
DE AFDEELING SANGGAU EN SEKADAU.
Met een kaart.
TOPOGRAPHISCH OVERZICHT.
De oostwaarts aan Sintang grenzende afdeeling Sanggau
en Sekadau3) omvat de twee landschappen van dien naam.
Zij Staat onder een controleur van het binnenlandsch bestuur,
wiens rechtstreeksch gezag zieh alleen uitstrekt over den Vierkanten
paal direct Gouvernements grondgebied, waarbinnen
de hoofdplaats Sanggau gelegen is, zoomede over de wijken
der Chineezen te Sfekadau, te Soengai Aja en te Bfelitang.
De feitelijke uitoefening van het gezag berust in elk der
landschappen Sanggau en Shkadau in handen van het in-
landsch zelfbestuur.
Van beide rijkjes werd reeds in het tijdschrift voor Indische
Taal-, Land- en Volkenkunde het een en ander gepubliceerd
en wel in 1884 de reeds vroeger vermelde monographie „Het
rijk Sanggau” door H. P. A. Bakker en van Sökadau het mede
reeds genoemde reisverhaal door L. C. Westenenk; vooral
van het eerste geschrift werd voor het volkenkundig gedeelte
onzer beschrijving veel partij getrokken.
Tot een geleidelijk overzicht zullen wij hier eerst weder
1) Eerst bij Gouvernements besluit van n April 1895 No 9 (Ind. Stbl. No 75
van 1895) werd de afdeeling Sanggau en SSkadau gevormd. Zij behoorde tot dat
tijdstip als onderafdeeling administratief tot de afdeeling Sintang.
eene algemeene geographische beschrijving van de afdeeling
in haar geheel geven, welke door eene meer uitvoerige hydrographische
bespreking en een beknopt historisch-, zoomede
een volkenkundig overzicht van elk der beide rijkjes zal worden
ogf evologd.
De afdeeling ligt in het westelijkst deel van het midden-
stroomgebied der Kapoewas en strekt zieh aan weerszijden
van die rivier uit. Na van af den heuvel Karangas — een weinig
stroomopwaarts van Bölitang — tot aan de uitwatering
van het linker zijtakje EngkSlinan de grens tusschen de landschappen
Sintang en Shkadau te hebben uitgemaakt, treedt
de Kapoewas bij laatstgenoemd beekje het Sökadau’sche
grondgebied binnen, hetwelk zij in een weinig kronkelenden
loop van oost naar west doorsnijdt en nagenoeg in twee ge-
lijke helften splitst.
De noordelijke helft van SSkadau omvat het westelijk deel
van het stroomgebied der S. Bhlitang1), het gebied der S. Aja,
dat van de S. Mhrhbang en verder van eenige onbeduidende
rechter zijtakken der Kapoewas. Tot de zuidelijke helft be-
hooren van oost naar west het gebied der Shb&dau, het om-
vangrijk gebied der Shkadau, de hoofdstroom van het rijk,
waaraan het zijnen naam ontleent en nog eenige kleine linker
affluenten der Kapoewas.
Een weinig stroomopwaarts van de Maleische nederzetting
KSdoekoel kömt de Kapoewas het landschap Sanggau binnen,
vervolgt daar door heen hären loop in algemeen weste-
lijke richting, sterk kronkelend in eenige groote en kleine
bochten en verlaat het bij de monding van het rechter zijtakje
Mölaban, om verder westwaarts door Tajan-Mhlijau te stroo-
men, in welk landschap, zooals bekend, de delta-vorming van
den mächtigen stroom een aanvang neemt.
1) Het oostelijk deel behoort tot het landschap Sintang.