tijd, den terugweg naar Beek aan te nemen. De straat. längs de
rotsen brengt ons weer buiten het dorp, voorbij allerlei huizen,
werkplaatsen, hoeven en tuinen. Bijna zouden wij tot het ver-
moeden komen, dat hier niet alleen veelvuldig ooft aan de boomen
wast, tot roem en voordeel van Elsloo, maar dat ook het
bier er groeit. Een huis aan den weg draagt. althans het opschrift:
„de Bi e r bo om. ” Holle wegen en zonderlinge beplante heuvel-
tjes, hooge bouwakkers en schaduwrijke lanen, uitzigten op gol-
vende bergen en vruchtbare velden geven afwisseling längs het
pad „■ dat ons bij den overgang over de spoorbaan brengt. En te
Beek wacht ons de overvloedige maaltijd, waarmede wij ons tot
onze wandeling over de hoogten naar V a 1 k e n b u r g voorbereiden.
Het dorp Beek ligt op eenigen afstand van het Station, maar
de weg er heen is levendig genoeg, om niet lang te vallen. Er
zijn vrij wat huizen längs gebouwd en de landstreek is vrucht-
baar en welvarend. Boomgaarden zijn er talrijk en de bouwlanden
prijken met overvloedig gewas. Alles ziet er vrolijker en opwek-
kender uit dan in de dorpen, die wij dezen morgen bezochten.
Hoe zorgvuldig is de haag van ceders en beuken om dien tuin
bij den ingang van het dorp onderhouden. Hoe helder blinken
de muren dier groote hofsteden en dier nette burgerwoningen.
Hoe goed voorzien schijnen die winkels. Hoe fraai zijn die heeren-
huizen met hun plantsoenen en bloemperken. Wat wij hier zien
is zeker niet zoo eigenaardig en veel minder schilderachtig, als
wat ons Elsloo en vooral Steijn te aansc.houwen gaf, maar op den
duur bevredigt het ons toch meer. Behalve door landbouw en
ooftteelt, bloeit Beek door een niet onbete'ekenende' nijverheid
en een aantal deftige familien zijn er gevestigd. De plaats, die
een aantal mime straten heeft, telt dan ook een 1200 inwoners
en bezit., behalve een aanzienlijke R. C. kerk, een net bedehuis
voor de Protestanten en een Synagoge. En is haar voorkomen
niet zoo bepaald Limburgsch, als elders doorgaans ’t geval is-,
wij vinden er toch ook de aan de landstreek eigene groote pacht-
hoeven, met het ruime plein in het midden. Zelfs zien wij e r ,
met een zeer eigenaardige hangende galerij rondom den binnen-
hof versierd.
Prijkte het niet ver van hier gelegen Ge u l l e nog met zijn
prächtig kasteel, dan zouden wij onzen weg over dit dorp ge-
nomen hebben, al wäre ’t dan ook een omweg geweest. Maar
nu dat edele huis, het schoonste, naar men zeide, van de Lim-
burgsche kasteelen, sedert eenige jaren is gesloopt, kiezen wij een
nader pad, dat ons vooreerst naar het gehucht Ge v e r i k leidt.
Even buiten Beek treffen wij een deftig landgoed aan. Het groote
geele huis met cour en stallen en een klein.torentje uit het dak,
ligt een weinig ter zijde van den landweg. Weldoorvoed vee graast
in den glooijenden boomgaard nevens de laan, en ruime volieres
tegenover de poort huisvesten zeldzame hoenders en rijk gekleurde
fesanten. De eigenaar, baron de R o s e n , onderrigt ons, dat het
huis Gi l l e b r o e k heet en vergunt ons een wandeling door het
fraai aangelegde park, waar een heldere waterpartij tusschen uit-
gestrekte grasperken blinkt en lommerrijke paden tegen de digt
begroeide heuvelhellingen opklimmen.
Gev e r i k is een groot en welvarend gehucht, dat zieh nage-
noeg aan de laatste huizen van Beek aansluit. Het heeft een
kerkje en aanzienlijke pachthoeven, waar heden een groote be-
drijvigheid heerscht. De oogst is in vollen gang. De hoog geladen
wagens rijden in de poorten. De kostbare vracht wordt in de
schüren geborgen. De dorschmachines en wanmolens snorren. De
rook der locomobile stijgt omhoog. De boeren zijn blijkbaar in
hun nopjes. Een noodigt ons dringend, binnentekomen — zoo
dringend, dat wij zeker gaarne zijn uitnoodiging zouden hebben
aangenomen en van nabij die vrolijke drukte gadegeslagen, wan-
neer ’s mans opgewondenkeid niet blijkbaar een’ ietwat verdachten
oorsprong had gehad.
Als wij Geverik door zijn, verlaten ons voor een’ tijd de
groene hagen, de boomgaarden, de bosschen en lanen, de nette
huizen en de groote pachthoeven. Wij beklimmen het hooge,