III. hy aanmerkt, elk op zig zelf naar een Haane-
kam gelyken. Zy liaan digt om den middel-
H o o f d - Stam als een Kroon , naar fomraige Soorten
stuk. van ]^00j gelykende. ’t Gewas heeft fappige
pyfwy- 5 tengen5 een Vinger o f Duim dik, in Leden
verdeeld en veelal op den Grond leggende »
maakende te fanjen een Struik die vier Voeten
hoog wordt. Zelden geeft het Bloem of
Zaad : maar is vol van een dergelyk Sap als
de Huislook, van dergelyken aart. Het heeft,
naamelyk, een zeer verkoelende firagr, wordende
het Sap daar van uitwendig op het Lighaam
gefineerd , om Ontfteekingen te verdryven, o f
ingenomen in Heete Koortfen, als wanneer het
de Hitte tot verwondering maatigt. De Bloemen
zyn in vieren gedeeld en hebben agt
Meeldraadjes. Het groeit niet alleen in Oost-
indie , maar ook in Afrika , zo L i n n j :hs
aanmerkt; zullende dat Gewas zyn , het welke
B oer ha a v e Afrikaanfch Navelkruid met
een dik breed gefnipperd Blad en Goudgeele
Bloempjes, getyteld heeft. De Heer G o u a n
tekent aan , dat de onderile Bladen Wig vormig
, in drieën verdeeld , de bovenften langwerpig
en onverdeeld zyn (*).
vn. (7 ) Navelkruid met langwerpige byna Spil-
ïpatnich?' ronde Bladen, de Bloemen aan Tuiltjes.
Aan
(*) Cotyledon laciniatJ. Hort. Monsp. p. 210.
(7) Cotyledon Fol. oblongis ftibteretibus, Flor. fasciculatis.
Loe il. lt. p. 77. T. 1. Cotyl, matitima Sedi folio, Flora
Aan de Zee-Kust van Spanje, als ook in ’t Itf-
Noorderdeel van Afrika o f Barbarie , en in
de Levant, valt eene Soort van Navelkruid , Hoofd-
die van alle anderen verfchilt, doordien deBla-s,^ÜK•
den byna Rol- o f Spilrond zyn. S h a w heeft„£'8^ '
dezelve Moeras - Cotyledon, met Loof van Don-
derbaard en lange roode o f geele Bloemen, getyteld.
’t Is een klein Gewasje, met Vezelige
Worteltjes., hebbende een enkeld rond opge-
regt Stengetje, dat op den top Tuiltjes draagt
van Trechterachtige Bloempjes y aan den rand
in vyven gedeeld , roodachtig, met dikke uit-
Iteekende Meeldraadjes, die zeer kleine.Knopjes
hebben , en een korten Kelk. In de be-
fchryving van L o e f l i n g s . Reistogt, naaide
Spaanfche Gewesten , is het afgebeeld ge-
lyk hetzelve uit overgezonden Zaad in de Ko-
ninglyk Sweedfche Akademie - Tuin te Upfal
was opgekomen, hebbende aldaar gebloeid.
Die Soorten van Sedum, welke Heellerach-
tig zyn , zal ik billyker in ’t vervolg, met de
anderen, onder de Kruiden befchryven. De
Suriana, die fomtyds klein voorkomt, is reeds
voorgefteld onder de Boomen *. Des gaa ik * n- d.
thans tot de Klasfe der Twaaifmannigen jj; *
over.
IX . HOOFDcarneo
, fibioia radice. Tournf. Injt. 9.0. Cotyl. teretifolia
Hisp. Sedi tetetifolii folio fkc. Min u ART. Schei. j. Cctyls*
don paluftre Sedi folio 8cc, SHAW. Aft. 177 • f I7**