.Mi
^ f u
D' A M B O I N S C H E
flag wat rchüins daar op komt , 't welk een zekere handcling is: Zy geeven wel veel
vuur, maar fpringen ligter, en worden eerder itomp dan de Europiichs, men kaa
zieh egter daar mede behelpen.
J j ^ r roodachtigen Vuarfteen. afkomflig van de Zuydzyde van
Boero, hebben myne Jongens gevonden eenen anderen Witten kei i leen, in de grootte
engedaantevaneenduive-ei, dochlangwerpigerenvuilwit, gelykmenookzomtyds
in de Europifche vind; dezen zoude ik houden voor den Enorchis by Tlin.Lil,. 37
Cap.io. Waarvan2ieoükhecG.»^«^m»i Boi-tii ¿iO.i.. Cap.rox. Op andere plaatfen
van Ä^^val ienookgoedeVuurüeenen, doch die zyn 200 goed niet, enwordeamettertyddood,
dacis, geeven200yeelvuurnietmeer.
Een dergelykSteentje als een duiven-ei wordop deflaat LI. äangeweienby^tlo. i 'f
geen wy betitten ts ^uver , doorfc}yynm£ en hard; enheeft aaiLn
JchooUg etnde een kkme roftde mtwaffinge als eenpaereltje', 't ii ' - ^
gerimpelt, en als oft een äfgeboNdeit wrat was.
eefipaiireltje\ 't isroudom indekneep
Vroügic.
febrevea.
Z y » me
t*U-e
l'nBriiei.
He», en
»i» ze-J
sUjaaas.
XIX. h o o f t d e e l .
A n d r o d a m a s , Maas Urong.
Ms VroHg is een fchoone en raare Tyrites of Vuurfleen, zeer zwaar, hard
en maffief, het geele koper 200 gelyk, dat m e n v o o r klontjes daar vah
20ude aanzien, doch niec wel opdenikencoetfende, maarmeteenM
geilagen vuurgeevende als een andere vuuriken: Men vindhetingroo.
t e e n kleine üukjes, alfezeerhoeicigenonordeniiyk . nogcanszoodaanig, datallede
hoeken een zekere ordre hebben , want de meeüe zyn wel rondachtig , maar daar
decken hoeken uit, by de GV.^./r^, anguli Jolidi, dat is 1 vaile hoeken genaamt.
beuaaaüc uit j vlaicke zyden t'zaamen in een hoekgevoegc, en haar Tuytwyzen der
hocKenicayucnzi^ dcelentezynvaneenüciiaam, byde Konltenaars
naamt. 't welk gemaakt is van i z vlakien, en ieder vlalcte heeft j üreepen als een
^'••ntagoßus, oivyfho.k: iWen zoudeJeggen, d.^ivtt\tzxx\kQDodeca-etrameenCor^
n^'i^^alsmendeniteeninilukkennaat,, ZOGbevindmenhem'
van binnen mailief, en geenzins van deelen gemaakt, 't welk men ookaandeKry-
Italien gewaar word, die altyd vau buiten ZOG ordentiyk als onordentlyk fefkantig
e a evenwel van binnen maiiief zyn : Andere itukken zyn vierkantig als een dobbel"
ileen; andere ganfcii onordentlyk . en hoeki^ , zoo nogtans, dat hier en daar een
^odeca ^trcn uitüeekt. Ik noeme dezen fleen Anarodamas van Pünius, en Pyrit^sfolim
De g r o o t ü e e n lchoonfreüukkenvindmenop7.^.
omcrentdeStädiVW^«.; OokopCW.^.., Borneo^nSuccadana, dewelkegeflepen
een band breed zyn en blinken als een metaale Ipiegel: In Amhoina en op
vaid men maar kleine klontjes in de grootce van een erwete of piftooljcogel, dewelke
devoorfchrevene!^..i......^.belWe^
die men aan de kanten van zommigerivieren vind 4 namemlykopH//^, Lanque^
noMiiHauve, inderivier/;f'^;> , dewelke,alsbovengezegcis ookrvkelvk
u u l e v e r t d e b e a e S . . « ^ . . . , Ue roflekeifteenenmoetmeninrtukkenflaan, danviL
men deze klontjes daar in 200 vaft gegroeit, dat menze daar uitkappen moet; doch
o r j e r tien Iteenen vind men paseen, diezeheefci Het zyn 00k altyd geen mallieve
klontjes. maar dikwiiszeerklemeüukjesalsgrofzand, enkorreltjesvangeelkoper,
door het geheele lichaam des freensverftrooit. IndeEuropifchemarmerfteenen, inzonderheu
m dezwarieofblauwe vind mendiergelyke TyritesinxMyk grooieftnkken.
tun
Dct'>
R A R i T E I T - K A M E R . lllßoek. 227
ken, dewelke de IteenhouwersQuai'^en, in'rLatyn, CentrufnmarmorisTiOQmevitCnZyn h ^
•die zyiii'tbewerkenntetgaarndaarinzien; wantzoozydien uitkappen, 'c welkgefchiedenmoet,
als ze daar in vaft fteekc, zooblyfteenkuilcje indenüeen, waar door''
dikwyls een geheele tafel gefchendt word; maar wanneer zoodaanige Tyrites aan
een hoek des fteens ilaan, die worden al willens daar uir gekapt , geilepen en op vuur.
roersgezet, dewelke men Italiaanfche vuurfteenen noemr: Deandereftukken, die
op een vlakte van een marroerfteene tafel voorkomen en vaft zitten, moeten door de
werklieden met gednlt effen gekapt, en met 'c overige van de tafel gcpolyft worden,
'f welk een Rariteit en wellland daar aan geeft.
