
a de palmblad-handschriften, zijnde handschriften in Oud-Ja-
vaansch en Oud-Soendaasch op lange en smalle reepen nipah- of
lontar-hlad, gewoonlijk aan weerskanten beschreven, met inkt als
zij van nipah- en met een ingekrast en daarna zwart gemaakt
schrift, gelijk nog heden op Bali geschiedt, als zij van lontar-bladen
zijn vervaardigd; de bladen zijn verbonden met een koord,
dat door een rond gat in het midden van elk blad geschoren is
en boven en onder op gelijke wijze gaat door twee plankjes of
platte stukken bamboe, van gelijke grootte als de beschreven bladen,
dienende om deze laatste te bedekken;
h de munten uit den Hindoe- en Oud-Javaanschen tijd, waarvoor
verwezen wordt naar den in 1888 door Mr. J. A. Van der Ohys
gepubliceerden catalogus der numismatische verzameling pag. 34
vlg. en de daar aangehaalde werken van de Heeren N etscher en
Van der Chijs en van Mielies.
Hiertoe behooren ook de Chineesche bronzen munten, die vroeger
op Java als pasmunt gebruikt werden even als thans nog op
Bali en Lombok en die voortdurend in groote hoeveelheden in den
grond worden gevonden, gelijk in vele plaatsen der notulen is aan-
geteekend. Op deze wijze gevonden munten hebben het voornaamste
materiaal geleverd voor de Chineesche afdeeling der numismatische
verzameling;
c de wapenen en gereedschappen van steen, die voor het mee-
rendeel zeker ouder zijn dan de tijd der Hindoe-beschaving in dezen
archipel, maar die toch voor een deel ook nog door de Hindoe’s
kunnen gebruikt zijn (vergelijk hetgeen dienaangaande door mij
bij no. 1559 is aangeteekend). Deze steenen wapenen en gereedschappen
zijn, voor zoover ze destijds aanwezig waren, beschreven
door Dr. Van Limburg Brouwer in deel XVIII van ’s Genootschap
tijdschrift, maar sedert is de verzameling belangrijk uitgebreid.
Eene nieuwe behandeling zou dus niet overbodig wezen en
het is te hopen, dat eene daartoe bekwame hand spoedig deze taak
moge aanvaarden.
Batavia, Eebruari 1887.
VOORWERPEN DER VERZAMELING
ifgebeeld in de fotografieën van Javaansche oudheden door den
Heer J . van Kinsbergen.
NUMMERS NUMMERS
DER VEBZAME- | bij DER VERZAME- I BIJ
I.ING
' 1van K insbergen LiNG jvAN Kinsbergen
(17) * 156 (402—405) 139 (boven)
17« 153 (407—411) 128
(23) 159 417 99
24 129 418 100
58 116 449 118
96 124 (749— 752“) 52 (midden)
(127— 153“) 1 1 2 ,1 2 0 , 132 (755 en 755“) 185 (rechts)
191 117 (770— 779) 70 (beneden)
202 178 (795 — 802) 46 en 47
204 219 (810—814“) 52 (midden)
207 179 (872— 876) 39 (rechts)
229 213 (877—892) 53 (links)
256 238 (918) 52 (links)
300,301 142 (links) * (919— 928) 54
304 106 970 72
(321— 327) 110, 111, 121,
122
(1014 en 1015) 52 (rechts)
(335) 216, 217 (1223) 45
337 214 (1613— 1620*) 38 (midden)
342 113 (midden) 224 Afgebeeld in de fo-
(359— 366) 196 225 tografieën van Bo-
356 119 226 Iroboedoer door den
395 123 227 ,heer van Kinsber-
(398—401) 140 (boven) 328 Jgen.
(*) Waar de nummers tusselien haakjes geplaatst staan, zijn niet de voorwerpen der
▼enameling zelf, maar soortgelijke voorwerpen afgebeeld.