lang voor vruchtbare weilanden plaats gemaakt. ’t Is hier polder
aan polder. Maar de wateren ontbreken nog geenszins. Achter
Wa rmon d is ’t zelfs nog een echt waterlaud, dat eenig denkbeeid
geeft van den vroegeren toestand der streken, waar door
heen onze weg ons leidde. Op het punt, waar ons pad het jaag-
pad snijdt, zijn ’t meest gegraven vaarten, die er zamen komen.
Hier loopt de trekvaart tusschen Haarlem en Leiden, in 1657
voltooid; hier begint h e t Ni euwe Kan aal , dat bij Katwijk
den Rijn opneemt. Maar de Wa rmo n d e r Lee, de breede watering,
wier soms tamelijk onstuimige golfjes zieh hier met het
kanaal vereenigen, is een natuurlijke uitloozing van de talrijke
poelen en plassen, waaraan dit deel van Rijnland nog zoo rijk
is, al werd de „groote waterwolf’ — de Haarlemmermeer ^
bedwongen. Ook het kanaal zelf, tot afvoer van het boezemwater
gegraven, is grootendeels een overblijfsel van het overoude riviertje
de Vl iet . ’t Kon bij ruw weer soms geweldig spoken op „de
P o e l ” , zooals het hier bij de vereeniging van L e e en Vl i et werd
genoemd. De Heer van Warmond had er het veer, dat in de
14,ie eeuw aan de abdij van Le e uwe n h o r s t behoorde, in erf-
pacht van het Cistercienserklooster aldaar. Hij onderhield er ten
gerieve van menschen, wagens en vee een schouw, maar als de
wind uit het N.', uit het N. W. of nit het Z. W. Woei — en
dat kwam zeker ook eertijds nog al eens voor — dan geschiedde
de overtogt soms niet zonder perykel, dan was zij niet zelden
onmogelijk. Evenwel, men tobde er eeuwen mede, totdat Heer
J acob van W a s s e n a e r , destijds Warmonds Heer, in 1639
van de H.H. Staten verlof verzocht en verkreeg,O ' om er een brugO
te leggen en tot goedmaking der kosten een’ toi te heffen. Sinds
was ’¡t gevaar voorbij en bij alle weer en wind passeerden voet-
gangers en wagens en beesten veilig de brug. Maar twintig jaar
later begonnen de sohippers te klagen. De nieuwe trekvaart liep
onder de brug en de trekschuiten leden er last van. Nu werd de
brug op kosten der belanghebbende steden verhoogd en de Heer
van Warmond behield er zijn’ toi. Thans nog prijkt het tolhek —
’t aan Leidens burgerij en Muzenzonen welbekende Warmonder
hek __ met de adellijke wapens van L im b u r g S t y r u m en
van Le yd e n en daarnevens hangt achter een ijzeren traliewerk,
verweerd maar nog niet onleesbaar, het octrooi der Staten van
Holland en Westfriesland. Wordt de toi nog ingevorderd? Dat
hangt af van hen, die de brug overgaan, Daarmede is met ge-
zegd, dat ieder, wi en’t behaagt, vrijelijk den toi mag passeren.
Bij het hek Staat een ouderwetsche herberg, door zwaar geboomte
overschaduwd. En had het Warmonderhek van ouds m Leiden
een’ goeden naam, dan was het minder om het hek zelf, dan
wel om de herberg. De ligging was aangenaam, het uitzigt naar
alle zij den ruim en liefelijk, de vertering was er goed en de
kastelein „vader Ve i t h o r s t ” had er in het tweede kwartaal
dezer eeuw uitstekend slag van, ’t zijn gasten naar den zm te maken.
Wie nu inkeert in het huis of z i e h n e e r z e t onder de boomen, om
er „iets te gebruiken” , die is vrij van den to i; wie dat met doet,
betaalt U cent. Men zegt, dat de inrigting tegenwoordig in ver-
val is en zieh niet meer in het drukke bezoek van voorheen mag
verblijden.
Een met elzen beplante weg leidt. naar Warmond. Wij
gaan den spoorweg over, de kalkovens en de groote bloemkweekerij
bij ’t station voorbij. Van het adellijke huis Oud-T e y l i n g e n
of Loc k h o r s t , een 1 een van Naaldwi jk, langen tijd een woon-
plaats van edele geslachten, na 1409 enkele jaren een nonnen-
klooster, dat hier aan de Lee heeft gestaan, bleef geen steen
op den anderen. Spoedig hebben wij de eerste huizen en buitentjes
•van het aanzienlijke dorp bereikt. Längs den rijweg, die eerst in
1843 bestraat is, zijn ’t meest nieuwe gebouwen, waaronder de
kerken der R. Catholieken en der Hervormden. De eerste staat
op de plaats der voormalige Remonstrantsche kerk en is geheel
naar het mo'del der oude parochiekerk gebouwd. Zij prijkt met
een zeer schoone marmeren communiebank in renaissance stijl,
uit de St. Walburgiskerk te Antwerpen afkomstig. Een even-
wijdig loopende straat, smaller en stiller, heeft het voorkomen
alsof hij eertijds de dorpsstraat was. De L e e stroomt daar längs
en hier en daar blinkt haar waterspiegel tusschen de huizen en