Op de kuft vanFinland, indat deel van de Ooft-zee, 'twclkmenden Finfchen Wordm
bodem noemr, ftaan veele yfelyke rotfen in z e e , de Finfche Scheeren genaamt, waar '"^¿¡^hHuuitmenblauwenmarmer
ofarduinfteenkapt, daar in vind meti veele van deze vuur •
ileenen, wat grooter daneenmufquetkogel .bleekervankoleur dandeOoft-Indifche, medegtalsofgeelkopermetzilvergemengt
was', dewelke geilepen blonken als een fpiegei,
doch op den fteen geenzins toetften; daarentegen de Amboinfche malEeve toetfen min
of meer op den fceen,doch deftreek gaat ftraks uir> als men met de hand daar over ftrykt-
Boven in 't XIU. Hooftdeel ftaat de plaats Tannat befchreven , beftaande uic loutet w».
witte weeke Argilla, daar in men by regen weSr veeie van deze Tyrites vind, de welke Hooftded.
egter zoo ordentiyk niet en zyn, als die men uit de roiTe fteenen der riviere van Larique
kapt,
OpTzWörVind menookgrooteklontjes van dezen fteen, doch dieiszeer brokke-
Hg, en fchynt uit veele ftukken t' zaamen gezec te zyn, derhalven noch tot ilypen j mor^«-
noch tot vuurfteenen bequaam^ vonUin.
Soo gelioort hier onder ook een foorte Marcaßta eerofa o f Koperfteen > dewelke
men op verfcheide plaatfen in deOofterfche quartieren vind; dezeis brokkehg, ruig/i^«/ye«/-
enfcherp, hockig, daar glimmetjes enblikkenonderlopenalsgeelkoper, met
w e b e r g f t e e n gemengt, bydeze Inländers mede onder dennaam
grepen, hoewelhetmerkelykdaarvanverfchilt, want het is niet al leenbrokkel ig, en 7,8,$.,io'i
m e n k a n g e e n vuur daar medeflaan, maar heeft ook een fcherpcorrofief zo.ut byzich
gelyk Sdmiaä\t 't welk daar uit i laat, als men't een tydlang in de opene lucht laat Jeggen.
Men vind het veelop 't Oofc-elnd van 't Füand Meffbal digt op ftrand, en daar toe En vjormoeraffig:
Ook op Kerams Noord-kuft by Bote; op Nuffalaa omtrent het warme wa- verßeide
ter by Sila, op Timor, en andere plaatfen meer. ^¿tS^n.
Het gebruikvandezenkoperigenvunrfteenisby de Inländers noch niet ter degebekent,
v e e l e Europeers vergapen zieh daar aan , inzonderheit aan d'eerfte foorte of
Tyrytes folidus^ wegens zyne fwaarte en koperige koleur, v/illende metgeweltdes
vuurs eenig metaal daar uit haalen, *t welk doch daar in niet is, en blyfc een bloote
fteen. DeJavaanen,Malei]ersen Makkaffären Ilypen demooifte ftukjes tot een platte Wordm
tafel, zoo wel rond als ruits-gewys, en zetten die in flegte ringen of aan hunne Tulp-^JJ/'^f«
b a n d e n ;wantzygeloven,datzedendragermoedigenwinbaarmaaken \ ?i.c\\tQiGrißczengczeK
legteen berg G/ry, daar o'^d.Qpemmbaam woont, den welkende Ja vaanen alle voor een
Heilige Leeraar of Paus houden; van dezes vonrouders en geilachten ziet men verfcheide
graven op 't hoogfte van dien berg , waar in groote gepolyfe fcukken van dezen fteen
gezet zyn, die een wonderlyken glans van zieh geeven, wanneer de opgaande zon daar Zy» heet
tegen fchynt, 't welk hetonwetendvolkje voor een wonderwerkacht. Detweede
brokkeligefoort, geeft wat meer hoopom metaal daar uic tetrekken, hoewel hectot
noch toemetweinig vrucht gefchiet is; In 't Jaar 1666. hebben "wy 't hier op Ambon PritfseondervondenmeteengedeeltevanM<?/
öii/gebragt, 'tzelve in fmeltkroezen met een"Tm«L/
fterk vuur aantaftende, wanneer het fchierandersnietuitgafalseenenongelykenfwa-^^^^«^^^«
veligen ftank, latende op den grond van den kroes een klompje, 't welk na fpyauter ge- hv.udtn:
leek, maar als jnen daar opklopte, fpronghetaanftukkenj evenv/elhoud men voor
F f z ser^
i