III» C2<-O Anjelier met etne laag Heejleraclitige
AFvni.L’ Steng , de Bladen fmal Elsvormig, de
H oofd- Bloemblaadjes niet zngefneeden.
STUK.
xx. Aan de Zeekust van Spanje is dit Gewas
, “ s°ntdekt 5 dat de Bladen eenigszins de Steng
si et ken- omvattende h e e ft, zynde dezelven platachtig,
fmal, gefpitst. De Bloem fteeltjes , die van
één- tot driebloemig z y n , komen uit de enden
der zyd-Takjes voort, hebbende de Kelk vier
Lancetswyze Schubben , en de Bloemblaadjes
zyn aan den rand niet ingefneeden, gelyk in
de andere Anjelieren.
B a n i s t e r i a .
Onder de Driewyvige Heefters komt eerst
in aanmerking dit Geflagt van klimmende Ge-
wasfen, ’t welk den naam naar den Kruidkundigen
B a n i s t e r voert. Hetzelve heeft den
Kelk in vyven gedeeld , van buiten met Ho-
niggaatjes : de Bloemblaadjes'rondachtig, genageld
; en brengt drie Zaaden , welke Vliezig
gewiekt zyn , voort.
't Getal der Soorten, altemaal in de West-
indiën, o f in Amerika huisvestende, is zeven,
als volgt.
( i ) Banifleria met hoekig uitgegulpte Bladen.
B a n if le r ia u ° ° J
a n g u lo fa . T-v
Hoekige. -‘-'O
(20) DUntbus Caule fuffruricofo, Fol. lineari- fubulacis,
Petalis integris. M a n t. 240.
(1) Banifleria Fol ijs finuato angillofi», Syst, Nat. XII.
De eerfte Soort i s , volgens P l u m i e r , in -
een Gewas, beftaande uit lange Ranken , van
weinig meer dikte dan een Schryfpen, die we- tlooro-
derom dunnere Rankjes uitgeeven, en hieraan*™**
zitten de Bladen, tegenover elkander, op lange r*
Steelen, byna een Handpalm groot. Uit def-
zelver Oxelen komen Trosjes voort o f Tuiltjes,
van zes o f zeven Bloemen, die uit (i) *v5^
Lepelachtige Blaadjes beflaan. De Vrugtea
gelyken naar die van de Schotfche Linden en
hebben een heldere Taankleur. De Groey-
plaats was op ’t Eiland Dominika.
(<i\ Banifleria met Eyronde Bladen en zyde- ir.
lingfe Aairen, de Zaaden over end. ciormde*
De byzonderheid der Bladen die Gevind zyn,
naar het Loof van de Basterd-Acacia gelyken-
de, onderfchei.dt deeze Soort veel meer dan de
Kleur der Bloemen, welke paarfchachtig is o f
Purperkleurig. Die Pater heeft deeze in Zuid-
Amerika waargenomen.
(3) Banifleria met langwerpig Eyronde fiyve itt.
Laurifolia,
Laurier.
r bladige.
Gen. j6$, p. 314. Veg. XIII. Gen. J73. p. 356. Acer fcan-
dens Folio angulofb. PLUM. S p . 18. Clematis angulolb Folio,
Acerii fruftu. PLUM. Amer. 77. T. 92. RAJ. Suppl. iz t .
(z) Banifleria Fol. ovatis, Spieislateralibus , Seminibuserec-
tis. Ban. Fol pinnatis &c. MiLL. Ditl. Acer fcandens Pfeudo-
Acacia; folio, flore purpurascente. Plum. Sp . I8. lc. 1 s.
(3) Banifleria Fol. ovato - oblongis rigidis, Racemis termi*
nalibus. Mil l . Diïï. Acer fcandens Fol. Laurinis. SLOAN.
jAm, 137. Hifl. II. p. 26, RAJ. Dendr. 94,