320 VARKENJACHT. WAPENS OP SAMOA.
wal nemen. Het duurt niet lang, of een haai heeft het lokaas ingeslikt; zit hij
goed aan den haak, dan halen verscheidene lieden hem in ondiep water, waar men
hem laat worstelen, totdat hij uitgeput is, waarna hij zonder veel moeite gedood wordt.
Zulk een jacht gaat natuurlijk van veel gevaar vergezeld; de Samoasche visscher
is echter in het water bijna even goed tehuis als de haai zelf en behandelt zijn
gevaarlijk wild met dezelfde ongedwongen onversehilligheid als een Spaansch mata-
dor een woedenden stier. In beide gevallen komen er voorzeker zijn echter uitzondering, geen regel. ongelukken voor; zij
Een andere hunner gevaarlijke vermakelijkheden is de jacht op varkens. Daar
men deze dieren vrij in de bosschen laat rondloopen, hebben zij hun wilde levenswijze
weldra hernomen; zij zijn sluw, snel, levendig en woest. Het is voor een
opperhoofd een punt van eer, een wilden ever uit te dagen en alleen in den uitersten
nood hulp te krijgen. De jager is gewapend met zijn mes en zijn „tomahawk”
zoef ers ogmetdiujdcsh t mweat peene ni s.walvisch-spies, die, als zij goed scherp wordt gehouden, een
Het dooden van zulk een dier is geen gemakkelijke taak. Vooreerst is een wild
zwijn zoo snel in zijn bewegingen, dat alleen de grootste vlugheid den jager
tegen zijn slagtanden kan vrijwaren; indien het gevecht plaats vindt op een
open ruimte, in plaats van tusschen boomen, waarachter de jager kan springen, als
hij al te nabij veryolgd wordt*
is er zeer veel kans, dat het dier
overwinnaar blijft. Bovendien
is zulk een zwijn yerwonderlijk
taai van leven en heeft het
zulk een taaie huid, dat een
scherp wapen en een vaste hand
nöödig zijn, öm het een doode-
lijke w ond/toe te brengen.
Zelfs wanneer het dier gevallen
en schijnbaar dood is, stooteen
jager van ondervinding het altijd
nog zijn mes door de keel, daar
deze zwijnen de lästige gewoonte
hebben, om plotseling weder
levend te worden, dp te springen,
door hun vijanden heen
HANDSCHOENEN VAN HAAI-TANDEN.
te breken en in het kreupelhout te verdwijnen.
De wijfjes zijn zelfs nog gevaarlijker dan de mannetjes. Zij zijn in den regel niet
zoo dik en veel vlugger, en ofschoon zij niet de lange slagtanden hebben, waarmede
zij hun vijanden het lichaam kunnen openrijten, kunnen zij echter bijten als
wolven. Indien de inboorlingen geen honden hadden, opzettelijk voor de wilde-
zwijnenjacht afgericht en die bijzonder dapper en slim zijn — ofschoon zeer leelijk
en onoogelijk — zouden zij zelden een dezer dieren meester worden.
gehNeoegl vieertsä nodveerrn , ded owcha pweinjs hdoeurd eSna moonas nmerse.t Idne dneanti olnaaaltes tewna ptiejdn enzi jnb ezdiegz.e natuurlijk
Voor de invoering der vuurwapenen waren de voornaamste wapenen der Samoaners
de speer en de knods. De oudere opperhoofden hebben een ingewortelden afkeer
van het geweer en trekken, sedert het meer in zwang is , gekomen, niet gaarne
te velde. Geweren, zeggen zij, zijn wapenen voor jongens, knodsen voor mannen.
Zij hebben dan ook eenige reden, om op de geweerkogels ontevreden te zijn, die,
zooals zij zeggen, geen achting. hebben voor opperhoofden, wier torenhoöge hoofd-
deksels hen zoozeer in het oog doen vallen, dat zij uitstekende mikpunten zijn voor den
vijand; indien een hunner vijanden maar bij ongeluk een eenigszins goed schütter
is, wordt hun kans, om heelhuids uit het gevecht te komen, al bitter klein.
