ons en het grijze huis, met zijn zijramen in het hout, dat alshet
eerste huis van het dorp mag gelden, al is de overgang tusschen
Rijsenburg en Driebergen door de reeks van buitens, die wij reeds
kennen en een paar nieuwe villa’s en boerenhofsteden onmerkbaar.
De breede brug met steenen balustrade, over de S c hi p p e r s -
vaar t geslagen, kan als de scheiding worden aangemerkt, al
behoort Sparrendaal officieel reeds tot de laatste gemeente.
0°k Driebergen weet van vooruitgang te spreken. Een eeuw
geleden werd het dorp „noch groot, noch vermögend” geuoemd,
maar het lag „in veel geboomte en gansch niet onvermakelijk” .
Nu is „groot” betrekkelijk en het dorp zelf, dat een kleine
1000 inwoners teilen zal, is nog altijd zoo uitgestrekt niet.
■Maar met alle nieuwe huizen, buitenplaatsen, optrekjes, villa’s
en wat dies meer zij, vormt het toch een gansch niet onbelangrijk
geheel, en „vermögend” mag het, naar zijn uitwendig voorkomen
•te oordeelen, veilig genoemd worden. Het „vele geboomte” en
de „vermakelijkheid” verhieven het in den loop van een vijftig
jaren tot een der aanzienlijkste plaatsen ten platten lande. „Een
buitentje bij Driebergen” is het ideaal der Droog s t o p p e i s en
ook wel van andere kooplieden en makelaars dan die van zijn’
Stempel zijn. De vraag is , of ’t. aan de Droogstoppels wel het beste
besteed is, wat hier te genieten valt. Geef hun een plaats, waar
velen van hun slag zamenwonen, een plaats, die in de mode
is en waar zij tegenover hun ooncurrenten B u s s e l i n c k e n
Wa t e rma n , en niet minder tegenover hun vrienden de Roze- .
mei jers, vertooning kunnen maken met huis en hof en rijtuig
en t zal hun tamelijk onverschillig zijn, of de natuur haar gaven
er mild of karig ten toon spreidt. Dennenbosch en heide zijn
althans stellig niet productief genoeg, om naar hun’ smaak te
wezen. Wie van hun’ geest niet zijn, kunnen ook bij Driebergen,
evenals in de gansche hoog bevoorregte landstreek, overvloed van
zeer verschillende schoonheden vinden, behalve het eigenaardige •
genot van een digt bevolkte en door kunst rijk getooide verzamel-
plaats van weelde en welvaart. Uitgestrekte bosschen, golvende
heidevelden, grootsche vergezigten zijn te vinden ten N. van den
straatweg. Een bereisd vriend verhaalt ons, dat die landschappen
treffend herinneren aan de natuur in Rusland en zelfs aan niet
weinig partijen binnen de heilige stad Moscow, zoodat wij tevens
eenig denkbeeid verkrijgen van het rijk der Czaren. En ten Z.
liggen de vruchtbare weiden en akkers, door lanen en boschjes
afgewisseld, in de rigting der La n g b r o e k s c h e We t e r i n g ,
terwijl aan de oevers dier vaart, nevens tal van aanzienlijke bui-
tengoederen, nog eenige merkwaardige proeven van oude mili-
taire bouwkunst zijn overgebleven. —■ Ons maakt de kortheid der
dagen het heden ondoenlijk, van Doorn uit den terugweg längs
de Wetering te nemen, maar wij blijven dien in meer dan een
opzigt belahgrijken togt ons 'voorbehouden. Tusschen Driebergen
en Doorn is de afstand een goed uur gaans. ’t Zijn altijd
weer buitens längs den straatweg, maar niet meer zoo digt aan-
eengesloten, als wij ze sedert Zeist en nog vroeger zagen. Wij
vinden hier meer groote landgoederen, met een’ aanleg in de
nabijheid van het huis, maar overigens met de bouwlanden, bosschen
en hofsteden,, die aan deze streek een landelijker en een-
zamer voorkomen geven. Meer dan een heerenhuis ligt ook op
eenigen afstand van den weg, zoodat van hun plantsoen en hun
bloemperkeu minder te bespeuren is. Dat geldt intusschen nog
niet van den onmiddellijken omtrek van Driebergen, waar de
kom van het dorp onmerkbaar overgaat in een reeks van oudere
en nieuwere buitenverblijven, met veranda’s en koepeltjes en
tuiuen, door rasters of ijzeren hekken of groene hagen afgeslo-
ten, onder het lommer van iepen, linden, beuken, kastanjes en
ander hoog en breed getakt ¿geboomte. Zijlanen loopen ginds en
her naar de bosschen en velden ter zijde van den weg, en als
wij de landhuizen van De n n e n h e u v e l en Weig e l e g e n achter
ons hebben, dan zijn wij bij het begin der breede, fraaije
beukenlaan, die naar het deftige De n n e n b u r g leidt. Dit land-
goed behoort, evenals het een weinig verder gelegen B r o e k -
b e r g e n , tot de lusthoven die reeds uit de vorige eeuw dag-
teekenen. Zij waren het eigendom der burgemeesterlijke familie
van d er Muelen uit Utrecht. De Hollandsche minnaars van