(3) Martynia met een enkelde Steng, en ronde
uitgegulpte Bladen.
Deeze Kaapfche , door den Hoogleeraar D.
v. R ov e n aan den Ridder opgegeven, heeft
III.
A fd e e l .
XII.
H oofdstu
k *
iii.
hng^ra. een opgeregte , rmiwachtige Steng van twee
Langbioe- Voeten, met gepaarde, gedeelde, drieribbige
’ Bladen, en enkelde Oxelbloemen, die kort gedeeld
zyn. In plaats van Stoppeltjes bevindt
z ig , aan den voet van het Bloemdeeltje, een
Klier o f Napje, omvattende een Bolletje, dat
als met een korten Styl en Stempel begaafd is.
De Kelk is zeer klein en vyftandig: de Pyp van
de Bloem zeer lang, in ’t midden bekrompen ,
van onderen aan de Rug gebocheld. Het Vrugt-
beginzel , in de Bloem vervat, heeft een Styl
zo lang als de P yp , met twee fmalle omgeboo-
gen Stempels. Het Zaadhuisje heeft naauwlyks
een Snuit, maar aan den V o e t, wederzyds, een
dik Tandje. De Zaadjes, daar in vervat, zyn
klein.
B e s l e r i a ,
De byzondere Kenmerken van dit Geflagt
zyn; een Kelk in vyven verdeeld, en een onge-
lyke Bloem; waar van het Vrugtbeginzsl eene
Bezie wordt, die ééne Holligheid heeft, en daar
in veele Zaaden.
Drie Soorten, altemaal Amerikaanfche, komen
daar van voor, als volgt. ( 1 ) Be-
(3) Martynia Caule fimpllci, Foliis oibiculatis repandis.
tafel
( 1 ) Besleria met getakte Bloemjlecltjes , de UI.
Bladen Eyvormig. xn.L‘
Hoofd-
De benaaming van dit Geflagt is op deezeJTUK#
Soort en de volgende toegepast door Pater 1. ^
P l u m i e r , ter gedagtenisfe van den vermaar-
den B e s l e r u s , Apotheker te N e u r em b u r g ,^ ^
die dat pragtige Werk , Hortus Eyjlettenjis blad'ge.
genaamd, aan ’t licht gegeven heeft. Van hem
werdt zy Besleria met Bladen der Melisfa van
Tragus getyteld , dat is de gew'oone Melisfc,
ook wel Melitta genaamd ; waar van zy derhalve
den bynaam voert. Z y heeft een Houtige
, gladde Steng met Geledingen, geevende
getakte Bloemfteeltjes uit de Oxels der Bladen.
De Bloemen zyn Pypachtig , eenbladig, van
ongeregelde figuur aan den Mond : de Vrugt
is een Ey ronde Bezie met kleine Zaadjes be.
zwangerd,
(2 ) Besleria met enkelde vergaarde Bloemjleel• 11.
tjes, de Bladen Lancetvormig. hJu*!?” *
• Smalbladi-
Aan deeze zyn , door gezegden Pater, Bla-ce.
den van Gouden Roede , en geele Bloemen ,
toe-
(1) Besleria Pedtinculis ram o fis, Foliis ovatis. Syst, Nat.
XII. Gen, 7ss- p. 413» Veg. XIII. Gen. 7ss- p. 468- Besleria
Melisfae Tragi Folio. Flum. Gen. 29, lc. 48.
(2) Besleria Pednnculis fimplicibns confertis, Foliis lanceo*
latis. Besl. Virgac Auresé foliis Flore luteo minor & major.
J>LUM. Gen. 29. lc. 49. JACQ. Amtr. Hifi, IS7.
II. Deel. V. Stuk.