De Javaan daarentegen, naar de. Soenda-landen overgeplaatst of daar verblijf houdend,
3 m Z1JIi a a 'm b,ewaren’ en alleen een’ verblijf van vele hem van heverlede de kleeding en gewoonten der Soendaneezen eenijgasrzeinn sa aldananare mdeone.t
De Javanen zijn gewoon hun spijzen sterk te kruiden, maar gebruiken veel minder
ngeroeeznente nn edmaenn dlei cShoteern dleantse eozveenr.. De Javaan is meer conservatief in alles, de SoendaheDt
em Meeasdt omereete zdeen eveerrsstcehni lloevne rzeoeonw, el van Soendaneezen als van Javanen, maar komen
De Madoereezen staan in lichaamsgrootte ongeveer gelijk met de Javanen, doch
zijn sterker gebouwd en meer gespierd dan. dezen. Overigens verschillen zij, vooral
door den vorm van het hoofd; zij hebben een breed, kort en zeer plat achterhoofd •
een hoog breed, aan de slapen afgerond en naar achter gebogen voorhoofd en zeer
mtpuilende jukbeenderen. De oogleden zijn veel wijder gespleten dan bij de Javanen.
mDee ergeenldaeaetsl trdeekrk eJna vadnreunk.ken meer karakter uit dan bij de Soendaneezen en het
dieH ezte lkfsatraankdtiegrh ediedr kMwaadmoe redeikzweni jliss tfeie rsdteerr ke na azne lhfsetta nlidcihgte,r wdaannn edeart vzaijn adlse bJeakvwanaemne ;
ezeveehnewdeeln stzaiaehn ztoij t alzse eereorolivjekr st e obnotwekik; kzeiljd eznij n ebne kbwearuamch ti n mhaaankdteenna. rbIenid , hmuno ehdaign deenl ondernemend op de wateren. 8
verAgledlueks enw. orGdeanan iwn ij htehta nasl gleemdeere nd edre grdoreipee nh oaofzfodnstdaemrlmijke nn av. an Java met elkander
A . D e S o e n d a n e e z e n .
Voor een nadere, meer op zichzelf staande beschouwing der Soendaneezen, volgen
wij thans den heer Coolsma, die, op grond van eigen waarnemingen en omgang in
verband met de meenmgen van anderen, de Soendaneezen beschrijft
De Soendanees is teruggetrokken, stil, steeds zichzelf gelijk, zelden in een andere dan
in zijn gewone stemming. Hij is schroomvallig, ängstig, waar werkelijk of vermeend
gmeevtasa rt e ddruecightt enm vaaalrt. dDriee svtr eeens iso voenrmdeore dhiegn, eaelsn mhijä chotvige rtduiinggd. is geworden, dat er
Allen vreezen booze geesten. Minderen vreezen voor.de hoofden, en dezen wederom
voor het bestuur, wat hen evenwel niet belet vaak aan hun Sterke neiging tot
knevelen en uitzuigen van de minderen toe te geven. Woest, bloeddorstigT wreed
§bl ode®d dSoorsetnigd aenne esw rmee dg ewenoernd edne, eelen, mmeata rg rhoooetw beel hzaagcehnt azairjdni gs,l akcahnto hffiej,r inm adrrtieflte gne. raakt
Voomdieren leggen zij zelden eenige genegenheid aan den dag. Zij zijn achter-
houdend, vooral jegens de Europeanen, en verstaan bij uitstek de kunst, om zieh te
beheerschen in tegenwoordigheid van hun meerderen. Hun aandoeningen van
droefheid en vreugde kunnen wel eens hartstoehtelijk zijn, maar ze zijn niettemin
oppervlakkig en kort van duur. In hun spreken zijn ze langzaam en bedachtzaam,
en zij komen, zoo zij lets aan hun meerderen te verzoeken of mede te deelen hebben
met zonder omwegen tot de zaak. Zij zijn geduldig, maar voor minderen vaak hard;
tevreden met weinig, zonder het vele te versmaden, wanneer het zonder veel moeite
tper onvkezrkurcyhgt eene ni sa; fkeeeenrv oteu dhige bbinen .hun levenswijze, zonder evenwel van overdaad en
Aan het gebruik van sterken drank maakt de Soendanees zieh niet schuldig; waar
hij het doet, is hij door de Holländers er toe gekomen. Opium is in de Preanger
tot nog toe verboden; daar buiten maakt het heulsap zijn slachtoffers, evenals op
Uost-Java. Van het spei zijn de Soendaneezen groote liefhebbers; op de hoofd -
plaatsen wordt ontzaglijk gedobbeld. De ontucht heeft er ook een grooten omvang
mzijana rb ewteorr ddt amn idned emr amn nhenet. openbaar gedreven dan in de groote steden. De vrouwen
Eerlijkheid is een deugd; in geen land ter wereld kunnen personen en goederen
veiliger zijn dan in de Soenda-landen, nl. in het binnenland; waar men zieh echter
ahannj gto pdieu meegrelbijrkuhikei do veeenrg egeefvt oeolfig einn kdnea k.klauwen van spei en ontucht is vervallen
Van twisten heeft de Soendanees een afkeer; vechten is zelfs onder de jongens
een zelAzaamheid. Ook onder een volksmenigte van duizenden wordt de orde niet
gestoord. Zijn schuldenaar manen doet hij ongaarne, nog minder hem om die schuld
gerechtelijk vervolgen. Spotten en plagen is in strijd met zijn geaardheid, want hij
is Vfiajnng evdoee lihg ooopg ehree t sptuanndt evna n dbeerl eeSfdoee nvdoanrmeeezne.n wordt weinig goeds gezegd: de
zedelijkheid der mannen Staat laag, zij verachten den arbeid, tenzij er een gouver-
nementspost te bekleeden valt, waarbij zij zieh kunnen bevoordeelen.
