Tab. XV.
fis:. y.
k.
Tab.XIV
i. a a
Tab. XV.
fig.y.
dd.
f
étandam cxhibent ; quum haec tunc fuper Mem-
branis hinc illinc adhuc difperfa haereat, nec
adeo denfe coacervata fit, quam quidem in fe-
nioribus contingit.
Progrediendo dein ad Ventriculum ",8c hunc
iníequentia Inteftina, pervenitur. Vifui, heic Tefe
ofièrt Oeíophagus, vel alias fuperius Ventri-
culi Inteftinulum , quod tenuis inftar filamenti
ab Ore five Maxillis, per Dorfum, 8c Thoracem
defcendit,partemque Ventriculi fuperiorem five
Stomachum conftituit. Qua Inteftinulum hoc
cum Ventriculo conjungitur, plerumque angu-
ftius a id evadit atque ftringitur; quemadmo_
dum & circa inferió rem Ventriculi partem, five
Oftium inferius b eft vidcre.
Ventriculus c , ut ut diverfis e partibus con-
flatus , tenui tamen 8c tenera conftare videtur
Membranula, intus rugis vel plicis reticulatis infintila.
Extrinfecus aequabilem. is monftrat fu-
perficiem, 8c ad levorem expanfus eft, praefer-
tim ficubi cibis turget, aut tenuis ope tubuli vitrei
aere diftenditur. Venae atque Arteriae in
eo haud comparent; quandoquidem Sanguis ho-
rumce Infeitorum aquei eft colons, adeoque
yafa, quibus continetur, ab aliis partibus haud
diftinguit : quae ratio eft, quod Animalcula haec
Exiànguia fuerint appellata.
Interim tamen obièrvatur, quod Ventriculus c
plurimis Tubulis, Vaforum Sanguiferorum ae-
mulis, inftruitus fit. At yero, fi microícopio
probe examinantur,patct, eos revera ramos potras
efleFiftularum Pulmonalium ¿íutpote quae
non Ventriculo folum, fed 8c omnibus partibus
externis, aequeacinteraneis corporis, canalículos
aeriferos impertiunt. Unde vel ipfi etiam
Pedes ,pedumque Unguiculi, tubulis aereis gau-
dent. . Inteftina Ventriculo fubjunita, 8c fa-
bricae 8c formae ratione triplicia occurrunt. Incurvatura
nempe feu tenue. Inteftinum Ad-,
CraíTum deinde, five Colon e-, tandemque
Reótum /. Intra tenue Inteftinum, paullo profun-
dius, verfus pofteriora, nonnullae confpiciun-
tur Rugae lunatae, Valvulis Inteftinorum te-
nuium Hominis, quas Annulares vocant Anatomici,
haud abfimiles. Nonnihil inferius, qua
Inteftinum craífum e e priore nafcitur, nonnullae
cernuntur Striae oblongae, quae in Animálculo
vivente vifu perquam elegantes funt,
8c totidem quafi referunt villos mufculares,
longos, in cavo Inteftini exporreitos, cum
Echino, quae pars eft Ventriculi Quadrupedum ,
quodammodo convenientes. Reitum deincep,
H
quaamer datfe dit vet vertoonen; want kct als dan
op de Vliefen hier en daar verfpreyt is ; ende ßo
digt niet op een gefiapelt, als in de Dieren van hoo*
ger ouderdom gebeurt:
Voortgaande foo vertoont fig vervolgens de
Maagh a, met de daar aan volgende Darmkens; voaar
omtrent te ßen is de Keeldarm , of anders bet bo-
venße Darm-Pypke des Maags. Dat, in geßalte
van een dun draatken , van de Mont o f de Kaaken
door de Rüg ende de Borfi been fehlet; ende bet bo-
vevße gedeelte van de Maag, of den Spys-draaer
komt te maaken: daar dit Darmke tuet de Maao
vereenigt wort ,fiet men bet gcmeenelyk a verneinet
o f verengt te fyn; gelyk men dat meede befpeurt
omtrent bet onderße gedeelte van de Maag, of anders
b de onderße Mont derfelvi.
