
pawah, Singkawang en Phmangkat wordt, naar men zegt, veel
opium binnengesmokkeld, hetgeen trouwens, in verband met
het yolslagen gemis aan middelen — ook vaartuigen — om
die lange kustlijn te bewaken, vrij natuurlijk is.
Voor descheepvaartbewegingvan Pontijanakgedurendehet
jaai 1900verwijzen wij naar Bijlagen XIIIenXIV,waaruit blijkt
dat de groote vaart plaats heeft met stoomschepen en met op
Europeesche wijze getuigde zeilschepen — meestal schoeners
en dat de tonneninhouden van de in- en uitgeklaarde sche-
pen resp. bedroegen 29078 en 35128; voorts dat de kustvaart
wordt onderhouden door stoomschepen en zeilvaartuigen,deels
op Europeesche, deels op inlandsche wijze getuigd, met 10105
tonneninhoud voor de ingekomen en 9725 voor de van Pontijanak
vertrokken schepen.
Contractueele vaarbeurten met stoomschepen der Kon.
Paketvaart hebben plaats van Batavia via Billiton naar Pon-
tijanak en terug om de 2 ä 3 weken en sedert het 2de semester
1901, bij wijze van proef, niet-contractueele reizen van de
booten der zelfde maatschappij van Batavia via Singapoera
naar Sambas en van daar via Singapoera naar Pontijanak en
Batavia, eveneens om de 2 a 3 weken. Voorts bestaat eene
directe stoomvaartverbinding tusschen Pontijanak en Singapoera
door twee op eerstgenoemde plaats te huis behoorende
stoomers, waarvan een contractueel eens per maand de reis
van Pontijanak heen en terug naar Sintang moet doen eneens
per maand naar Sambas. Onder Engelsche vlag varen einde-
lijk nog 2 a 3 stoomers geregeld tusschen Pontijanak en Singapoera.
De te Pontijanak tehuis behoorende schoeners varen tusschen
Singapoera, Java, Billiton, BandjSrmasin en soms ook
naar Celebes en enkele havens van het schiereiland Malaka,
hetzij tot het drijven van handel of op vracht.
De vaart op de groote rivieren geschiedt met kleine stoo