148 VEBSCHILLENDE UITSTAPJES.
behoeven, te meer, daar ook de opgezetenen van Driebergen
tot deze parochie behoorden. Wordt de naam Do om teregt als
boom verklaard, dan hebben wij hier misschien te denken aan
een’ bijzonderen boom. Bij de oude boschrijkheid der landstreek
is die naam op zieh zelf een tamelijk onzekere plaatsbepaling en
het vermoeden ligt voor de hand, dat hier een alom in den om-
trek bekende heilige boom stond, bij de invoering van het Christendom
door een kapel vervangen.
De huizen van het dorp zien er voor het meerendeel vriende-
lijk en net onderhouden uit. Rood of geel of wit, soms met
tuinen er voor of er omheen, vertoonen zij zieh vrolijk tusschen
het groen. Er zijn eenige straten en er is een groot marktplein,
dat met een pomp, een zware linde en eeft schoone acacia prijkt
en waar ook de twee zeer aanbevelenswaardige logementen lig-
gen. In het drukst van den tijd is hier, eVcnmin als in de gansche
streek, op logies voor den gaanden en körnenden man te reke-
nen. Zij zijn dan doorgaans door families bezet. Maar wanneer
men er ook kome, op ’t ontvangen van gasten zijn zij uitstekend
ingerigt en wedijveren ze met die van Driebergen, Rijsenburg en
Zeist in voorkomende bediening, goede tafel en billijke prijzen.
De bezoekers van het heerlijk oord kunnen dus ook in dit op-
zigt Doom met voile gerustheid tot hun rustplaats kiezen. Ove-
rigens doen zij wel, als zij zieh niet al te lang onder de veranda’s
of op de balkons dezer inrigtingen ophouden, want zoo
lang is de längste zomerdag niet, of hij is veel te kört, om alles
te zien wat in den omtrek kan worden genoten.
Daar is — op vrij grooten afetand trouwens, al is die voor
een’ kloeken wandelaar niet te groot — de veelbezochte Dar t -
h u i z e r b e r g , met zijn jagershuis, waar men pannekoeken eet
en van waar men een uitstapje maakt naar
»Nellensteins gepleisterd graf” ,
de witte piramide tusschen de hooge dennen op den heuvel, om
welligt in den stillen avondstond den togt met een wandeling
over de heide n a a r ’t station Maa r s b e r g e n te besluiten. Daar
HET HTjis TE DOOBN.
is, wat naderbij; van meer dan edn hoogte menig prächtig hei-
en boschgezigt te vinden. Daar is, vlak brj het dorp, op het
landgoed S c h o o n o o r d meer dan een fraaije boschpartij en dig
nevens den straatweg is er een liefelijk plekje, waar tusschen
beuken en sparren, acacia’s en dennen een romantische water-
kom zieh verschuilt, en statig is de lange laan voor het. deftige
grijze huis, van schilderachtige esschen omringd en met deneenen
hoog gewassen en hoog gesnoeiden esch voor den mgang Daar
zijn liefelijke landwegen, van waar men het dorpje ziet liggen
in zijn’ rüstigen eenvoud, als onder de hoede van het trotsche
kasteelbosch en met den krans der buitengoederen er om heen.
Daar zijn . stille kronkelpaadjes door jonge dennenbosschen en
breede zandsporen door de purperen heide, waarover de witte
berken hun sierlijke kroonen buigen. Er is geen denken aan,
om alle bezienswaardige punten te bezoeken, maar een proeve
van de onderscheidene landschappen in den omtrek kunnen wij
toch in een’ niet al te uitgebreiden kring vinden.
Wij wandelen het kerkje längs naar den hoofdingang Van het
park rondom het kasteel — het deftige ijzeren hek tusschen de
met vazen versierde hardsteenen pilasters en de statige beuken-
laan daarachter. Er is geen vrije wandeling op de plaats, die om
haar eerwaardig hout, haar’ smaakvollen aanleg, haar breede vijvers
een’ welverdienden roem geniet, maar overigens geen bijzondere
merkwaardigheid bezit waarom wij ’t ons ten pligt zouden moeten
stellen er den toegang te vragen.' Ook het fraaije, groote huis
is daartoe te veel gemoderniseerd. In de vorige eeuw vertoonde
’t zieh als een ruim, niet zeer hoog hoofdgebouw, met een zwaren
Vierkanten toren op den hoek. Een dergelijke, iets hooger maar
minder dik, aan de andere zijde van den voorgevelj, bevatte de
poort, waarheen .een houten brug den toegang gaf, entweeronde
torens prijkten aan den achtergevel. Thans zijn de muren even
hoog, opgetrokken en onder een groot dak gebragt, zoodat het
een colossaal vierkant gevaarte is geworden, aan welks voormalige
bouworde alleen .de ronde hoektoren nog herinnert. De vierkante
torens aan het front werden twee kleine, vooruitspringende vleu