntacumi-
dd. natos Unguiculos </</,atque viridibus, flavis, a-
Ìiorumque colorum maculis variegantur. Su-
perius in d o r fo ,fu b Omoplatis, quatuor folliculi
membranacei quam diftin&iffime confpici pof-
funt,quibu s Alae in fernet ipfas corrugatae confi
tinentur ce\ u t iàne intelleétu difficile f i t , qua-
nam ratione adeo validae, latae, longae & infi_
gnes Alae,qualibus maxima L ibe lla gaudet,tam
angufto fpatio potuerint includi. Attamen levi
negotio rem hanc intelliget, quicunqué attentus
confiderai, quantus petalorum numerus in exi-
guo ilio Papave'ris folliculo glo bo fo convolutus
delitefcat: cumpetalis enim iftis memoratae A-
Iae fatis conveniunt.
Abdomen in varias diftinótum eft feéfciones,
j y in margine Ventr is acuminatas & rigidas^/', quarum
annuii, qua progerminant, variis tranfpa-
fentibus coloribus exornantur. Cauda in quin-
que v elu ti e ft fiffa partes, q u ae , Animalculo v iv
en te , totidem quali Acule os , pyramidales, rifi
April eens geßen , datier foo veel waaren in een
uytgegrdVe gragt van kley, daar nog geene Water*
kruyden ingevonden wierden , dat Jc de gront he*
dekten.
Van deverfcheyde foorten der Wurm»
Popkens van de Puyftebytcr.
Gelyk iti de algemeene optelling deefer Dierkcns
vati niy ¿efegt i f , dat tk fe s Jborten van deefe Popkens
bewaar , waar van ik 9er een heb afgebeelt a,
foo fa i ik daar van nog vier andere gaan vertoonent
en die te gelyk kortelyk befchryven. De eerfie is
de aldergrootße Puyßebyter, waar in men fiet
fine twee Oogen in bet Hoofi a a, die ejfen en fonder
nets-gewyfle verdeelingen fyn. Daar voor fiet men
de twee Hoorn kens geplaatfl b b , en onder dejelve
fiet men drie verdeelingen van de Mont, waar van
de twee bovenflè met Tantkens verfien fyn c ,en die
ook deefe naam finden kunnen voeren , indien fy my
daar niet al te teer toefebenen. Onder aan de fíorfi
fiet men de f i s Beenen geplaatfl , die op haare punten
met twee fcherpe Nagel kens verften f in dd,
en metgroene geele ende andere vlaxkens geteekent.
Boven op de mg onder de Scbouwerblaaden fiet
men fleer dißinff de vier vliefige Knopjes, daar de
vlengelen kreukelig in malkànder gevouwen voor-
den e e , fio dat bet qnalyk te begrypen is , hoe dat
fulke fware, breeds, lange, en groote vlengelen,
als de grootße Puyßebyter be eft,in foo een engefpatie
heb ben kunnen beflooten worden. Dan dit wort ons
iigtgemaakt om te begrypen, alsmen attent aanmerkt,
boe in dàt kleene globe ufe bolletje van den Papaver
f i lk een menigte van bladeren kunnen te foamen
geplooit worden : en waar meede deefe leeden een
groote gclykenis bebben.
Den Onderbuyk fiet men in verfebeyde feiiten
verdeelt, die in den rand van den buik puntigende
fiy ffy n ^ , en welkers ringen, daar f i uyt fpruy-1
ten,met verfebeyde doorfebynende couleuren vercien
worden. De Start is in vyf deelen als gefpleeten,
die haar als fio vecle ftyve Pyramidale Angels in
bet
g. gidos, aemulahtUr g , fuafque fingulae exuvias
deponunt, quando Nympha Libellae formam
adfcifcit: ihlèrviunt eae praeprimis ad clauden-
dum podicem, fimulque pofteriori corporis parti
ornamento funt. In Maribusautem alius prae-
terea eft ipiàrum ufus : ut nempe Mafculum, in
coitu,Foemellae capiti fiimiter adfixum teneant^
hujufque cum cervice fefe committant j quern.
XIIi admodum in figura tertia Libellae mediae exem-
pio demonftravi. In pofteriore mea obfervatio-
ne infuper notavi, quod & Afperae arteriae rami
hac in Nympha itidem exuvias ponant: qua
doteea cum omnibus aliis Nympharum fpecie-
bus, & cum Vermiculis, Erucifque Infeftorum
convenit.
