J O 24* A N N I S S W A M M E R D A M M I I
tubulos quofdam de arundine maxima paratos
inter fe colligando ,atque operam dein dando, ut
Vermes in hos lci'c conferant. Alias enim vix
commode transmitti poterunt ; quoniam temere
inter fe mutuo difcurrendo facile fernet invicem
laedunt. Quin dieta ratione etiam haud difficul-
ter in alios fluvios translocari polfent; quemad-
modum in Ichthyotrophia transferri Pifces fo-
knt.
C A P U T V.
Efcm Partes externas, Colorem, morum-
que & indolis ejus Differentiam de-
feribit.
E1 ' Phemeri Vermem accurate contemplatus
_ in quatuordecira diftinéfcum efie obfer-
vo annulares corporis fcétiones, five inciíuras;
quarum prima Caput, tres fu'blequentes Thora-
cem, reliquacque decem Veritrem una cum ad*
haerente Cauda conftituunt.
Tab.XlII. In Capite * confideratu digni funt Gculi a,
fg. iY. a. qui uniformi & aequabili veftiuntur tunica, te-
nuibus utrinque Pilis fetaceis ftipati. Quando
Vermis veterem cutem proxime mutaturus eft, ae.
quabilem illam tunicam paullatim de Oculis vi-
demusabfcedere; Oculique,cum volatile evadit
Animalculum, reticulati, quemadmodum in
Mufcis, comparent. Paullo inferius, fub ocu-
lis, tenella confpiciuntur Cornicula bb, acute
convergentia, atque in jundhiras five artículos
divifa. Sub his dentatae Forcipes five Màxilc.
lae c cernuntur,Os conftituentes ; circa quarum
principium,fubtus,plures adhuc aliae particulae
piloiàe Se membranaceae, illis, quas in Gam-
maris Se Squillis videmus, aliqua ex parte fimi-
les,in confpe&um prodeunt.
Primo Thoracis Annulo anteriores duo adfixi
d. funt Pedes d, quorum Se fabrica Se articuli, e
quibus conftant , notari merentur. Fabrica
quodammodo talis eft, qualis in Animalculis
quae terram fuffòdiunt, obfervatur. Unde Se
fortiffimus, quo pedes hipollent, motus ad exteriora
tendit ; cujus ope terram , Talparum
more, tantocommodius fubfe exfcalpere Se removere
poflunt.
Quilibet deinde Pes ex quatuor compofitus
eft Articulis, unoque Ungue. Primus. Arti-
culus Pedtori adfigitur. Alter, huic pro-
ximus nonnihil incurvatus eft : quod ipfum 8t
inTcrti© obtinet, qui, prae reliquis, e materie
paulbinden,
en de Wurmen daar te doen inloopen. Het
1welk, alfoo Jy, anderßnts door malkanderen loopen
ende dat fy baar lichtelyk quetfen , foo bequaame-
lyk niet te deen is. Op deeje wyje fou men felig..
telyk in andere rivieren kunnen verplaatfen , gelyk
als men dat met de Vifihwel doet, die men. in Vy-
vers overfit.
H E T .V . H O O F T S T U K .
De uytwendige leeden van het Aas worden
befchreeven: haar coleur of verwj
als meede het onderfcheyt van haar
aardt en manieren.
H Et Aas nauwkeurig beßende , Joo bevind ik,
dat het gedeelt is in veertien ringwyfe in-
kervingen, o f inkeepingen des lichaams IVaar
van de eerfte bet Hoofi ; de drie volgende de Borß;
ende de laatfle tien de Buyk met fyn aanhungendc
Starten maaken.
In V a Hoofi fyn aanmerkelyk de Oogen a, de*
welke met een eenparig ejfen vl'tes bekleedt ßn , en
aan weerjyden fyne borfielagtige hayrkens bebben.
