B L A D - W Y S E R .
• - l i i':^!
,— yerfcheid& hmammgcn van deze
Nagelen. ib.
— Bochartus hier over aangehaah. ib.
— TVaarom Byzantia genaamt. 90.
— By de Chinezen tot een genees-middel
gehniikt. ib.
Opcrcula callorum. 122.184.
— Hier van verfc beide fior ten. 123.
— De derde fiort is bezivaarìyk te
vinden. ib.
J4^aar dezehe gevonden word. ib.
Opermont. Zie Auripigmentum Indicum.
Opgeroide Bezamitjes. • in.
— J^orden zelden gevonden. ib.
Ophitis 5elonica. N. Ceüonfihe Slangenßeen.
303
— Verdeeh in twee foorten^ nattiurlyke
en gemaakte. ib.
— De nattmrlyke hefihrevcn, ib. 304.
— 14^aar hy gevonden word. 303.
Hoe tot een geneesmiddcl gebriiikt.
304-
— De nagcmaakte hoe hereidt word.
ib.
— J^aar toe gebruikt. ib.
— Hier van verfcheide fiort en. ib.
— Hoe men dezehe ztiivert en hewaart.
ib.
— Ondervinding van den Heer Cleyer
van des zelfs Symphathetifihe werkinge.
ib. 30^.
— Een ander verhaal van de werkinge
der Slangeßcenen, en hunne zuivering.
3^5-
Ophitis vera; Meílica Ular, eew/oori
van SJangeßeenen befihreven. 30J.
Hier van verfiheide fiorten. ib.
— /)' eerße fiort befihreven van zyn
gedaante , eigenfchap en werkinge.
ib. 306.
— welke Slangen deze gevonden
word 305-
— De tweede fioort. 30Ó.
— Pf-^elkers Slang by de Chinezenvoor
een Godt gehonden^ en met fpyshezorgt
word. ib.
— De derde fioort. ib.
— In welke fiangen deze gevonden
tvord. ib.
— Dezer Slangen gedaante en mismaaktheit.
ib.
— Hoe ze gevangen, en de ßeen gevonden
word ; beneffens eenige aanmerkingen
van den zelven. ib. 307.
— Hier van een ander fioort , Ophitis
Dracontia genaamt. 307.
— pf^aar dezehe gevonden word. ib.
— De Vierde fioort. ib.
— J^aar dezehe gevonden word. ib.
— De vyfide foort. ib.
— J/f^aar deze gevonden word. ib.
— Hoe die vervuilt weder gezuivert
word. ib.
— De zefide fioort word in verficheide
Slangen gevonden. ib. 308.
— Poefi van den Meftica Ular OTUtrent
barende Vroiiwen. 308.
— Een verhaal van eenen geelen doorfichynenden
Slangenßeen. ib.
Ophthalraius , een zamenmengzel van
drie Steenen, befichrevén. ' 28p.
d^Opper-Admiraal^cenfioort van de Volutce
befichreven. 108.
— Een diergelyken bezit de Heer van
der Burg in zyn uitmimtend Kabinet.
ib.
Oprechte Varkenfieen. ^¿íHyfíricites.
^ Or an jen-Admir aal een fioort van ds
Voltuse befichreven. 108.
— Is de beße onder de T^ooten. ib.
OrgeJpypen. Zie Solenes BivaJvii.
Orlampjes ofiVifichwyven^ eenfioort van
de Eenfichalige ongedranide Hoornijcs,
befihreven. 184.
OJfiekoppen. Zie CalTides tuberofe.
Oilireum: Oeßers: Tiram. 154.192.
— In verficheide fioorten verdeelt. ib.
O i t r e um Cratium f palorum. N. Sery
Oeflers. 155-192.
— Hoe en waar zegroeijen. 155".
pf^elke de beße zyn. . ib.
Oftreum diviilim. N. Meshamers. 158.
— GeJyken naar de letter T. ib.
