SPEREN. GEZELSCHAPS-EILANDEN. TAHITIERS,
veel uitvoeriger manier gedaan is. Als om het zieh zoo moeielijk mogelijk
te maken, heeft de vervaardiger de iijnste, gevlochten platting gebezigd; zij is
niet breeder dan pakgaren, geheel plat en op een zoo uitvoerige wijze;
om het werktuig gewikkeld, dat de teekenaar, indien hij een goed denkbeeid
er van wilde geven, een geheele bladzijde met zijn teekening had
moeten vullen. Het is voldoende, dat de af beelding op ons een goede algemeene voorstelling geeft van de wijze,d ew vaoaroorgpa daen dstee penag aianna
het handvatsel is gebonden. De platting is zoo regelmatig gewonden, alsof
het machinaal gedaan was, en de kunstenaar heeft dit zoo weten te doen,
dat het de uitwerking heeft, alsof er vier lagen platting over elkander lagen.
Een dergelijke uitvoerige wijze van versieren merkt men ook op
bdiijn gd ez iestp.eren der Hervey-eilanders, waarvan men hiernevens de afbeel-
Deze speer is pmtrent 2bs meter lang en zeer fraai bewerkt. De schacht
is zeer recht, zeer dun en zeer glad gepolijst, maar zonder eenig snij-
w erk; zij is ook inderdaad zoo licht, dat men er geen flguren op zou
hebben kunnen snijden. Men heeft de versierselen daarom beperkt tot
Idnel anpdusncth e mkeutn stv.ele weerhaken, die een uitmuntend staaltje is van
De lezer ziet, dat het hout der speer even heneden de eerste rij wefer-
haken eenigszins eivormig aanzwelt. Dit gedeelte der punt is met snij-
werk bedekt, natuurlijk zeer flauw, maar als sieraad voldoende. Tusschen
de verschillende rijen weerhaken is de speer omwikkeld met zeer smalle
strooken riet; dit is uiterst glad gepolijst en lichtgeel van kleur, zoodat
de tegenstelling , tusschen het donkere hout der weerhaken. en heit glin-
sterende geel van het riet zeer in het oog springt. Niettegenstaande de
grootte der punt ligt de speer toch goed in, even wicht, daar de lengte
dwearp ‘e dnü, nenvee ne ng edvuecehrkt raaclhst ieglee gsacnht.acht als: tegenwicht. dient; het is een
Hun knodsen zijn op een dergelijke wijze versierd. Ook zeer lange
en krachtige slingers worden door dit volk gebruikt.
IV. De G e z e ls c h a p s - e ila n d e n o f T a h itig r o e p .
Deze eilanden bestaan uit twee groepen: vijf grootere oostelijke
„Eilanden boven den Wind”, waartoe ook Tahiti behoort, en twee grootere
westelijke „Eilanden onder den Wind”, te zamen 14 eilanden met
1650 K. Ms. oppervlakte en 16,300 bewoners. Met uitzondering der westelijke
läge atollen zijn alle eilanden bergachtig, verschillende met uit-
gebluschte kraters. Tahiti is het grootste eiland met bijna 11,000 bewoners,
waarvan ongeveer 8K duizend inboorlingen en ruim 300 Franschen.
De Tahitiers sterven uit; Cook schatte hun aantal op 100,000, Förster
op 150,000. Zij vormen een goed gebouwd menschenslag, met olijfbruine
huidkleur, de aanzienlijken met lichter kleur. Van nature zijn zij vrien-
delijk en goedhartig, doch aan uitspattingen overgegeven, terwijl zij weinig
lust hebben in duurzamen arbeid. Daardoor hebben Chineesche koelies
zieh hier op de plantages gevestigd, in 1889 ongeveer 4500, terwijl er
eveneens werklieden van andere eilanden aankomen.
De meeste Tahitiers zijn door Engelsche zendelingen tot het Protes-
tantsche geloof gebracht; een klein deel is door de Franschen voor het
Katholieisme gewonnen.
Deze eilandengroep behoort aan Frankrijk. In 1842 dwong Frankrijk
de koningin dier eilanden, Pomare IV, de Fransche bescherming te
erkennen en in 1880 stond koning Pomare V zijn land aan Frankrijk af.
De „Eilanden onder den Wind” kwamen eerst in 1887 door verdrag
van Frankrijk met Engeland aan Frankrijk. Vooruitgang heeft de
eilandengroep in den laatsten tijd niet gemaakt; ondanks de aanzienlijke
kosten, welke er aan besteed worden, gaan zij achteruit.