Wanncer als de Wurm op fyn vervellen ft im, fut
men dit ejfen vlies allengskcns van de oogen (fwy-
ken; dewelke,wanneer bet Dierke vltegende wort,
baar even, als in de Vltegen, netsgewys vertoonen,
Wat laager, en onder de oogen, vertoonen haar de
fpits toelopende ende teere b b Hoornkens; die in
geleedingen o f articulatien verdeelt Jyn. Daar onder
fiet men de c tandige Schaaren of Kaaken, die
den Bek maken: aan welkers befinfel haar nog ver-
fchey de andere hayrige en vliefige deelkens van on-
deren vertoonen : dewelke met die geene, die men
in de Kreeften ende de Garnaatengewaar wort, ee-
nige gelykenijfe bebben.
Aan de eerfte ring in de Borft fyn vaft de twee
voorfte B eenen d. In defelve is aanmerkelyk baar
maakfel; als meede de geleedingen , daar Jy uyt
beftaan. Het maakfel komt eenigfins over een met
die Dierkens, die in de aarde vroeten. Waarom ook
deefe voeten haare fterkfte beweeging na buyten heb-
ben: ioaar door fy de aarde , op de wyfie als de
Mollen, te gemakkelyker weg graven.
Vorder foo beftaatyder Voetuyt vier geleedin^en,
ende een nagel. Het Eerfte Li dt is aande Borft vaft
gemaakt. Het Tweede Lidt daar aan volgende iswat
kromagtig geboogen: gelyk ook het Derde Lidt,daJ
een weynig boorn-bceniger van maakfel is , a l s e
B I B L I A N A T U R A E .
paullo magis corneo-oflea conftat, Sc fufco-ru-
bris apiculis prominentibus, tanquam Denticu-
lis, quos multi ad latera Pili ftipant, inftrudtus
eft. Articulus quartus perpufillus eft, atqueUn-
'guiculo armatus. Muiculipraeterea, horumque
infertiones, heienitidiffime conlpici pofiunt,quorum
ope corneo-oflèi pedum articuli elegantem
in modum moventur.-
Ad alteram Thoracis incifiiram, qui tertius
eft corporis Annulus, lumbofque proprie con-;
|X-ni, ftituens icutiformi Oflkulo.corneo, tarn füpra,:
,wJ- quam infra, contegitur,fecundum par Pedum d
haeret, qui ex quinquc Articulis^ unoque Ungue
conflati, Sc paffim Pilis inftru&i funt. Paullo
*• magis retrorfum Folliculi five Vaginulac e, in
quibus pnmum Alarum parreconditum eft,utro-
que a latere confpiciuntur. Fiftulis hi-Folliculi
aeriferis hinc illinc intertexti funt, quae in externa
eorum fuperficie tanquam vulgares Venu-
lae five nervuli comparent. Quum exuvias fuas
mox dcpofiturus eft Vermis, Alae intus haeren-
tes, miro Sc elegantiflimo modo complicatae
per externas haice tunicas five folliculos iuos;
tranfparent.
Porro ad tertium Thoracis, qui quartus eft
corporis,Annulumpariècundum Alarum, quae
multo minores funt, Sc a pari primo penitus ob-
teguntur, cernitur. Id ipfum Alarum par pri-;
mum binos itidem Pedes poftremos ex parte te-
git,qui ex quinque pariter Articulis unoque Un- j
gueconftant, pluribus Pilis exornati.