Alter NymphaWermiculus, quern exhibeo
ex illis iterum eft fpeciebus, e quibus Libellae
mediae excrefcunt. Omnibus is gaudet partibus -,
quas paulo ante in ipecie maxima oftendi. Labia
tantum & Dentes in eo diverfa ratione collo*-
«ti, longioreque ftruófcura praediti obfervan-
;.y. «■ tur ä; quamvis in Nympha maxima itidem pro-
b. duciqueant. Pedes caeterum pilis hiipidi funt b :
(• Folliculi quoque fupra dorfum c diftin£te con-
fpiciuntur, aeque ac Annuii Abdominis, & Acu-
i. lei in Cauda l . Nympham hanc in foflà campe-
ftri fuper plantis quibufdam aquaticis, priorem
Vero maximam, cum primum in gramen pro-
rcpiiilet atque cutem exuiflèt, inveni, In modo
defcripta Nympha Alae adeo perfeófcae erant, ut
cxplicari poflent*
Tertia, quam depidtam fifto, fpecies non in
Hollandia,ièd in Dioecefi Ultrajcétina, & Gel-
ria reperitur. Extra Lutetiam Parifiorum, in
Sequana fluvio, qua plurima Bourn capita in
eum conjeóta fuerant, Nympham hanc prima
vice offendi, cui capita illa, quae circumluens aqua
limo repleverat, habitaculum & alimentum prae.
bebant. Ibidem & plures inveni Cancellos flu-
viàtiles, qui forte his & fimilibus Inie&is aqua,
ticis inhiant. Hoc ipfum vero eft Animalculum
illud , quod D. Redi Scorpium marinum vocat,
&abfque Folliculis depingitjqUoiiiam id omnibus
numeris abiblutum non vidit. Ejufdem
quoque indolis cum hoc noftro eft Iniè&um,
quod Rendeletius Marteau fit Libellam fluviati-
lem adpellat. In Animalculi hujus Capite bini
pariter confpiciuntur Oculi, divifionum expert
s ; ante quos aiticulata duo Comicula, five
Antennae a, extant. Sex. ci Pedes funt, pro
bi. corporis magnitudine fatis longi b b. Quatuor
Folliculi, Omoplatis adligati, àréfcc & ad plani-
tiem ufque fibi mutuo adhuc apprefli erant, vafifque
het leeven vertoonen g. En die alle miede Remellen,
wanneer dit Popke de gedaante van een Puyftebyter
aanneemt. En haar gebruyk is voornamentlyk
om het aarsgat te fluyten, en het lichaam van agieren
tot een cieraat te dienen. En f io hehben fy
in de Manne kens nog een gebruyk, om haar op het
hooft der Wyfkens in de zamenkoppeling vafi te bou-
den,en haar in den hals in te fluyten, gelyk ik in de
derde figuur, in de middelfiort van een Puyßebyter
ver toon. In myn laatfte obfervatie heb ik nog
geßen, dat ook de takken van de Lucht-ader in dit
Pop ken meeds verve lien, waar door fy met alle de
andere foorten van Popkens hier overeenkomt, en
ook met de Wurmen en Rupfen der Infeilen.
Het tweede Worm-Popke, dat ik vertoon, is wec#
een van die fiortem, daar de middelße Puyflebytcrs
uyt vergroeyen. Defelve heeft alle de leeden , die ik
'nu terftont in de grootße fiort vertoont beb. Alleen
fiet men , dat de Lippén en Tanden daar wat ver*
f i billiger in geplaatfi f in ; en langer van ßruiluur
bevonden worden a , hoewel ook dat men die in het
grootße Popken kan uytrekken. Voorts fyn de Beenen
hayrig b , de Knopjes op de rüg fyn meede feet
kennelyk c , als ook de Ringen van de Onderbuik, en
de Angels in de Start. Dit Popken heb ik in een floot
tujfchen de velden aan eenige waterkruyden gevon-
den, en de grootßefiort, foo als hy op het gras ge*
kroopen en vervelt was. In de befihreve Popkens
daar waren de vleugelen al fio petfett, dat men dit
kon expliceren.
De derde fiort, diè ik vertoon, vint men in Hol*
lant niet, maarwel in het Stigtvan Uyt regt, ende
Gelderlant : de eerßemaal dat ik hem fag was '
buyten Parys , in de revier de Seine, daar een
groot get al Offehoofden in de revier gewurpen waa-
ren, en die voi kley gefpoelt finde dit Dierken
woning ende voetfel gaaven. Ik vond daar ook ver*
fiheyde Revierkreeftkens in, die mogelyk op deefe en
andere Waterdierkens afen. Dit is het felve Dier-
ke, dat de Heer R e d i Zee-Scorpioen noemt, en
dat hy in f in perfette niet geßen heeft, alfioo by
het finder Knopjes afbeelt. Het is ook van een
aart, dat Rondeletius Marteau noemt, en de Riviera
Puyftebyter.Dit Dierkeheeft in het Hooft meede twee
Oogen finder verdeelingen, daar twee gearticuleerde
Hoorn kens o f Spiesj es voor ft aan z. Het heefi fes lange
Beenen na proponte van het lichaam b b . De vier
Knopjes, die aan de Schouwerbladen gehegt fyn, waa-
ren nog plat en digt op een gevleyt, finde met door-
lopende r.erveufe Vaten fierlyk verdeelt c c , Het
Lichaam was in eenige Ringen onderfcheyden en
ruyg hayrig d. De Start was met groen ende geel
LI 1 1 Ü*