n .,1
II ¡'•MT
f1M- --vmi .
• !
IfK
J.
318 D ' A M B O I N S C H E
daar ze de haràe gronäenen't ßuheh der baren tegen deßeenklippeni niet onderworpenzyn.
Diis njerre achten wyhet-nodigons hier inte laten, 00k wel njerder , indien
H iverk iet toeliet. Die mm der licht daar ojntrent (jegeert, leeze het geleert werkjeii
va» den Hr. J. de Ray 't l V. liooftß. 'van zyn Waereits begin en eind, uit het Engelfch
in V Nederduitfchxertaalt, gedrukt te Rotter da?/iòy i^zrentiios. Als mede de
NederlantfeheOiitheden/üüor omtrent 100 Ver liegen ofgeßelt en op nieuws,
met geleerde aa?ttekemngen, in het liebt gebragt ^ gedrukt f Amfterdam by njan Rooijen
in S'"'. En wat belangt, het körnen der Hoornen en Schulpen, inde allerzwaarße
fieenberi'en, 't zallicite begrypenzyn, indien'igevoelen'vandenHr.T.iivrnetsheilige
Aardkloots belchoiixuing^ zo'deel ingangby den leezer als my beeft. Lees heut
daar hy handelt, 'van hèt inßorien, overftro?hen, en voortko/nen der Bergen. Dat werk
is mede uit hei Engels wrtaalt, en in 'i ¡aar 169 6. r' Amßerdani, by Van Dalen in
4" gedrnkt. P'an de njoorgaartde uit de aar de gegrabene, als in de bergen gevonàene
-ver ßeende Hörens en Schulpen, worden'er'veeleùy de Liefhebbers ùewaart en gezien.
Daar in rnunten uit {bebahen devoornoemdedehr, Doäorl<uykh,de Hr. Vincent
en andere. Van de i!^rotemenigte,diewybezitten,zullenw'ennaareenige den Uefhebberen
Dnorßellen'. Ziedeplaat iJ^W^- by de letter E. dit is eene keihardeSteenmefverfcheidene
ZOO Hoornljes als Schulpen bezet, door den Hr. Kreitsmzav Kapitein onder des
Konings guarde, buiten Brußel, onder het graven in H tnaken nan eene fterkte ge'vonden
¡)ie afgetekent ßaat by letter F. is eendiergelyke, doch jnet een ander foortvan
Hoorntjens omzet, en my uit Weß-Indien toegekomen-, By letter G. eene andere bergklom^.
En by letier H. een volkomedubbelde Oeßer, bmtenen binnengeheel'verßeenty
en in het Tofcaans e,ebergtege'Vonden'. by letter 1. een bard'verfleendi Hoorn ; enby letter
K. een diergelyke-verfleende dubhelde Schulp. Op de plaat LIX by letter A. // een
Rots'ßeen, met -verfcheidene Schulpea, daar onder eengrootegeribde, hoogblaauw van koleur
• By letter B. opdezelfdeplaat, een verßeende Schulp, byons de enkele Zots-kap
Penaamt, van welke ik de dubbeldeook verßeent hebbe gezien. Op de plaat L.X.byde
letter A. is fi7iPennchoorn , deTi-omme\i:chvoe^genaaf?a, biiiteneninwendiggebeei
verßeent^vei-beeldt: By de letter \\.een diergelyke ^ doch noch in zynen rotsßeen zittende:
By letter C. eene dubbelde Scbulp,waar van 'erveele in Hongaryen worden ge~
vonden:'By letter D- is een Hoorn, Covm Ammomsgenaa?ni, afgetekent,waar aan
getwyjelt wort » of het een gewas ,of boornis ; doch zie de voor-en tegen-reden by den
voornoemden-]. Ray. By de letter tl {deze heeft zyn volkome koleur)en isvuurßeenhard:
En die by de letter F-een, by ens bekent onder de benamingvmToof.Bydelet-,
ter G. ziet ?nen een zwart Slakkehoorntje, met een fiaauw wit bandtjen : En by de
letter H.een, byons onder de Foilhoorntjes, bekent : Het verbeeide by letter 1- is
eengetopt Hoorntje, zynde zwart en glanzig-, alle zyn ze uit de Steenbergen gekomen,
en ZOO wel in als uit-wendig verßeent. Nu volgen, uit de vele die voor banden zyn,
viaareenige uit de aardegegraveneengebeelverßeende, die by de letter K. afgelekenf, is
een dubbelde Jacobs-Schulp, doch heel zuiver en fchoo n, tnet zyne ingeßotene vi fch nog
by zieh, maar, veel weker dan de voorgaande, verßeent. Zodanig is mede de verbeeide
by L. en by de letter M. eene geribde Maan-Doublet » £?/Compas-Schulp.ZJy ¿fi letter
N. een langwerpige Schulp viet fchuinze , tot malkanderen lopende ribben : Daar wy
viede eindigen ; zullende op het LXXXIV- Hooftdeel ver der van de andere Steengewaßcben
¡cbiyven-
LXVII. HOOFTDEELAdyites
» Meilica AiToufing.
P
Linius Lib. 37. Cap. 11. maakt gewag van den Steen Myites, doch anders
niets van hem fchryvcnde, dan dat hydenaamzoudchebbenvandegedaante
eener muis; doch myn Myites is genaamt van een MoiTel, dewelke in 'c Griekfch
eenen gemeenen naam heeft met de muis, hy word gevonden in een flach van
teDsi Myium,
xÀe de
float IX.
•wardvoor
enMofel-
/w/i^^B-MoiTelen, diedunvanfchaalzyn, diepin 'tzand iiekende, en daarom boven in'tli.
ßoek, X X X V . Hooi tdeeI,Zandmoirel oiMitfcuhs arenarius genaamt: Zeer zelden vind
men in dezelve die Steentje, 't welk men voor een kleine MoiTel zoude aajizien, indien
het niet fteenhard was, aaji het bovenf teemdewi t en half doorfchynende, aan'conder- ik
• V'
/ -ii
^ ' 1' •
Iii.
••ili