De cMaag, boewel f e uyt verfebeyde deelen is
famengeßelt, foo fibynt fe echter te befiaan uyt een
dun ende teer Vliesken, inwendig met rimpelktns
o f nette ployen befet. Van buyten vertoont fy haar
heel effen ende glat opgefpannen , voornamentlyk
foo fe vol eeten is; o f met een fijn glaafe Pypken
vol lucht geblafen. Aderen en Slag-aderen kan
men niet ßen dat fe heeft; ende dat van wegen bet
bloet deefer Dierkens, V ge en wateragt'tg is -. waar
door alle bet onderfcheyt van die deelen weggeno-
men wort: ende om welke reden, dat deefe Dierkens
de naam van Bloedeloofe verkregen bebben.
Evenwclfiet men, dat de c Maag met verfebeyde
Pypkens, die als Bloedvaatkens haar vertoonen, verfien
is. Dan als men defelve met een vergrootglas
wel nafpeurt, foo wort men openbaar, dat bet tak-
ken fyn van de b Long-pypen, dewelke haare lugt-
aderkens niet alleen aan de Maag , maat felfs aan
alle de uyt er ly ke deelen, ende de Ingewanden des
Lichaams mede deelen. Soo dat felfs de Beenen,
ende haare Naagelen met Lucbt-pypkens verfien fyn.
Dec Dar men aan de Maag volgende vertoonen haar,
ß o door maakfel, als geßalte, drie derb unde. Als
de ingeboogen o f dd Dunne-Darm. De dikke
o f e Kronkel-Darm ; Ende den regten o f f Eyndel-
Darm. Binnen in den dünnen darm ßet men
wat om laag na agteren, eenige g halve in aan wy-
f e Rimpelen , die haar vertoonen op de manier, als
de Klap-vliefen in de dünne Darmen der Menfchen;
alwaarfy Rings-gewyfe Klap vliefen van de Ontlee-
ders genoemt werden. Wat lager , daar hy den
e dikken Darm maakt, ßet men eenige langwerpigt
Striemen, of Streepen, die feer aardig in bet leven
haar vertoonen; ende als foo veel lange uytgeßrek-
te mufculeufe drauden binnen in fyn hollighef 1l,a~
ken.- die eenigßns met bet Boek , dat een deel van
de Pensfuk der viervoetige Dieren is, overeen komen.
fc'TX|. Inteftinum / fequitur, quod fingulari quadam
elegantiaplicatum eft, donec quafi extra corpus
delatum ampio fatis exitu, quo foeces exccrnun-
tur, terminetur.
Ventriculus c intra quartam 8c quintam corporis
incifùram fitus eft; ibique loci, una cum
Iniettino Tenui, totam Ventris regionem anteriorem,
6 nimirum, 7, 8, 9, 10, 8c nmam>
fe&iones occupat : reliquae vero tres corporis
incifiones, ia, 13,6c 14^, Craflum 8c Reótum
Inteftinum compleétuntur. Quemadmodum
autem Ventriculus infigni tenuium Fiftularum
aeriarum numero praeditus eft -, ita 8c Inteftina
iifdem quoque pollent : praeprimis vero Reétum,
quod ibi potiffimum loci copiofioribus ditatum
eft, ubi bini ejus Mufculi ", quibus recremen-
XV. taexprimuntur, collocati funt.
I,,•, Quandoquidem Efcae pabulum Argilla eft;
hinc Ventriculus atque Inteftina hac plerumque
invemuntur repleta» Quin argilla ifthaec tan- ;
tumnon Temper, 8c per Ventriculum atque In- j
tellina, 8c per Corpus univerfum, tranfparere:
obfervatur : quod tamen in dorfo potiffimum
obtinet. Inde autem, quia Corpus adeo per-
lucet, proficifcitur, quod Vermis non omni tempore
eodem colore praeditus appareat ; quando-
quidem argilla aliquando pallidior, viridior, aut
magis gilva eft, vel 8c magis minufve in vifee-
ribus fuba&a atque mutata.
