, ' l
f . . '
i; : •
H A R I T E I T - K A M E R i III Bock. 287
Deze Chinefche vertellinge zetikhier niet, als o f i k het naardelettergeloofwaardig
hielde, maar om aan te wyzen in wat waardigheit den Onyx by de Chinezen is, zynde
by ons een ongeachte fteen.
Den voornoemden Jo\ of Oif^x \ waar op het Keizerlyke wapen ftond, zeggen
andere verlooren te zyn oratrent het jaar Chrifti 1618. wanneer voor de tweedemaal
de Tarters Heeren van Sina zyn geworden, en dat doe hetvoorfchrevenSignetdoor
een Tarter heimelyk zoude geftoolen en naar Tartarien gebragt zyn, daar het t' eenemaal
verlooren is: Het was een ftuk ruim een iiaande band lang en een dwars hand dik.
XLIL HOOFTDEEL.
Achates. Widury.
Ehalven de roode Achaten z yn in Indien gemeen de wi t te met een zonder f i - ^A^c haguuren
; als mede op Coromandel, en weinig zwarte : De witte , geen ¡uomßecn.
figuur hebbende, zyn half door fchynende, gelyk het witte van een hart gekookr
e i ; dezeworden eigentlyk by i^/w/i«/genoemt> heuc^ Achates-. De witte of
geelachtige met boomenveriiertwordengenoemtiDiWr«^irÄ<«fi?/, byd'onzeßoomtjes
Achates: Zy zyn zeer gemeen en vallen in menigte omtrent de ftad Suratta in \ ^^
Indoilaanfche gebergte. De witte zoo wel met als zonder figuurcn worden genoemt by de g^vondtn-j
Maleyers en Javanen JVtdury, by zommige doch qualyk Beiour, welke naam eigem-ve zyeielyk
denBeryltoekomt , gelyk de Chinezen noch alle roode Achaten ¿ i/ö noemen, en.'^-^"'"'^"''
de witte voor Bernßeen aanzien. Gelyke misvattinge heefc onze Natie, de we lke den
zwarten Achaat gelyk fielt met den zwarten Bernfteen of Gagates, die nochtans merkelyk
van malkander te onderfcheiden zyn, want de zwarte Achaat is veelzwaarder,
harder en blinkende, gelyk een fteen behoort te zyn, maar de G^^sii^j-, in 't Portugeefch
Aljobidjo genaamt, waar uit men Braceletten maakt, is ligt, en aan 't vuur
gehouden brandt eenigzins met een fierkenreukvan^if/^wi'», Op de zelve wyzekan
menook onderfcheiden den Witten Achaat, en Witten Bernileen, die malkander mede
zeer gelyk zyn ; De witte Achaat is niet van eenderlei fubilantie, want zommige
en wel de meefte zyn half door fchynende, zoo dat menze voor BerylofBernfteen zoude
aanzien, Indien ze van binnen niet bezet waaren meteenigeftipjesalsxoutofzandkorrelrjes.
Ik hebbe een houwer-gevelt van een groot Heer gezicn, gemaakt van wit
Achaat, over 't geheele lichaam van een koleur, behalven aan de eene zyde zag men
dl? gedaante van een pikzwarte vliege, dewelke het geheele iluk raar maakte. Dat 'er Mtfß
veelderleye andere gedaanten in den wi t ten Achaat gevonden worde n is genoeg bekent,
doch hier te lande vind men ze meeftmetboomtjes verfiert, dewelkefchier aUedege-^^r''»'^'?
daante hebben van onze Vaderlandfche beide, zwarc van koleur, het welk ZWarle fifraai
uitfteekt op een Witten fteen j zomtydszyn het veeleverwerdetakkendoormal-p^jy^"*
kander, zomtyds fatzoenlyke boomtjes, zoo natuurlyk op een heuveltje ftaende als
o f ze daer op gefchildert waaren, en zommige takken leggen in 't lichaam verborgen: fen, men.
Men kan 'er 00k bloemtjes aan bekennen, 00k wolkjes, en vogeltjes, doch
toe Word een fcherp gezicht vereifcht. Onder de geelachtige vind men, deweike dropoogen
en andere beeiden van menfchen en gedierte hebben, dewelke niet alle op te dZnfZ.
teilen zyn. Ik ben ver wonder t wat reden en oorzaake van deze verfchillende figuuren
men uit de nieuwe Wysbegeerte zoude willen voortbrengen, daar in men leert, dat Scbryvir
meeil alle zoodanige figuuren door een toevallige vermenginge van de ftoffe voort- dUdT'nal
kome; en 't is zeker dat een Achaat genoegzaam leert, dat het geen toevaUig, maar
een beftendig en vaft voorgenomen wer k van de natuur zy, en dat dezelve een weten- «orzaak
de of kennende geeft z y , die uit ieder ftoffe weet een lichaam te maaken met zooda- „Tmt!"-
nige
^ 'f
I
II ; ' ^ !