
(einde van de inscriptie). Uit het Soerabaja’sche, Tijdschr. Ind. T.
L. en Yk., XII, 585. — Hoog 89, breed 93 en dik 22.
Schenkmgsoorkonde handelende over in vrijdom en onder de gewone
privilegiën geschonken gronden. De begiftigde is Bhatara i sang hyang
pras&da kabhaktyan i pangurumbigyan i Kampak. Daar in dit opschrift de
formule (mang)raksa kadatwan qri mahd(rdjd) i mdang i bku{mi) mata-
ram wordt aangetroffen mag men veronderstellen dat het dagteekent
van vóór'850 gaka ( t=: A D. 928).
22. Groote steen met dak vormig hoofd, gewelfde vlakken, en
voetstuk, uit één steen. Zwart met een donker rooden tint. Zeer
verweerde bazalt. Zeer beschadigd. Aan vier zijden, en op één
bovenvlak beschreven met oostelijk oud-Javaansch schrift. Aan
de voorzijde slechts van bet onderste gedeelte eenige regels, en dat
nog fragmentarisch, te lezen, ook van de achterzijde en vooral de
beide zijvlakken is bovenaan veel onleesbaar. De achterzijde, waarbij
de regels van het linker zijvlak behooren, draagt 29 regels schrift.
Afkomst onzeker (Soerabaja?), Tijdschr. Ind. T. L. en Yk., XII,
585; vgl. No. 25. — Hoog in het midden 140, aan de zijden 104;
breed van boven 90, van onderen 80; breedte van de smalle zijden
24 boven en 26 beneden; voetstuk hoog 24, breed 100 en 57.
■— Staat achterstevoren.
Pra^sti van het verheffen van de desa Patakan tot sima, voornamelijk
ten behoeve van sang hyang Patahunan.
23. Groote steen met rond hoofd, eenigzins gewelfde vlakken
en voetstuk, uit één steen. Licht geel bruin. Zanderige kalksteen.
De voorzijde is geheel vernield. Daar de steen niet dik is en
de regels op de achterzijde onmiddelijk aan elkander sluiten, mag
nipn vermoeden dat hij slechts aan twee zijden beschreven is geweest
Op die achterzijde staan 31 regels in cursief oostelijk oud-Javaansch
schrift. Afkomstig van Toeban, Not. IX, 57, 65, 82; X. 154.—
Hoog in het midden 144, aan de zijden 109; breed vanboven 95,
beneden 80; dik van boven 18, van onderen 15; voetstuk hoog 14,
breed 102 en 15. — Staat achterstevoren.
Pra<$sti van een vorst, wiens zegelmerk de garudamukha was, aan de
desa Kambang putih. In dezen pratjasti worden eenige privilegiën verleend
met het oog op den handel over zee.
24. Twee fragmenten van een dunne steenen plaat. Yuil donker
bruin. Plaatvormige andesiet. Op één zijde beschreven met fraai nieuw
Javaansch schrift, doch slechts gedeeltelijk te lezen doordat het stuk
te fragmentarisch is. Afkomstig van den berg Eogo Manik en een
tijd lang bewaard geweest in de kaboepaten van Pekalongan , Not.
YI, 64. — Hoog 50, breed te zamen 110, dik 4.
25. Dakvormig boveneinde, met voetstuk uit óen stuk. Zwart.
Poreuse bazalt. Buitengemeen gaaf. Beschreven met oostelijk
oud-Javaansch schrift (voorzijde 33, achterzijde 31, rechter zijkant 30,
linker zijkant 25 regels); ook op bet rechter bovenvlak eenige woorden-
Yermoedelijk van Soerabaja (?), Tijdschr. Ind. T. L. en Yk., XII,
585; vgl. No. 22. — Hoog in het midden 121, aan de smalle zijden
103; breed van boven 84, van onderen 71; breedte van de
smalle zijden 26 van boven en 31 van onderen; voetstuk boog
19, breed 80 en 37.
Qaka 943 (=3 ‘A. D. 1021). Pracasti van (Jrï mahaiffja rake halu (jrï
lokecwara dharmmawangqa Airlanggananta wikramotunggadewa uitgereikt
aan de karaman i Cane, om reden zij fungeeren als panepi kulwan. De
desa üane, die vroeger een desa wat'êk tinghal pinghai was, wordt door dezen
vrijbrief een sima rdma swatantra. Het zegelmerk (waarvan geen
afbeelding voorhanden is) heet in het opschrift garudamukha. Als residentie
van den vorst wordt genoemd Wwatan mas.
De volgorde der legende is: voorzijde met vervolgen op den rechter zijkant,
behoudens den ondersten regel; achterzijde regel 1 — 29 met vervolgen
op de linker zijde; regel 30 achteizijde, de laatste regel op den rechter
zijkant, regel 31 achterzijde. Het gedeelte op het rechter bovenvlak staat,
schijnt het, op zichzelf. Boven het begin van het opschrift op de voorzijde
leest men manigrik.
26. Onregelmatig stuk steen, van onderen in een punt uitloopende.
Donker bruin. Andesiet. Drie regels oud-Javaansch schrift uit de
Soendalauden (type: steen van Buitenzorg). Afkomstig van den berg