Quum tempus appropinquat, quo Vermis
mutationem fubiturus eft , atque volantis Ani-
malculi fpeciem adfeiturus; argillae tum am-
pliusnihil in Inteftinis ejus deprehenditur:
quod ipfum 8c in Coffis, 8c Apum Vermibus,
& Bombycibus, aliifque multis Infe&is obtinet;
utpote quae tempore fuae mutationis Cryftalli
inftar pellucida evadunt. Alia tamen nonnulla
Infeéta toto vitae fuae tempore tranflucida funt;
itauteorum vafa 8c vifeera, motufque fimul,
quo haec in vita cientur , intra corpus videri
atque internofei queant.
Inter partes Ephemeri internas notatu quam
digniffima eft b Fiftula Pulmonalis, Afpera Ar-
Ü; teria,five Trachea;prout in Avibus,Quadrupe-
dibus, atque Hominibus adpellatur. Trachea
haec non fimplici quodam caudice heic progna-
fcitur,uti inHominc,aut modo di&isAnimanti-
bus: verum duobus conftat truncis principibus,
qui utroque a latere corporis ferpentino du£tu
difpofiti funt, nec folum in Peftore, uti in no-
bis obtinet, fed 8c in Capite, Ventre, Pcdibus.
atque Alis diftribuuntur ; ut hinc Ventriculus atque
men. Hier aan volgt de f Rechte Ddrfn, die fig
wonder-aardig gerimpelt vertoont, tot hy, als buyten
het lichaam loopende , een redelyk wyde ope-
ning op fyn eynde fienlaat, door welke, den afgank
gelofi wort.
De c Maag heefi haar plaats. tuffchen de 4 en
yde inkerving van het lichaam: alwaarfe met den
dünnen darm het geheele voordere gedeelte des
Buyks, als de 6 ,7 ,8 ,9 , 10,en 11 de verdeelingen
befiaat: waar van de laatße drie inkervingen des
lichaams, gelyk als 12, 13 ,en icfie den dikken ende
den regten darm bevatten. Gelykerwys de Maag
met een groot getal fijne lucbt-pypkens begiftigt is f
ß o fyn daar 00k de Darmen, en voornamentlyk de
rechte dann, mede verfien; ende dat byfonderlyk
op die plaats, alwaar hem a twee Spierkens , om
fyn overtolligheeden door uyt te drukken, fyn meede
ge dee lt.
A l foo het Aas met Kley gevoet wort, ß o vindt
wen gemeenelyk de Maag , ende de Därmen, daar
meedegevult. Deefe kley ßet men haaft alt)dt, ß o
door de Maag ende de Darmen, als 00k door betgant-
fche Lichaam , been fchynen : dat voornamentlyk
plaats heefi op de rugh. Door welke äoorfchynent-
heyt van Lichaam het gebeurt, dat de Wurm fig op
den eenen tydt van een ander en verfebeyden couleur,
als op den anderen ty t, vertoont. Het welk ge-
febiet, na dat de kley bleeker, groener, en vaal-
der van gedaante is ; o f meer ende minder in de ingewanden
verteert ende verändert.
Als de ty t van de Verandering des Wurms ge-
naakt, ende dat by in een vH egende geßalte ßaat
hervoort te komen , dan erf ßet men gantfchelykjgeen
kley binnen in fyn darmen. Als 00k plaats heeft in
de Hout-Wurmen, de Wurmen der Byen, de Syde-
Wurmen, en veele andere bloedeloofe Dierkens; die
op den tyt van haar verandering foo door lugt ig
als Crißal worden: finde eenige andere Dierkens
al haar leeven lang duorlugtig; foo dat men haar
aderen, en haar ingewanden te, gelyk met de bewee-
ging derfelve, binnen haar lichaam fien ende onder-
derfcheyden kan.
Önder de inwendige deelen van hat Aas of Haft,
is feer opmerkelyk de b Long-pyp, de Lucht-ader,
of Strotten-pyp; gelyk als dit felve deel, foo in de
Vogelen, de Viervoetige Dieren, ende de Menfehen,
genoemt wort. Dee fe Lucht-ader beßaat albieruyt
geen enkele ßam o f fironk , als in de Menfchen, of
in de aangeroerde Dieren plaats heeft: maar fy beßaat
uyt twee voornaame ßammen , die aan weer-
fyden van het lichaam fiangs-gewys gefebikt worden:
En dat niet alleen in de Borß; als in ons gebeurt,
R r r n™*