rijden in een’ oogwenk van die straat zelvekonden onderscheiden.
De spoorwegreiziger ziet nog minder. Het geboomte eener buiten-
plaats met een „zitje” , de torenspits boven de boomen, de nieuwe
R. C. kerk en eenige huizen aan de andere zijde van den weg,
een’ straatweg, die de spoorbaan kruist, in ?t voorbijsnellen
nog een paar woningen, voorts wat bosch in de verte — dat is
alles. Maar ’t iß genoeg, om hem te doen zien, dat het land-
schap fraai genoeg zou zijn, om hem voor een oponthoud van
een paar uur ruimschoots te beloonen, als hij aan het Station
had kunnen uitstappen. Wie het doet, vindt zieh niet teleurgesteld,
en wie Wolvega van vroeger kende bemerkt, dat de plaats
sedert den aanleg van de spoorbaan is vooruitgegaan. Vooral
wie er een’ nacht vertoeft vindt de logementen belangrijk ver-
meerderd en verbeterd. ’t Kostte in der tijd wel eens moeite,
een onderkomen te vinden in de zeer primitieve herbergen,
als men ’s avonds laat er aankwam! Aan meer dan een deur
kon de voetreiziger vruchteloos aankloppen. Dan luidde ’t , als
in Gi j s b r e c h t van Ams t e l :
»Men opent hier geen deur zoo spade.”
En ontfermde zieh eindelijk een kastelein over den vermoeiden
reiziger, dan werd hem een bedstede geopend in het gewone
slaapvertrek der familie, waar „heit en mem en de bentsjes” in
de andere kooijen de zoete rust genoten. Nu zijn er een paar
ruime, nette logementen, die, wat het uitwendige betreft, ver-
geleken met wat er vroeger was, wel haast „hotels” mögen heeten.
Over ’t inwendige kunnen wij niet oordeelen, daar wij geen aan-
leiding hebben, er de proef van te nemen.
De aanleg tegenover het Station behoort aan He l oma s t a t e .
De met iepen beplante rijweg naar ’t Station, die op den grooten
weg van Wo l v e g a naar O l d e b e r k o o p uitkomt, loopt längs
het plantsoen dier uitgestrekte buitenplaats, en als wij op den
straatweg zelven zijn gekomen, hebben wij de vijvers, de grasen
bloemperken, de opgaande boomen en de digte heesterpartijen
nog eenigen tijd nevens ons. Het groote, vrij moderne huis wordt
tegenwoordig niet meer door den eigenaar bewoond, maar ’t is
aan een’ der notarissen verhuurd. Niettemin wordt de plaats
uitstekend door hem in orde gehouden en niet weinig draagt zij
tot de fraaiheid van Wolvega’s omtrek bij. Ook de iepen en eiken
längs den straatweg doen daartoe het hunne en vriendelijk ver-
toonen zieh de eerste huizen van het dorp onder het lommer
der hooge, kloeke stammen. Alles ziet er vriendelijk en frisch
u it, gelijk dan ook de meeste woningen eerst in de laatste jaren
zijn gebouwd en He l oma s t a t e , hoewel van niet zoo jonge
dagteekening, toch geenszins tot de oude Friesche „staten” behoort.
Alleen een herberg, die het jaartal 1759 in den gevel draagt,
herinnert aan een’ wat ouderen bouwtrant, en schilderachtig ver-
toont zieh het uitstek boven de deur, door zware vierkänte pijlers
gedragen, als een thans verdwijnende type der ouderwetsche
Friesche dorpsherberg. De smidse op den voorgrond en de donkere
bladerkroonen, waartegen de witte gevel met zijn uithangborg
vrolijk afsteekt, vormen met het zware hout en het spitse torentje
in de verte een bekoorlijk geheel.
Spoedig hebben wij het punt bereikt, waar de groote straatweg
op Zwolle de dorpsstraat snijdt en het witte gemeentehuis
van We s t - S t e l l i n gwe r f ligt, in gezelschap van een paar
nieuwe logementen en heerenhuizen, die mede van Wolvega’s
vooruitgang getuigen, terwijl de krachtige iepen die er prijken,
het toonen, dat de bodem als van ouds nog in Staat is, forsche
en gezonde boomen voort te brengen. Voor ons strekt nu de
oude, lange straat zieh u it, maar ook hier vinden wij de bewijzen
van welvaart- en bloei. Voor ’t meerendeel zijn de woningen goed
onderhouden en niet gering is het aantal deftige heerenhuizen,
die zelfs in een plaats van hooger aanzien niet misplaatst zouden
zijn. De kroon spant Li n d e n o o r d , tegenover de pastorie der
Hervormden, het oude huis der v an Ha r e n s , tegenwoordig
het eigendom van Mevr. de Wed. Manger Cats. Maar ook het
fraaije gebouw, door den tegenwoordigen burgemeester bewoond,
behoort met zijn’ smaakvollen aanleg tot de sieraden van het
dorp. Bijna aan het einde der straat ligt de nieuwe, nette Doops