De knodsen der Samoaners zijn merkwaardig om de uitstekende wij ze, waarop zij
gemaakt zijn, benevens het zuiver en goed afgewerkte van het snijwerk, waarmede
de. Inlandsche beeldhoüwer ze versierd heeft. Sommige zijn kort en geschikt, om
met een hand te worden gebruikt; zij hebben bijna denzelfden Vorm als de stalen
KNODSEN. WAPENHANDSCHOENEN.
knodsen van de riddertijden. Andere zijn nagenoeg volkomen gelijk in vorm aan de
knods die rechts van de afbeelding op bladz. 319 is voorgesteid. De af beelding op
biadz 319 is geteekend naar een exemplaar, hetwelk nagenoeg 1 I* meter lang en
zoo zwaar was! dat het alleen door een zeer Sterken man gehanteerd. kon worden.
In den regel kan men niet zeggen, dat de knodsen van Tonga, Samoa, Fidji en
a n d e r e Polvnesische eilanden-groepen tot een van deze in het bijzonder behooren
De handel die tusschen deze verschillende eilanden gedreven wordt heeft zoowel
ruiling van wapenen als van zaken des vredes ten gevolge gehad. Ook de speren
kisd™ wapen schitjnt echter bijzonder aan Samoa eigen te zijn; het is beschreven
door Mariner. Het zijn een paar handschoenen, veryaardigd van kokosnoot-vezelen,
waarop aan de binnenzijde verscheidene rijen haai-tanden zijn vastgenaaid. Dit
wapen is inderdaad gemaakt volgens het-
zelfde beginsel als de vreeselijke. „tijger-
klauw” van Indie en dient, om een tegen-
stander het lichaam open te rijten; de buik
is het lichaamsdeel, waartegen het, zoowel,
door den Samoaan als door den Hindu, altijd
gerEiecnh t owppoerrdhto. ofd, dat zelfs voor een. S_amoaan
een reusachtige gestalte had, voeht altijd met
deze verschrikkelijke handschoenen. Hy
maakte er echter op een andere wijze ge-
bruik van en achtte het beneden zieh, het
lichaam zijner tegenpartij open te rijten.
Daar de punten der tanden alle naar beneden
gericht zijn, is het voor iemand, die met
deze handschoenen wordt aangegrepen,
aocnhmtioggee liojpkp, erzhioeho fdl ohs adte dem gaekweno.o nHtee,t -o rpe euesn
dgeehr anvdijsacnhdoeenn dien htaen ds tovramset nt,e hgermijp emn,e tv ozoijrn-
over te'w erpen en een voet in de lendenen
te zetten; nu vatte hij hem bij het hoofd,
trok het met kracht omhoog en brak hem
zoo de ruggegraat. Dit was zijn wijze van
doen met lieden van een behoorlijke gestalte.
Greep hij echter iemand aan, die klein van
persoon was, dan legde hij zijn slachtoffer
eenvoudig Over de knie, brak zijn ruggegraat
en wierp zijn stervenden vijand op den grond.
De afbeelding, welke op pag. 320 voorkomt,
■is gemaakt naar een fraai exemplaar uit het
’^Orrfzich tegen deze wapenen te beveiligen, voorzien de Samoasche knjgslieden zieh
van een zeer breeden en dikken gordel van kokosnoot-vezelen, breed genoeg, om van
den oksel tot aan de heupen te reiken. Hij is met lang genoeg, om het gehee
lichaam te omspannen, maar wordt meestal aan de hnkerzyde gedragen, daar
hpOt pm edees tv oalagne nddeen bvlaiidazn.d ziies t bmloeontg eesetne ldd.e zer gordels. Hy i! s nagenoeg 8„„0 centimet,er
lang zoodat er, als hij om het lichaam bevestigd is, een groot gedeelte van de
rechterzijde bloot blijft. Hij is vervaardigd van ineengevlochten koorden, die aan de
einden om twee stokken geslagen zijn, zoodat alle koorden evenwydig ^ p e n . Z j
zijn onderling verbonden door draden van ineengedraaide vezelen die eJ af'^ e le n d
over en onder heen gaan; zij vormen een zeer stevig verdedigmgswapen, waardoor
de Ing evernekeesldee gheavaail-lteann dsecnh ijnnite td ek uknrnijegns mhaene nndorign ggeene.n vertrouwen genoeg i.n de dpug-
delijkheid van zijn gordel gehad en de uitwerking der haaitanden op zyn naakte