— Haar vleefich is goet om te eeten.
15S.
— J^orden onder de Rariteiten gerekent.
jb.-
— pF'aar ze gevonden worden. ib.
Oilreum echinatum. i$6.193.
— - Hier van verßheide fioorten. ib.
B L A D-W Y S E R.
' — J^aar ze gevonden word. Ìb.
- Hier van een tweede fioort. ib.
- T^aar deze gevonden word. ife,
Oftreum pJicatura inirius. 156.19?,
- J^ord zelden gevonden, en daarmt
voor een Rariteit ^ehouden. ib-.
pnke de beße zyn.
-- If^aar ze gevonden worden. ib.
r-~Zommige hebben een Krabbetje tot
. haar ¡^achter. ib.
— T-J'-^mrom haar vleefich weiniggegeetcn
vjord. ib.
üftreum echinatum maximum ¿OÄicu^'rli^ZYx^ZZ'N. Stlkmonilrofum
« de Komng van a!ie\ Oeßers. ®
- I n verfcheideßorten verdeelt. Ìb/o'SVaxafZ'"''''' ' yj 152"'
- D..e,^r,eheele SeMp k,on^],s Z:£:T,r.eijen. t
fiyn Porfiellein. 1^7.
— In 'tjaar 1682. aan den groot Hartog
van Toskanen gezonden. ib.
Oftreum elecftrinum. N. Bernßeen-Oeßers.
158.193.
— Hoe en waar ze gevonden zvordèn.
— J^orden tot fipys gebruikt, ib.
Oitreum tortuofum. ijg. 193.
— Pf^aar deze gevondm word. ib-
Oude wyven. Zie Grauwe Monniken.
Ovum , een fioort van de Porcellana
major. u^. ìSl .
ib.l
Oitreum Pelagium.
— pf^aar ze groeijen. •
f-Zyn beter dan de groote Stok-Oefiers.
159-, —HaarHoorn in groote achtinge gehoiiden,
ib.
Oitreum pJacentiformefEphippium.
N. Engelfiche Zadels en zadelfichul
pen. 155.192.
— Haar verficheide benaming. ib.
— ppaar ze gevonden Wörden. ib.
Hebben weinig vleefich , doch góet
van fmaak.
— Hier van een tweede fioort befichre-
. ven ib. 192.
— J-P'aar deze gevonden word. ib.
--Een derde fioort. 155.
r- P^an v:ie, en waar toe deze gekriiikt
word. ib. 156.192.
— Deze geefit geluit van haar. 156.
—Alle deze fioorten brengen paerlen
voort. _ ib.
— Pf^aer ze gevonden worden. ib.
Haar benaming op Baly. ib.
r- 7-yaar toe haarßukkengebruikt luorden.
ib.
— Eene opmerking van den ^chryver
daar omtrent. jb.
Oftreum plicatum majus. 156.192.
t'Gclykt naar dc Koraalßeenm. 15Ö.
en tot zieraat derfichildenge-^
hruikt. ib.igp;
— Hier van een tweede fioort ^ voor 'i
J^yfije gehoiideu. n^,
— Een derde fioort befichreven. ib,
— Hoe deze Hoorntjes gevangen worden.
ib.
— Haar Dierdeugt niet tot fipyze. ib.
PAddetjeS^ een fioortvande Pimpeltjes,
befichreven. g2.
— iP^aar ze gevonden worden. ib,
Paereltjes, een fioort van de Forcellan
s minores befichreven.
Paerlen in Schulpen enMoJfielengevonden.
— Onder de Meßica gerekent. ib-
Pagurus Reidjungan , een fioort van
Krabben befichreven.
— Reden van zyn benaming. ib.
— - Hun verficheide benaming. ib.
Pannat. Zie Märga.
Pannekoeken. Zie Echinus planus,
Parrangites: Meftica Gondoe.
— J^aw dczeh& gevonden word. ib.
— Tf^aosr
, »