nog binnen den voormaligen „verboden kring” en zijn dus nog
gansch nieuw, terwijl de volgende huizen eil buiten vorblijveil ten
deele reeds van tamelijk oude dagteekening zijn. Reeds sedert
jaren was Hees vermaard om zijn talrijke lustplaatsen, deels door
deftige ingezetenen bewoond, deels in den zomer door Nijmeegsche
families betrokken, deels aan vreemdelingen verhuurd, en het
gansche dorp heeft daardoor een vrolijk en welvarend voorkomen,
gelijk het er een niet onbelangrijke uitgestrektheid aan dankt,
Langs den grooten weg vinden wij de tuinen en plantsoenen van
Vredeburg, Leeuwenstein, Scot ia Vi l la, Gerda, Rust
en Vrede en nog eenige andere zomerhuizen en optrekjes, en
aan de zijlanen en dwarswegen bespeuren wij nog" meer boom-
groepen en bloeijende heesters, die de plaats van heerenhuizingen
aanwijzen, afgewisseld door akkers en moesgronden , burgerwonin-
§en en boerenhofsteden. En dit alles behoort, nog maar tot wat
wij het eerste gedeelte van het dorp zouden kunnen noemen. Bij
die prächtige zware linde, waar verschilfende wegen zieh splitsen,
staan wij een oogenblik stil. Wij hebben er een fraai gezigt op
de stad met haar spoorwegbrug. Hier buigt het hooge geboomte
zieh naar een der andere Heezer wegen en begint de belommerde
laan, die naar de Wo l f s k u i l loopt. Wel g e l e g e n , Bloe-
mend a al , met zijn heestergroepen en zijn linden achter het
huis, St ad en l a n d z i g t , strekken zieh regts en links längs
den straatweg uit. Allengs naderen wij de kom van het dorp,
maar vooraf voert ons, pad ons nog längs weiden en bouwlanden,
door zijwegen en lanen doorsneden, met het nitzigt op den G r a a f-
s c h e n weg daar ginds, längs hnize'n en boomen en moestuinen
van burgers en boeren. Straks volgt nu het middejpunt van het
dorp: het witte kerkje met zijn hoog koor en zijn’ spitsen toren
en het groote, günstig bekende logement He e s l u s t er tegen-
over, een paar villa’s en wat meer aaneengesloten woningen, die
een soort van dorpsstraat vormen. Dit is het oudste gedeelte der
plaats. En Hees mag op een’ eerbiedwaardigen ouderdom bogen,
al is alles, wat wij tot nog toe zagen, betrekkelijk nieuw. Het
kerkje, hoewel in den loop der tijden hier en daar vernieuwd en
hersteld, kan ongeveer een vijftal eeuwen teilen en gebouwd zijn
na de verwoesting van het dorp in 1388, toen Heer Ar n o l d
van He ume n er den brand in had gestoken. De naam komt
echter reeds vroeger voor. Hes s e n , die het gesticht zouden
hebben, of een’ ouden god Hesus , die er zou zijn vereerd,
kunnen daarbij buiten rekening gelaten worden, maar in 1271
vermaakte zekere He rma n Vol ke er eenig land aan de klooster-
lingen te Nijmegen, en onder de schepenen dier stad was een
Rud o l f u s de Heze. Tot 1285 behoorden de tienden aan de
Apostelkerk te Keulen. Hees werd gerekend tot het schependom
van Nijmegen, gelijk het nog altijd een deel der gemeente Nijmegen
uitmaakt.
Zoo is het ook met Ne e r b o s c h , dat altijd burgerlijk en
kerkelijk met Hee s verbonden was en doorgaans ook in eenen
adern er bij genoemd wordt. De kerken der beide dorpen liggen
een klein half uur van elkanderverwijderd, maar daar zij tot eene
gemeente behooren, zijn de grenzen van ieders gebied niet op te
geven, en zij zijn bovendien door een reeks van buitenplaatsen en
verspreide huizen als tot een geheel verbonden. Behalve enkele
villa’s , wier naam wij niet kunnen onderscheiden -— zoo zij al
bijzondere namen dragen — vinden wij, als wij het kerkje van
Hees achter ons hebben, de lustplaatsen Rus t h o f , met hoog
geboomte en een fraaije treurwilg, de Koepe 1, met een groot
heerenhuis, een schoonen bruinen beuk en een eerwaardige linde,
And el shof , om zijn fijne heesters en conifeeren en zijn-
uitgezochte vruchtboomen vermaard, de bloemisterij Kraai jen-
ha ge n, de buitens O r a n j e s t e i n en Heeswi jk en einde-
lijk, regt tegenover den : straatweg, het digte houtgewas van
het oud-adellijk huis de Wi t t e poor t . Hier is ’t weer een
kruispunt van wegen! Regts loopt de De n n e s t r a a t , links
de K l o o st e r l a a n . De eerste slaan wij straks in, maar wij
wenden ons voor ’t oogenblik links af, om een’ blik te werpen
op de R. C. kerk, sinds kort naast de oude, onaanzienlijke
kerk gebouwd, op het groote, grijze klooster met zijn torentje
daarnevens en op het liefelijke landschap, dat wij van hier overzien.