
bewerking en versiering. Respectievelijk hoog 33, 28 en 24; van
no. 1213 is echter de punt van den hals afgebroken.
1215. Yaas voor reukwater. Alleen het lichaam der vaas en de
tuit.— Not. 1882 pag. 62. Desa Kebonsari, district Gemping,afd.
Bangil (Pasoeroean).
1215®. ld. Alleen het lichaam der vaas zonder tuit.— Not
1886 pag. 70. Desa Boentoe, distr. Sawangan (Pekalongan).
1216. ld. Het lichaam der vaas met den voet.
1217. Id. Het lichaam der vaas is platrond; tuit en hals zijn
afgebroken.
1218. ld . fragment van den hals.
1218®. CMneesche bakjes voor water bij het wrijven van inkt
(een paar), in den vorm van gedrochtelijke menschelijke figuren van
gebakken aarde, wit en bruin verglaasd. Beide figuren liggen geknield
en hebben in de eene hand — de eene in de rechter, de andere in de
linker — een waaier, terwijl met de andere hand een cylinder omhoog
wordt gehouden, die de tuit van het bakje vormt. Yerg.
no. 742. Hoog 8 en 7. — Not. 1886 pag. 2 . onderafd. Boemiajoe
(Tagal).
1219. Balans met twee weegschaaltjes (middellijn 5) en drie gewichten,
vierkant van vorm en met kleine insnijdingen op het midden
der zijden, waarschijnlijk van lood en respectievelijk zwaar 26.6,
13.5 en 6.9 gram; nieuw, voordat ze afgesleten en geoxydeerd
waren, hebben die dus waarschijnlijk gewogen 2 8 , 14 en 7 gram.
Dit alles is gevonden in een doosje (hoog 3 , middellijn 7.8),
waarvan de deksel met fraai bloemwerk versierd is.
1219®. Id. met doos, zonder schaaltjes of gewichten, op het
deksel der doos een olifant tusschen hooge planten. Hoog 3.2, middellijn
7 .3 .— Not. 1885 pag. 75. Desa Tadjoeng (Japara).
1219s. Id. Iets grooter; gevonden met het vorige nummer.
1219«. Balans met een schaaltje van 7.4 middellijn. — Not.
1886 pag. 2. onderafd. Boemiajoe (Tagal).
1220. Weegschaaltjes, een paar, gelijk aan die van het vorige
nummer, middellijn 4.3.— Not. 1877 pag. 43, II c. Desa Wanar,
distr. Keboemen (Pekalongan).
1221. Balans met 2 schalen, beide van aanmerkelijk grootere
afmetingen.— Not. 1883 pag. 59. Patjitan.
1222. Id. zonder schalen. Gevonden met het vorige nummer.
1222“. Id. als voren. — Herkomst als no. 1219c.
12225. Gewicht van steen, vierkant, naar boven wat smaller
toeloopend en voorzien van een 'groot oog als handvat. Ondervlak
19 X 15, hoog 27, zwaar 10.6 K .G .— Not. 1882 pag. 17. Desa
Tjandipari, distr. Itawapoeloe I , afd. Siddhoardjo (Soerabaja).
1223. Pinangschaar van ijzer, waarvan het boveneinde den vorm
van een n&gakop heeft.— Notulen 1866 pag. 118. Galoeh (Cheribon).
1224. Spaantje, plat en met langen steel, de voorrand fijn gekarteld;
heeft misschien gediend om kalk op de sirih te smeren.
Lang 9.5.— Not. 1869 pag. 42A Diëng.
1225. Schop, in vorm bijna gelijk aan een kolenschop, met
korten, hollen steel, ter opneming van een steel van hout.
1226. Klopper voor de bereiding van boombast tot papier
Dit is een stuk metaal, lang 10.3 en breed 3.4, van boven eenigs.
zins rond en van onder plat en daar voorzien van vrij diepe groeven,
die in de lengte loopen; over de geheele lengte doorboord
met een groot vierkant gat, waarin een stok gestoken werd, die
als handvat diende. Hetzelfde instrument is nog heden in Midden-
Java in gebruik. — Notulen 1876 pag. 82Ü, westelijke helling van
den berg Wilis. *