In verstandelijke ontwikkeling staan de Soendaneezen bij de Javanen nog achter;
weetgierigheid is hun vreemd, nieuwsgierigheid is hun eigen. Leeslust is uiterst
gering bij hen, gevoel voor het schoone in de natuur hebben zij niet; zingen doen
en kunnen zij niet: het eerste Soendaneesche lied moet nog gemaakt worden. Alleen
eenInto nhiugne, hmaertla nzicjhno lziisjc hlaen dmbuozuiweke rss,t remealta rh uznij hooerb.ben dien landbouw niet ontwikkeld.
Ook houden zij van handeldrijven, en hun winkeliers hebben een Sterke neiging, om
woekerwinsten te maken. Geld wordt alleen tegen buitensporig hoogen intrest
gelDeee nhde. erO Gokra shhouuids enen ziaj nvdaenre nv ismseeheenreijn. , dat de Soendaneezen i_n. aanleg en vat1baar-
heid van ontwikkeling beneden Maleiers, Javanen en Alfoeren staan. Mogelijk is dit,
maar zeker kunnen zij tot hooger ontwikkeling gebracht worden.
De Soendanees is in hooge mate godsdienstig, maar hun godsdienst is met een
mengsel van bijgeloof vervuld. Vrees voor booze geesten, die in de lucht, den grond,
het water, de boomen enz. wonen, vergezelt hen voortdurend. Toch is dit geen
aanleiding hen van het kwade af te houden; het geloof is bij de Soendaneezen een
dood element; neem het weg en hij blijft nog dezeTfde. _
Trouw en gehechtheid vindt men er niet in hooge mate. De li'efde is bij hen
oppervlakkig en kort van duur, de band tusschen echtgenooten is niet sterk. Huwelijks-
leven bestaat er niet. De verhouding tusschen ouders en kinderen is dikwijls onhar-
telijk; zieken, zwakken en ouden van dagen hebben veelal een beklagenswaardig lot.
Dit oordeel van de heer Coolsma wordt niet door ieder gedeeld, zooals deze schrijver
ook zelf opmerkt. Het Soendaneesche volk toch bezit eenige eigenschappen, welke het
aantrekkelijk maken voor vreemdelingen. Dat is hun rechtvaardigheid, beleefdheid,
voorkomendheid, gastvrijheid, weinige pretenties en lust tot den vrede. Onder deze
omstandigheden ziet men licht minder goede eigenschappen over het hoofd, en wordt
het oordeel over een volk te günstig.
B . D e J a v a n e n .
De Javanen worden nader beschreven door den heer L. Th. Mayer, die lang onder
hen woonde, en van een scherpe waarneming en nauwgezette studie getuigt in zijn
werken. De zeden en gewoonten der Javanen leerden wij reeds bij de algemeene
beschouwing kennen (zie pag 20); thans nog iets naders over het karakter en de
licHhaeatm usvitoerrmlijekn ddeerr JJaavvaanneenn. schetsten wij reeds op pag. 90. Hun huidkleur is over
het algemeen vrij donker, geelbruin; vooral onder de bergbewoners treft men dikwijls
personen aan met donkere huid. Licht geel gekleurden en zelfs vrij blanken zijn
echter onder de Javanen, vooral onder hen, die tot den gegoeden stand behooren,
geen zeldzaamheid, terwijl ook in het gebergte niet zelden, voomamelijk onder de
vrouwen, bij een bleekgele, naar het blanke overhellende gelaatskleur zelfs roode
koonen worden waargenomen. De schoonste kleur van den Javaan is echter de
licht-goud-gele, door hem „koelit langsep,” d. i. de kleur der rijpe vruchten van den
„LDaneg sgeepla-baotsotmre”k kgeenn oveamn d.den Javaan zijn regelmatig met min of meer de algemeene
kenmerken van het Maleische ras. Het breede voorhoofd, dat met een zachte ronding
naar de slapen ombuigt, wijkt eenigszins achteruit, en is meestal omlijst door schoon,
lang, zwart, eenigszins grof haar, dat, als het golvend of gekruld is, algemeen als
een teeken van bloedvermenging met andere rassen geldt. De overigens goed ge-
vormde en horizontaal geplaatste oogen puilen eenigszins uit en zijn meestal voorzien