Geschenk van Raden Saleh, Not. V I , 60. -— Hoog 44, doorsnede
81; voetstuk hoog 14, breed 29.
Draagt dezelfde legende als de voorgaande steen, doch korter, daar minder
getuigennamen zijn vermeld.
47. Steentje uit een der stijlen van de poort van een tempel.
Zwart. Hoornblende-andesiet. Twee regels schrift aan een zijde , over-
gangstype naar het Soekoe-schrift. Afkomstig uit een tjandi in de
desa Botjok (Ngantang, Malang, Pasoeroehan), Not. I , 9 0 .—
Hoog 8, breed 26, dik 7.
Sakakala 1318 (!= A, D. 1426). Draagt, ^behalve het jaartal, de legende
pangarépira luyut j'éng, waarvan de verklaring bezwaar geeft.
48. Steentje van gebakken klei. Licht bruin-geel. Bevat slechts
cijfers in oud-Javaansch type, en relief. Afkomstig van Kendaga
Sari, op de oostelijke helling van het Kawi-gebergte, Not. XVIII,
45. — Hoog 8, breed 19.
(Qaka) 1533 ( s A . D. 1611). Zeer belangrijk aangezien uit dit steentje
blijkt dat nog lang na den val van Majapahit het oud-Javaausche schrift,
dat in handschriften in gebruik gebleven is tot zelfs in het begin der 1 8e
eeuw van onze jaartelling, kon gebezigd worden ook voor steenopschriften,
zoodat men veronderstellen mag dat het in + 1600 A. D, nog algemeen
leesbaar was. De Hss. op lontar met oud schrift geschreven, in de verzameling
van het Genootschap voorhanden, dagteekenen voor het grootste
gedeelte uit de 16e en 17e eeuw na Christus.
49. Steentje met jaartal. Verweerde andesiet. Oud-Javaansche
cijfers en relief. Afkomstig uit Tjandi Pari (Rawa poeloeh I, Soera-
baja), Not. XX, 17, 109.— Hoog 18, breed 33, dik 10.
(Qaka) 1293 ( pj A. D. 1371).
50. Twee fragmenten van één steen, te zaraen de linkerbovenhoek,
waartusschenuit evenwel een kleine hoek ontbreekt. Hoornblende
andesiet. N&garx-schrift op één zijde, 10 fragmentarische regels.
Afkomstig uit Tjandi Ratoe Baka (Jogjakarta), Not., XXIV, 81.—
Grootste hoogte 25, gezamelijke breedte 51, dik 11.
Sanskrit-opschrift vermoedelijk op maat en van Boeddhistischen aard.
51. Gylindervormig zuiltje met plat kegelvormig boveneinde
en vierkant voetstuk uit één steen. Bruingeel. Pijne bazalt. Beschreven
met enkele karakters oud-Javaansch schrift van Midden
Java. Afkomstig uit Srago (Z. W. van Klaten, Soerakarta), Not.
XXIV, 145, 182— Hoog 75; doorsnede 34; breedte van het voetstuk
84.
52. Tamelijk groote vierkante gebakken steen. Rood. Eenige letters
oud-Javaansch schrift, oostelijk type. Afkomstig uit het Ke-
diri’sche, Not., XXLV, 114.— Hoog 22, breed 34, dik 10.
De legende is trasika, waarover men zie Not., t. a. p.
53. Klein kegelvormig steentje. Vaal geel. Zandsteen. Rond-
loopende, spiraalvormigen regel (3 regels) in oud-Javaansch schrift
van Midden-Java. Afkomst onbekend.— Hoog 22, doorsnede boven
10, beneden 19.
Zeer onduidelijke letters en dientengevolge niet wel te verstaan.