lm £ ;-
l l i i l
vm
Im li
l iiBlSWPÏlw#tiA
III. ( 2 3 ) Casfia met tienpaarige Lancetvormige
ArvinL' Bladen, onder aan een langwerpige Klier*
stuk*" Heeze Soort voert den bynaam van Sophe-
xxiii. ra , een Egyptifch Gewas , naar de Galega
gelykende, door*Al p i n üs afgebeeld, en door
v PiIItjUOI* _ 1 * 1 * ' j- 1
__ . J u 4 n n I « 1 r * h o t l I V i n t T Ï
*«• C a m e r a r i ü s onder den Indiaanfchen naam
Hoxocoquomaclit belchreeven ; doch daar is;
een aanmerkelyk verfchil tusfchen die beiden
en de Afbeelding van de Twintigbladige Sen~
na van Ceylon, door den Heer J. B o r m ah-
k u s aan ’t licht gegeven , welke de zelfde
fchynt te zyn met de eerfte Soort van Hoen-
derkruid by R u m p h i u s , behoorende de andere
tot onze Agtfte Soort, hier voor befchree-
x£n. De fpitsbladigheid onderfcheidt deeze
genoegzaam van de meefte anderen.
XXIV.
*>êuricula-
W.€
aoorde.
(24) Casfia met twaalfpaarige Stompe gefpit-
fte Bladen, en veele Elsvormige Klieren,
de Stoppeltjes Nierachtig en gebaard.
Casf
t s ) Casßa Fol. dccemjugi* lanceolatis, Glanda'a bafeos
oblongi. Ft. Ztyl. iso. Senna vigintifolia Siliq. teretibus,
8URM. Ztyl* 213. T. j8. Galeg* affinis Sophera di&a, C*
8. Pi*. 3ja. Gallinaria acutifolia. Rumfh. Aai. V. p. 2*3.
T . 97. f. i. Ponnam * Tongera Htrt. Mal. II. p. ioi. T .
j i . BURM. Ft. r*d* p. 97*
(14) Casfia Fol. duodecim - jugis obtufis mucronatis ,
Cland. fubulatis pliwibus , Stip. Renif. barbatis. Fl. Zeyl%
i j i . Senna ipuiia MsdMöpatsna &c, Fi.UK. atl*** 34*. T*
3*4. f. 4.
t a s ) Casfia mét twaalfpaarige langwerpige UI.
Stompe gladde Bladen engeene Klieren. y°fjEU
Deeze Soort , onder den Latynfchen bynaams^ uk!&'
Van Javaahfche, iis de Êrafiliaahfche Pyp-Kas- xxv
f ie 3 o f Westindifche, alzo men dezelve ook7avftfica-
T , ... . . ' ßrafihaan«
op Jamaika vindt, alwaar het een geineenefche.
Boom is aan de Gevers van Beeken. Men
heetze ’er Horfe Casßa , dat is Paarden-, o f
Wilde Kasfie. Sloanè noemt dezelve de
tweede Soort van Zwarte o f Pyp - Kasfie: want
de andere o f Gewoone is aldaar, zegt h y , ook
gemeen» Aab den Zeb-Bóefem * Cul de Sac
genaamd * van het Eiland Sint Domingo, zegt
R o e h é f ö r t j ziet men gehéele Vlakten, van
groote uitgeftrekthèid 3 welke met geen andere
Boomen bedekt z y n, dan met die van deeze
iaatfte, welken hy meent van daar door Zaad
öp dé andere Eilanden overgebragt te zyn»
Dé Brafiliaanfche o f Wfide onderfcheidt ziéO
genoegzaam door het L oof en de Vrugten. De
gewoone Pyp-Kasfie Boom heeft 3 gelyk wy
gezien hebben , maar tien o f een Weinig meer
Vinbläden , deeze heeft ’er twintig o f vierentwintig
aan èénen Steel. B r o w n e noemtze
Cas-
( ïs) Casfia Pol. duodecim - jugis obl. obtuiï* glabiis, Gland.
ÉiullA. C. Fift. Javanica Fl. carnéo. Cömjw. Hort I. p, 217.
T. i i i , C. Föl. pluriniis oblongis Sic. Beown, Jam. 223.
Casfia Fift. Brafiliana. C. B. Pin. 403. Tourn. Ik ft. 619.
Casfia higra f. Fiftulofa fecunda. StOAN. Jam. 14Ö, Hjft, u a
p. 44- BURM. Ft. IrJ. p . 9 7 .
C 2
Ü. Deel» V. stuk,