i i
IF'''
T +•
RARITEIT-KAMER; I Bock, tf
voorts 8 gewoone pooten in fcherpe klauwen eindigende . die mede bruin en rüig
van körte haairtjes zyn. Zy woond by aflopend water op den ftrand ^ en by hoög
Wäterkruipt zyzomtydsopdedroogekiippen, daarzyby wylen haare oudehui t a f l egt , '
diemen dan-zoo geheelvind, met pooten, fchaerenenal, aerdiggefchildertendun,
dat men qualyk merken kan, waar het beeft uitgekroopen is, 't welk men echter van
onderen gewaar word, tuflchen den buik en den flaert, alwäar deze leege huisjes geopentzyn.'
.
Haar naam in 't Latyn is Cancer Floridus, Maleits Cattam Bongay dat is, Bloem-Äi^,»
krabbe, om dat zy onder alle het fchoonfte fchild heeft , als of het met blo^men bezaaitwas."
V>QJmboneezenno&mQnhziirm^dieTuNikmetten, dewylde einden van d<. ™ ;
fchaerenzwartachtigzyn, waarom zy onder die geenegerekent word,diede Naruurge- '
tekent heeft om niet te eeten , gelyk ze dan word gehouden voor eene kleene Ibor^ Ujij^
van den grooten Zwarttant, hier na in ' t iSHooftdeelbefchreeven. Zy wordnietge
geeten, dewyl de Inländers een gemeen merkteken hebben , dat alle Krabben , wit i" ¿"ff waar^
fchaerenaan de nypers zwart ofbruinzyn, tot de koft niet deugeii, als ofze vanNa-*"®»
tuuren getekent waaren.
Canccr Floridas. Zie de plaat VIII. N«. f. • ' . • r,>
XVI. HOOFTDEEL.
Van den Cancer Noxifis: Cattam FamalL
D Eze Krabben worden voor de regt fchadelyke g ehouden, en zyn niet van eenderlei
gedaante. De gertieenfte verfchilt niet veel van de eetbare Zeekrab. waur vaii
ben, doch is wat grooter en dikker van fchild ,'t welk bleek of witachtig
roode plekkenen Charafters als bloemen eefpikkelt-. nppenandpremanier
•A^^^nCmcerPlaridüSi wiensfchildmet veelepeukeltjcsverciertis, maarkomtovereen-^^^'^«
met den Cancer ruber. Haare oogen ilaan ver buiten 't ho o f t , en zyn rood, met groote Moridus
fterke fchaeren; Zy k rmptzomtydsindeBobbers, dochopgetrokkenzynde, wordzej/^^^'''''
ftraksweggeworpen, omdatzevöor fchadelyk, ja doodelyk gehouden w o r d ; Immers
het is in mynen tyd o'pH'itoelamma> datzekereVrouw vanecu Krabbe, maaro»««?, >
de eeneichaer op koolen gebraden eetende, vermits ze deze Krab nietkende, byhet^J^^j^J^^
vuurzittende, inflaapgevallenis, wordendedaarterßeededoodgevondeii, gelykook¿'Vri.«»
haar dogtertje, dat mede daar van at, en kort daar na ook ilorf, doch alvorens aanwees
de Krabbe waar van ze gegeeten hadden; waar van mede boven het XII. Hooftdeel
te zien is. De Natuur heeft dan wyslyk gefchikt, dat dit fchadelyk hteil Roudrigop
alieen op den grond der Zee zig ophouden, en niet op den ilrand komen ^onde
op dat 'er niet veele menfchen, die hunne koil by aflopend water op ftrand zocken,
door befchadigt wierden.
Haar naam in ' t Latyn is Cancer Noxius : Maleits Cattam famalt : Amboins, op
Leytira-'ÜM^/i: op Hkoe LUuA)maU, dat is, of fchadelyke Krabbe;
als ook Caitafn Bifa, venynige Krabbe, gemeen met de voorgaande.
X V I I . HOOFT