iFJf''
>• .1
Ì
ji
.Ji':
R A R I T E I T - K AMER. 11 Boek. 93
Het dekzel van de groote Cochlea Lutaria, is langwerpig als een itompe halve
maan, ter dikte van een mes, van buiten vuil grauw, van binnen witachtig alsongepolyilzüver
blinkende; aan def lykerige rivieren zakken ze 200 diepinhet i lyk, dac
ze den harden grond raaken, hoewel men ze 00k aan de klippen vind , die omtrent dU
zulke Ilykerige plaatzcn itaan. Men kan ze uichetGriekfchi'öz^Äiiaj-toenoemen, Azi^l^jf^"
is, Dekzel-ilekken, dewyl zc alleen onder alle Land-flekken een dik dekzel hebben;
men vind ze op Cif/f^fj-, Java, Baly, en SimaFra, overalindeflykerigeryftvelden,
daar ze zoo groot zyn als een vuiil; als de ryilvelden indroogen , verbergen ze zieh Fn k^e
in den droogen flyk, daar ze dan blyven, tot de regen oogftweerkomt. Zyzyngoed^-^^rgi».
om te eeten, als men ze in water k o o k t , of op de koolen braadt , de voorile ipits f^'jpß""'
ftaert eerft in ilLikken flaande, dan kan men ze gemakkelykuitzuigen, ofraeteenLimoen
dooren uitbaalen; in water-bakkcn gedaan , kan men ze levend hoiiden,
zeevoeren, en in andere vyvers verplanten, gelyk de Romeinen eertyds msz diergs-¿'ewaan
lyke flach deden, die ze uic Africa lieten haalen; zy worden inzonderheitgezondge {"erlZorhouden
vcor koorczige menfchen, en die een begin van de teering hebben. Diergelykeilekken
zyn my gebracht van Coetfcbien , en vallen , naar myn giffing , mcde op
Cetlon, over al in de tnoeralTige ryi lvelden, en worden veel tot fpyze gezogt,
X V I . Onder de ^a/y^Ki//<2Jvanditgeflachte, behoorennochverfcheidekleineflek- iö»'«
lesenhoorentjesjgeene byzonderebefchryvingewaardigjwaar onder de voornaamftezyn,-^,"''^'^]'
die men Steentjes [/¿z/iZ/fj-] n o emt , fchaarszoogroöt als de nagelvan een v inge r , met^^^il.'
een fpits hoofd,gelyk de bucctnayeen nauwen mond raet een dikkelipr/.ommige bruinmet ¡t?» met
Witte oogjes; zommige gerimpelt enmetiheepenaardiggefchildert; ook noch andere
kleine flekjes, gelyk d e f e r j ^ e n t u l i , doch met een verheven tuitje. ßorJJ''^
Cochlea Globofa, zyn de/horte», die u^ Bei hoorens noemen , waar vau ieder we!r zyte hyzmdere benamwg het^t.
De etrße isverbeeiät op de piaat XVII. hy letterA, die iekentis ander de» uaam van ^ipltkltlit] hooren , Dez'l'
foort by letter H. waar toe wy'er noch een -voegett, metN. i. geknobbeldeBe! hooren. diezeUeavoor'
kamt. De foort ly letter C. diegenaamt vjord de Patcys hooren , ook wel¿ei Kivits ei. De foort by letter D.
wordby ons gehetten de Ajuin-fchil. De y ¡ o o r t is by E. afgeheeldt. De 6'>foort met letter F. is äe Knol bei c/KnoI
\iOOxtQ genaamt. De 7<i'foort word by letter G. een Agaatebakje, ook VJelhetKmt.it\genaamtx waar van let-
Ur H. eem aan de mond zyde vertuont\ vandeze zynveelefoorten, vjaar oeder ecneheel wit. De %fitfoort met letter
I. ¿j'e Wj de Toveraar, ook weide Toovti-Üik ttoeme». De 9'''foort by letter dezeiibyons hekent met dm
tiaam van den Peer hooren: Spanfchevyg, vjegens zyne gedaante, genaamt, van welke verfcheide
fuorten zyn. De la'his verkeeldtby letter'L. ¿¿etuj^ i^i Wetvel hooreo ¿ei«», ernuord ook genaamt de Perfpeöiv
hooren , em zy« diepgaande en allen ks vermin derde inzigt, 'tgeen hy van onder en heeft. De ii''tfoort met letterM..
En dexi^by'ii. De x^-i'by letter 0. die wy Bt\-äak noemen. Dem^i'byP. Word by ons Vodhootengeheeten. De
i^it by letter Q. is een ßebande Ajuyn-fcbil. Dei6^* by letter R, is ee» andere foort van ^ oühooita, waar van
' e r noch veele Joorte» bekent zy».
XIX. H O O F T D E E L .
B i i c c i n u m : Bia Trompet,
E t zefde en zevende hoofdgeflacht, zyn de Turbinata-, beide van zoo een P'^ b»«-*
nabuurig fatzoen, dat men veele foorten van het eene geflacht voor dievan/iire-.w.
het ander zonde aanzien ; doch tot beter verftand, noemen w y Buccinazòodaanige
hoorentjes, welker tuit ofiar^okleinderisdan't overige van' t lyf ,
of immers niec veel langer; vanbuitenmeerendeels ruig, geknobbelt en ger ibt , van
dewelke wy in d i thoodfdf tuk zullenhandelen. Haarealgemeenenaam isin 't Latyn Bucchnm.
Maleitfch Bia trombetta. Amb. KimaTahurh waar door evenwel de grootfte
foorten verltaan w o rden, die men tot T rompet ten gebruiken kan.
I. Buccina Aruana y alzoo genaamt van't Eiland ^ rw, daar menze van daanbrengt .^öfwg'
hoewel ze mede aan het naafte NovaGuinea^-At^ anders in de'Amboinfchegeweften^i^p^i
onbekent: ditisde grootfte en plompfte van alle, die ik gezien heb , zwaar en dik^^^J'^^^*
van fchaal, ruim eenen een half voet! l g , en een fpan h o o g , met weinige gieren en
M 3 een