t ï 4 T i e n Ma n n i g e H e e s t e r s ; J D E C A N D R I A .
MI. Dewyl de Takken, in de voorgaande Soort,
ook gearmd zyn , en de Bloemen in de Vyfde
Hoofd- Goudglanzig, zo acht ik dezelven bekwaamer
stuk. door myne Bynaamen onderfcheiden. Deeze
laatfte Soort heeft de Bloemen in losfe Aairen,
en de Zaaden geeven inwaards geen Wiek ujt.
Het is mede een klimmend Rankgewas, dat in
de Westindiën valt.
H I R M A»
Dit Geflagt, door den Heer J a c q u i n
geopperd, is van zyn Ed. dus genoemd ter ge^
dagtenisfe van den vermaarden N. d e l a H i-
u e , van wien verfcheide Natuur- en Kruidkundige
Ver toogenin de Verhandelingen van
de Kon. Akademie der Weetenfchappen vaö
Parys, aan ’t licht gegeven, en van wiens Hand
de Afbeeldingen zyn van Plantgewasfen, door
een byzondere Konst' gemaakt, vier Boekdeelen
vullende, die in de Keizerlyke Bibliotheek bewaard
worden.
Een vyfbladige Kelk, v y f rondachtige lang
genagelde Bloemblaadjes : een Zaadhuisje be-
ftaande uit drie ronde Hokjes, die ieder twee
groote Vliezige Wieken op de Rug hebben ,
en enkelde rondachtige Zaaden bevatten: zyn
de byzondere Kenmerken (*). De
(*) De Heer Mijrray geeft een driehokkig Zaadhuisje
met drie Wieken en twee Zaaden op: doch zulks ftrydt tegen
de Opgave van den Heer Jacqjjin , van wien zyn Ed. dit
Geflagt ontleend heeft. L i n n s u s z e l f hadt gezegd, drie twee«
wiekige Zaaden. Syst. Nat, V ’g- XII.
“ 5
De eenigfle Soort ( i ) , door gedagten Heer Hl.
omftreeks Karthagena in de Westindiën waar-
genomen, is van zyn Ed. dus gebynaamd, om Hoofd-
dat het Gewas , een Boompje dat zelden hoo«STUK*
ger wordt dan vyftien Voeten , zyne Takken, /ƒ,>**
die lang en taay zyn , naar den Grond o f op re“ inata-
de byftaande Ruigte neder laat zakken. Het^oog«.
heeft een Afchgraauwe Schors. De Bladen zyn
langwerpig , om hoog een weinig breeder,
aan beide enden Romp , effenrandig, van onderen
glad, van boven met een fyne Wolligheid
o f Dons bekleed, tusfchen de drie en zes
Duimen lang. De Bloemen die zonder Reuk,
doch fraay , geel van Kleur, een Duim breed
zyn , komen aan fierlyke Trosfen voort. Het
bloeit in Juny, de Zaaden worden in September
ryp.
T r i o p t e r i s .
Van de drie - Wiekigheid der Zaadhuisjes
heeft dit Geflagt zynen naam. Dezelven, niettemin
, zyn drie in getal, en hebben ieder twee
Vleugels, welke zes Wieken ook aan het Vrugt-
beginzel, even of het Bloemblaadjes waren,
zig vertoonen. Ieder Zaadhuisje bevat een enkel
Zaad. De Kelk is in vyven gedeeld. Het
een en ander maakt de byzondere Kenmerken
uit.
De
( i) Hiia:*. Syst. Nat. XII. Gen. j<j>. p. 315. V~(g. XÏIt.
Gen. $69. p. -3 56. Jacq. Amer. Hifi. 137, T. 176. f.
H 2