Primus Abdominis Annulus, five quinta cor.
poris incifura annularis totam iemet aequabilem
laevemque exhibet, neque pedes, alas, aut a-
ha quaepiam, fibi conjundfca gerit. Sequenti-
bus autem lex Annulis quamelegantiflime utrin-
| que adfixae funt Branchiae//*, perpetuo mican-
tes’ trepidantes, motuque tremulo palpitantes;
quarum adminiculo Vermem natare perperam
cxiftimat D. Clutius : nam particulae hae praeter
omnem dubitationem Animalculi iftius Branchiae
funt. In Aftacis, Cancris, Sc Sepiis,quae
nimalia in plurimis ad Infe6torum fabricam
accedunt, particulas illas eodem fere modo con-
ftiuftas atque collocatas obfervamus : quan-:
quam hoc intercédât difcrimen, quod in Can- i
ens & Aftacis duro, quo dorium veftitur, fcuto !
conclufae, atque in his,aeque ac inSepiis,altiore*
«Kra corpus loco, quam quidem in Ephemero,
"tae fint. In icone hujus Vermis a Crachiio
«ata duodecim quolibet a latere exprimuntur
branchiae : qui error ex finiftra perceptione videtur
anderen, ende met bruynroode ende uytfteekende
puntkens, als fanden verfien, dieveel hayrkens aan
de Jy den bebben. Het Vierde Lidt is fier kleen, ende
met een nagelken gewapent. Seer net fyn nog
aldaar de Muskelkens, o f Spierkens, met haare in-
plantingen te Jten. Die feer aardtg de hoorn-bee*
ningegeleedingen der voeten bewegen.
Aan de tweede inkervinge des Borfts, Jynde de
derde Ring van het lichuam, die eygentlyk de Len-
denen wil uytbeelden, ende dewelke met een fchilt-
achtig boornbeenken , foo van bovenen, als van anderen
bedekt i s , vertoonen baar het d tweede paar
Beenen, uyt yyf leeden met een nagel beftaande; die
hier en daar met hayrkens verßen fyn. Wat meer
naar achteren vertoonen haar aan wederfyden de
Knopkens c o f Kokerkens, daar bet eerfte paar Vleu-
gelen in opgefloaten fyn. Defelve fyn hier en daar
met luchtpypkens doorweven ; die haar-van buyten
op defelve, als gemeene a der kens, offernen vertoonen.
Als de Wurm op Jyn vervellen ftaat, foo ßet
men de inwendige Vleugelen, wonderlyk en cierlyk
gevouwen Jynde, door deefe uytwendige vlieskens o f
knopkens derfilve heen fihynen.
Vorder kan men aan de derde Ring des Borfts,
Jynde de vierde inkerving van het lichaam , het
tweede paar Vleugelen fien, die veel kleender fyn9
ende van het eerfte paar gantfehelyk bedekt worden.
Gelyk defelve ook eenigfins het laatfte paar Beenkens
bedekken, dremede uyt v y f Leeden met een nagel beftaan,
ende verfchey den hayrkens tot v er der fe i heb»
ben.
De eerfte Ring des Buyks, o f de vyfde ringwyfi
inkervinge des lichaams, vertoont fig heel effen ende
glat: fonder datier beenen, vleugelen o f yots anders
mede vereenigt is. Aan de volgende fes Rin-
gekens Jyn, aan weerjyden des Buyks, feer aardig
vaft gehegt f f de geduurig lillende, weine lende, ende
bevende Kuwen; waar mede dat de Heer Clutius
oordeelt dat de Wurm fou fwemmen; dap uyt
misverftant; want deefe deelkens fyn gewijfiflyk de
Kaaken van dit Beesken. In de Kraboen, Kreeften
, ende de Zee-katten , die in feer veele dingen
met het maakfel der bloedeloofe Beeskens overeen-
komen, vind men deefe deelkens baaft op defelve wy-
fe gemaakt en geplaatft. Hoewel met dit onderfcheyt
, dat Jy in de Kreeften en Krabben , in het
har de fichilt, dat haar rug~bekleet, beflooten worden
i ende dat fy aldaar hooger in het lichaam #
als in het Haft, geplaatft Jyn: dat ook in de Zce-
Ikatten foo gefchiet. In de afbeelding van Kracht
«ßet men aan yder fyde van de Wurm twaalf van
, deefe Kuwen , uyt misverftant qfgebeelt ; hoewel
Pp p % daar
Ilisi
I
1 I I I iÿ