ONTDEKKING. HUIDKLEUR. VROUWENSCHOONHEID. 327
De ontdekking dezer eilanden door de Quiros dagteekent van 1605. Bij de expe-
ditxe, die door de mildheid der Royal Society in 1767 werd uitgezonden onder bevel
van Cook, om den overgang van Venus over de zon waar te nemen, werden deze
eilanden bezocht en ontvingen zij den naam van Societeitseilanden of Gezelschaps-
eilWandaet n,w itje rv eeerdree rv anno gg emnoeedmedde egleenao ootvsecrh apd.e bewoners, heeft bovenal betrekking op
hun toestanden vdor de bekeering to i het Christendom. Boven zeiden wij reeds, da.t
de huid der aanzienlijken onder hen zeer blank is. Op een blanke huid zijn zij
al'tZijidj gdersatgeeldn gzeowoveeeeslt . zorg voor hun tint, dat zij, wanneer hun huid door de zon
verbrand Ts, zelfs een manier hebben, om zieh weder blank te maken. Cook vermeldt
alleen, dat zij dan een paar maanden binnenshuis blijven, een groote hoeveelheid
kleederen dragen en niets dan broodvruchten eten, welke spijs zij veronderstellen,
dat een bijzonder bleekende kracht bezit. Het is echter zeer waarschijnlijk, dat zy,
behalve dat dieet en het' opsluiten in huis, ook gebruik maken van een bereiding,
byereenkomende met die, welke onder dergelijke omstandigheden door de vrouwelyke
bewDoe neinrsb odoerrli nMgeanrq uveasna s-Teialahnitdi enh ewbboerdn t zguelbke zeigend . vertrouwen in de werking van het
voedsel op de huidkleur, dat zij meenen, de tint hunner huid meermalen ’s jaars te
kunnen veränderen naar de spijs, die zij gebruiken. Zij verheeren echter niet, zooals
vele andere volken, in het denkbeeid, dat zwaarlijvigheid een teeken is van rang en
rijkDdeozme . zelfde blankheid der huid en rondheid van vormen, die aan de mannel,.y..ke
schoonheid van het sterkere geslacht tekort doen, verhoogen daarentegen de bekoor-
lijkheden der vrouwen; dezen zijn veel schooner dan de vrouwen op Tonga, die m
dit opzicht hun körte en dikke zusters der Marquesas-eilanden ver overtreffen. Een
vrouw van Tahiti zou zelfs in Europa schoon worden genoemd; haar huid is blanker
dan die van vele Spaansche, en haar groote, fraaie oogen hebben een eigenaardige
bekoorlijkheid, die vele reizigers hebben trachten te beschrijven, maar waarvoor allen, ?
naaErn htuonch eiigs ehne gt eltouti gdeenri sv, rgoeuewne nw ooopr dTeonn ggae nooneegi nhdaidgd ebne.ter dan op Tahiti. De eersten
zijn volstrekt niet de slavin van een despotischen echtgenoot, maar dikwerf zijn beste
hulp en raadgeefster. Bij de bewoners van Tahiti echter zien wij, dat de verwijfde,
rondbeenige, langharige en blankhuidige . man, die den aänval van een Tongaschen
jorigen niet zou kunnen weerstaan, thuis een echte tiran is; hij heeft er niet het
minste denkbeeid van, dat zijn vrouw iets meer is dan zijn vee, en slaat, met even
weVineirgs cahcilhlteinndge vosooor rtheana rv gaenv oveol,e desveel nm göogeedn zdijen vvrroouuwweenn nailest zeitjenn h, odnadaern zeyn hvaierrkdeonosr.
de goden zouden beleedigen; het is echter zeer merkwaardig, dat hun.juist die
spijzen verboden zijn, waarvan de mannen het meest houden, zooals bijv. schildpadden,
somEvmeingme ivni ssmchöegne n end ep isvarnogusw. en tegelijk met hun echtgenooten eten; zy.. gebruiken
hun maaltijden in een afgezonderd gedeelte van het huis. Dit verbod is dubbel
ergerlijk, omdat de maaltijden in een welgestelde Tahitische familie elkander gedu-
renDdee dTeanh igtieehrse elzeinjn davga nm enta tkuörret e eteuns scghaesntpvorioj zveno lko;p voziljg ehne.bben een geheel wetboek
uitgevaardigd voor de etikette bij het geven van geschenken, waarvan het zonder-
lingste dat is, hetwelk dient bij het geven van schorsdoek. Kapitein Cook’s beschrijving
dezer gewoonte is zeer merkwaardig. „ Ik ging met Otoo naar het huis zijns vaders,
waar ik eenige menschen bezig vond met het kleeden van twee meisjes in een
ontzaglijke hoeveelheid fljn doek, en wel op een zeer wonderlijke manier. Het
eene einde van elk stuk doek, waarvan er zeer vele waren, werd over het hoofd der
meisjes gehouden, terwijl het overige gedeelte rondom hun liehamen, onder den oksel,
werd gewonden. Daarna liet men de boveneinden vallen en in plooien op den grond
hangen over elkaär heen, zoodat het eenige overeenkomst had met een hqepelrok.
„Daarna werden .om alles heen verscheidene stukken van verschillend' gekleurd
doek gewikkeld, hetgeen den omvang aanmerkelijk deed toenemen, zoodat het geheel niet
minder dan vijf of zes meter in omtrek mat en het gewicht dezer zonderlinge kleeding